Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Resumé van het referaat van Prof. Dr. K. Dijk over "sacramentsgenade" te houden donderdag 18 Jan. 1940 te 's-Gravenhage - pagina 3

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Resumé van het referaat van Prof. Dr. K. Dijk over "sacramentsgenade" te houden donderdag 18 Jan. 1940 te 's-Gravenhage - pagina 3

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

.RESUMÉ VAN HET REFERAAT VAN PROF. DR. K. DIJK OVER „SACRAMENTSGENADE" =:============================== TE HOUDEN DONDERDAG 18 ]AN. 1940 TE 's-GRAVENHAGE I. In den strijd, die in en door de Christelijke Kerk grvoerd is om de waarheid G o d s , staan telkens de Sacramenten in het middenpunt; zoodra na den trinitarischen en christologischen strijd d e leer der genade, (wezen en werking der genade) het voorwerp van de polemiek wordt, (polemiek is de strijd naar binnen in onderscheiding v a n de apologetiek, de strijd naar buiten), bewegen de controvers.m zich ook om de sacramenten en voornamelijk om de vraag naar de verhouding van sacrament en genade; naai de werking van het sacrament als genademiddel; is het sacrament ,,symbool of realiteit" of beide. Reeds in de Midd.;neeuwen wordt deze strijd gevoerd en vooral in de Rcfor matie; de hoofdlijnen divergeeren juist in dit punt; wel is de diepere achtergrond de beschouwing van de gratia Dei, m a a r onmiddellijk zijn hiermee verbonden de media gratiaè; diepgaand verschil tusschen Rome, Luther, Zv/ingli, Calvijn, en (tegenover dezen) ook de Socinianen en Doopersrhen. II. De strijd over de sacramenten keert later terug en vormt eigenlijk in de Reformatie van 1834 en 1886 eerder kernpunten; het gaat dan om het heiUghouden van het sacra'nent, zooals nog altijd de kerkelijke strijd (in de H e r v . Kerk zelve tusschen de verschillende richtingen; in de controvers tusschen de Christelijk-Geref. en ons; in onze eigen meeningsverschillen) voornamelijk loopt over de sacramentsv'ragen en met name over de vraag van de verhouding tusschen teeken .en beteekende zaaik. In dit verband moet ook gewezen worden op de vernieuwende waardeering en overschatting van de sacramenten en hun ,.genadewerking" in de hoog-,.kerkelijke ' beweging; liturgische beweging; sa\ cramentalisme (Berneuchener-kreis, Barth, Althaus, Fillich; in Nederland: Liturgische Kring; H a n d b o e k v o o r den eeredicnst); van beteekenis is hierbij de scherpe critiek van Noordmans op deze beweging (Liturgie); door dit alles staat het vraagstuk van de genade-werking door het sacrament w e e r in het centrum der belangstelling. III. Reeds is opgemerkt, waarom d e hoofdvraag gaat; zij richt zich op de werking der verzegeling; w a n n e e r het sacrament met het W o o r d een genademiddel is, moeten wij ons er rekenschap van geven hoe het de genade ,,vermittelt"; kunnen we spreken van Sacramentsgenade en zoo ja, welke is deze gratia-sacramentalis; verschil v a n opvatting tusschen Rome (veruitwendiging van de genade; de werking ex opere o p e r a t o r ) ; Luther (incorporatie van de genade in w o o r d en sacrament); ZwingU (eenzijdige belijdenisacten van onze zijde); Calvijn (teekenen en zegelen; unio mystic a ) ; Socinianen (louter ceremoniën), terwijl de Doopersrhen. Rationahsten, M o d e r n e n (ten onzent) deze lijn volgen en zich hoofdzakelijk bewegen in den gedachtengang van Zwingli; de opvatting van Calvijn, dat wij in d e Sacramenten eerst te doen hebben met een daad a parte Dei, Zijn verzegeÜng, en daarop volgt de actus a parte hominis, beheerscht de gereformeerde belijdenisschriften, o o k in onze kerken — (hierover zie onder V ) . IV. De hoofdgedachte van Calvijn is het sterkst uitgewerkt door Kuyper Sr., die vooral in E V o t o allen nadruk heeft gelegd op de versterking des geloofs door de Sacramenten; de unio Sacramentahs w o r d t door hem zóó verstaan, dat in de Sacramentsbediening de Heilige Geest in het hart van den ontvanger van het sacrament werkt, en dan speciaal w a t betreft het deelgenootschap aan het hchaam van Jezus Christus; vooral bij den D o o p heeft hij dit uitgewerkt; niet in dezen zin, dat het sacrament den band met het lichaam van Christus zou doen ontstaan, want deze band ontstaat door de wedergeboorte, doch zóó, dat de levensband tot een geloofsband wordt. Critiek op Kuypcrs opvatting a deze moet leiden tot een aparte, nieuwe genade, in en door het sacrament geschonken, w a a r d o o r dit onmisbaar tot zaligheid wordt; b deze wil te veel ontleden, wat voor ons verborgen blijft, omdat het hoe van de sacramenteele werking ons niet geopenbaard is, en c de res interna van het sacrament wordt te zeer beperkt tot de gemeenschap met het corpus Christi. V. Bij het verdere onderzoek moeten we ons sterk beperken a we laten de dogmenhistorische ontwikkeling rusten en bepalen ons nu tot wat de Confessies en voornamelijk de Schriften zeggen; en b we concentreeren onze a a n d a c h t op de vragen of door de sacramenten genade gegeven of gewerkt wordt en zoo ja, welke deze genade is en hoe ze geschonken wordt. Deze vraag is reeds in het algemeen niet gpmakkclijk in preciese belijndheid te b e a n t w o o r d e n , maar w o r d t vooral moeilijk, wanneer het den Kinderdoop betreft. Dit blijkt reeds bij het onderzoek van d e Belijdenisschriften (Geref.); we noemen hier alleen: Confession de la F o y (Gcnèvc 1536); Catechismus eclesiae Genevensis (1545); Confessio helvetica pasterior (1562); Confessio GaUicana (1559); Confessio Belgica (1561); Art. 33, 34, 35; Heidelb. Catechismus (vrg. 65—82; waarin uitvoerig over de beteekende zaak w o r d t gesproken); ook nog d e Schotschc Belijdenis van 1560 enz., en onze Formulieren voor D o o p en Avondmaal, die ook een confessioneel karakter dragen. VI. Hieruit blijkt, dat de Gereformeerden o p het voetspoor van Calvijn heel ster.k den nadruk hebben gelegd op de verzegeling van Godswege; op de versterking van het geloof, niet door het teeken op zichzelf of ex opere operato. maar door den gehcclcn D o o p en het geheele Avondmaal; den ..vollen, wezenlijken Doop, over de geestelijke realiteit van den Doop, met den W a t e r d o o p als teeken en zegel" (Greydanus), de hoofdvraag is of deze leer steunt in d e H. S., die ons ten opzichte van deze dingen niet in het onzekere laat; wel wordt in de instelling (Avondmaal M a t t h . 26 enz; D o o p Matth. 28; Markus 16) niet van de unio sacramentalis uitvoerig gesproken, maar vooral in de brieven van Paulus vinden we de verklaring; het is te betreuren, dat bv. Haitjema (o a. Hoog-Kerkelijk Protestantisme) niet sterker de Schrift laat spreken; vooral bij dit punt moet elke speculatie woidcn vermeden. Bij dit Schriftonderzoek gaan wij uit van de onafhankelijkheid van het N . T . van de hellenistische mysterie toligies (zie de dissertatie van Dr J. Hoek, De Sacramenten bij Paulus en de Hellenistische Mysterie-religies).

Dit artikel werd u aangeboden door: Theologische Universiteit Kampen

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1940

Vrijmakingsbrochures | 4 Pagina's

Resumé van het referaat van Prof. Dr. K. Dijk over

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1940

Vrijmakingsbrochures | 4 Pagina's