Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het verbond in de gereformeerde symbolen - pagina 11

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het verbond in de gereformeerde symbolen - pagina 11

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

- 5en voorstellingsmogelijkheden, dan is Zijn Openbaring niet adaequaat en ^z^t Hij daarin nooit het laatste. Wij kunnen geen antinomieën aanyaarden in de werkeXijkiheld en daarom ook niet in het spreken Gods, maar evengoed moeten wij wel zeggen, dat Gods Openbaring niet adaequaat, wel' zuiver is. God en wij verschillen qualitalj^pf oneindig en als God dus het woord verbond gebruikt ter qualificatie yan Zijn verbond, (ian is die term genomen uit onze anthropomorph sprekejide taal. Willen we het woord "beeld" nu toch gebruiken, dan is het nodig dit te doen over de gehele linie. De Bijbel spreekt zo ook niets anders dan anthropomorph. Maar het zijn wel degelijk serieuze stukken en werkelijkheden van God, In zover als Althaus bedoelt het begrip verbond uit te hollen om plaats te maken voor Barthiaanse opvattingen, kunnen wij het niet met hem eens zijn. Daarentegen wel met de tweede zin van Althaus' uitspraak. Inderdaad is er geen soteriologisch vraagstuk, dat niet samenhangt met het verbond. Zoals we al eerder zagen, heeft het verbond betrekking op heel den mens en op heel zijn leven. Wil Althaus met z'n uitspraak zeggen, dat Keckermann het verbond niet een aparte plaats heeft gegeven, dan geven we hem gelijk, We kunnen trouwens vragen, waarom we in een aparte locus moeten spreken over het verbond. Dit is het "noodlot" van elke dogmatiek. Elke locus, mits goed behandeld, grijpt op alle andere loei in. Wij als mensen zijn wel genoodzaakt, successief te spreken over zaken, die in wezen één zijn. "Zeggen" is hier wat anders dan'feijril Daarom kunnen we er wel een aparte locus de foedere op na houden, mits we maar rekening houden met de andere loei en dus zo lopen in de lijn van Althaus' uitspraak. Zo moet ook gepreekt worden. Het verbond beheerst heel de religie. Naast Keckermann^^staat onder de oudere theologen zijn leerling Alsted, Hij spreekt over tweeërlei foedus: Foedus naturae en Foedus gratiae. Het eerste heeft hij in z'n verhandeling geplaatst tussen de leer der schepping en de leer der zonde. Hij bedoelt daarmee, wat wij noemen het v/erkverbond of zoals Ds. Diemer in z'n brochure het noemt Scheppingsverbond. Alsted heeft er nog meer namen voor en daarmee beginnen de moeilijkheden eerst goed. Ze zijn: Foedus creationis,- operum, - religionis naturalis. Het,^tweede verbond heet ook wel Foedus fidei en het heeft twee oeconomieën, n.l. van O.T. en N.T. Door dit naast elkaar plaatsen, vooral van de term religionis naturalis, ontstond een kruising van onderscheiden gezichtslijnen en vlakken. Bij de lezers werd daardoor veel onzekerheid vei*wekt. A) Zo ten aanzien van het punt, dat nu de opera tegenover de fides geplaatst worden. Natuurlijk was de bedoeling duidelijk. Bedoeld is het verbond met Adam, waarin deze langs de weg der werken volkomen zalig zou worden. Deed Adam, wat God hem zei, dan werd hij daarin bevestigd. Het tweede,fides,wijst erop, dat het geloof in Christus nu nodig ia. Dus nu wordt de gerechtigheid verkregen door aliena justitia en is dit dus toe-gebrachte gerechtigheid, We kunnen nu vragen, of er dan bij Adam geen fides is geweest. Zegt men, dat in het eerste geval opera nodig waren en in het tweede de fides, dan wordt een tegenstelling gemaakt, die leidt tot de opvatting, dat Adam geen fides nodig had, hetgeen velen nog geloven. De kwestie is, dat het geloof vandaag verbonden wordt met een vandaag gedateerd object: is n.l. geloof in Christus. De woorden en bedelingen Gods zijn gedateerd. Als God zegt: "Ik ben de God van U en van Uw zaad", hetgeen de substantie van het verbond is, dan gold dat vroeger, maar geldt het ook nu en in den Hemel tot in alle eeuwigheid. God spreekt concreet en gedateerd en Zijn spreken heeft dus specificatie en modulatie naar de datering. Bij Adam sprak God nog niet in christologische zin. Toen gold nog de weg der werken. Na de val moest God de substantie van het verbond naar de datum van de val dateren en werd er een nieuwe weg geopend, n,l. die van Christus. Vandaag is de datering christologisch, want we moeten Christus aannemen in het geloof, Adam had zo ook geloof, dat gedateerd was» Geloven is niet een zekere "Natur bejahen" of een God beamen» Die woorden spreekt van ongekende inhoud, maar geloof is het beamen van de concrete uitspraak Gods, hic et nunc. Geloof in Christus is daarom ook niet de laatste geloofsacte. Wij geloven nu eigenlijk in God, die christologisch spreekt, In Adams tijd was geloof antwoord geven op Gods toen

Dit artikel werd u aangeboden door: Theologische Universiteit Kampen

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1942

Vrijmakingsbrochures | 64 Pagina's

Het verbond in de gereformeerde symbolen - pagina 11

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1942

Vrijmakingsbrochures | 64 Pagina's