Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Voetius over het gezag der synoden - pagina 11

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voetius over het gezag der synoden - pagina 11

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

WOORD

VOORAF.

De verschijning van dit proefschrift biedt mij een welkome gelegenheid allen mijn hartelijken dank te betuigen, die tot mijn wetenschappelijke vorming hebben bijgedragen. Allereerst gedenk ik hierbij wijlen Dr W. Zevenbergen, en U, Hooggeleerde Diepenhorst, die mij in de rechtswetenschap hebt ingeleid. De bekoring, die van de koningin der wetenschappen uitgaat, heeft mij van Uw colleges weggelokt; doch het van U ontvangen onderwijs is onder Gods leiding mede oorzaak geweest, dat mijn belangstelling zich richtte op het deel der godgeleerdheid, dat aan de rechtswetenschap het naast verwant is, het kerkrecht. Gij, Hooggeleerde Van Gelderen, Aalders, Grosheide en Hepp, hebt, met wijlen Dr Geesink, mij onderricht gegeven in verschillende onderdeden der theologische wetenschap. Ik ben u voor het onderwijs, dat ik van u genoot, zeer verplicht. Bij al uw arbeid erkendet gij de Heilige Schrift als het onfeilbare Woord van God. Zoo versterktet gij in mij het geloof, en werd de beoefening der theologie mij een bron van vreugde. Allermeest ben ik dank verschuldigd aan U, Hooggeleerde Kuyper, die zoo welwillend waart als m.ijn promotor op te treden. Van U ontving ik onderwijs in de kerkgeschiedenis, het kerkrecht en de encyclopaedic der godgeleerdheid. Gij waart mijn leidsman bij mijn doctorale studie; en bij het gereed maken van mijn dissertatie waart gij steeds bereid, mij met raad en daad bij te staan. Met groote belangstelling volgdet gij den gang van mijn arbeid. Zeldzame boekwerken uit uw bibliotheek steldet gij tot mijn beschikking, en met ongemeene gastvrijheid ontvingt gij mij vele malen in uw woning. Uw colleges en uw persoonlijke omgang hebben mij veel doen genieten van uw fonkelenden geest. Dat de voltrekking van mijn promotie de laatste handeling is, die gij als actief hoogleeraar aan onze Vrije Universiteit verricht, is mij een weemoedig voorrecht. Ik dank U voor de bezieling, die gij bij mij wektet voor de studie

Dit artikel werd u aangeboden door: Theologische Universiteit Kampen

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1937

Vrijmakingsbrochures | 482 Pagina's

Voetius over het gezag der synoden - pagina 11

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1937

Vrijmakingsbrochures | 482 Pagina's