Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Onze Belijdenis.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Onze Belijdenis.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Art. 4f. Het Nieuwe Testament: "de vier Evangelisten Mattheüs, Marcus, Lucas, Johannes, de Handelingen der Apostelen."

XXIV.

Het tweede deel der bijzondere Godsopenbaring, waardoor onze Bijbel wordt gevormd, vinden wij in de Schriften des Nieuwen Verbonds.

Evenals het Oude bevat ook het Nieuwe Testament boeken, die een verschillend karakter dragen. Men vindt ook hier de z.g.n. historische boeken, zijnde de Evangeliën en de Handelingen der Apostelen, de z. g. n. didactische of leer-boeken, welke zijn de brieven van Paulus benevens de algemeene zendbrieven, terwijl we ten slotte ook hier een profetisch boek aantreffen dat ons in de Openbaring van Johannes is nagelaten.

De rangschikking dezer boeken is in de oorspronkelijke taal het z.g.n. hellenistisch Grieksch niet altoos dezelfde geweest. Zoo volgt b. v. wat de evangeliën betreft, het evangelie van Johannes niet zelden aanstonds op dat van Mattheüs. Ook de brieven van Paulus vindt men vaak zéér verschillend gegroepeerd, terwijl men ook vaak na de Paulinische brieven meermalen aantreft eerst de Openbaring van Johannes, daarna de Handelingen der Apostelen en eerst aan het einde de algemeene Zendbrieven.

Wat de vier Evangeliën aangaat komt de volgorde, waarin deze in onze vertaling voorkomen, waarschijnlijk overeen met de tijdsorde van hun ontstaan.

Mattheüs, de eenige die zijn evangelie waarschijnlijk niet oorspronkelijk in de Grieksche maar wel in de Arameesche taal, die door de Joden in die dagen gesproken werd, geschreven heeft, is dezelfde als de tollenaar Levi, die door den Heere Christus op de bekende wijze tot het apostelambt geroepen werd. Het kenmerkende waardoor deze evangelist zich van de andere evangelisten onderscheidt is dat hij oorspronkelijk schreef voor de Joden en voor de Joden-Christenen in Palestina, die hij trachtte te bewijzen, dat Jezus de Christus was. Vandaar ook zijn talrijke aanhalingen uit het Oude Verbond en reeds aanstonds aan het begin van zijn boek de geslachtslijst, waarin hij ons den Christus doet kennen als een zoon van Abraham. Waarschijnlijk heeft hij zijn geschrift omstreeks het jaar 62 te boek gesteld. 

Marcus was de zoon van Maria, van wie wij in Hand. 12:12 lezen dat zij een huis te Jeruzalem bezat. Zijn oorspronkelijke Hebreeuwsche naam is Johannes. Naar luid der overlevering zou hij uitgenoodigd zijn door de Christenen te Rome om een verhaal te geven van de daden door den Heere Jezus tijdens Zijne omwandeling op deze aarde verricht. Door zijn omgang met den apostel Petrus zou hij daarmee goed bekend zijn geweest. Aan dat verzoek zou hij dan omstreeks het jaar 63 voldaan hebben. En wie het evangelie van Marcus leest merkt aanstonds dat hij dit op beknopte en duidelijke wijze heeft gedaan. Immers het tweede evangelie is vooral bekend om de vele en belangrijke daden des Heeren, die ons daarin meestal zoo kort mogelijk worden medegedeeld. Grootendeels hetzelfde wat Mattheüs in 28 hoofdstukken vertolkt, heeft Marcus in 16 hoofdstukken weergegeven.

Lucas was èn om zijn afkomst ên om zijn positie een geheel ander man als de beide eerste evangelisten. Hij was niet van Joodsche maar van Grieksche afkomst. Niet onwaarschijnlijk dat Antiochie zijn geboorteplaats was en dat hij reeds vroeg tot de gemeente van Christus heeft behoord. Wat wij in ieder geval met zekerheid van hem weten is dat hij een reisgezel en medearbeider van Paulus is geweest. Paulus noemt hem in Col. 4:14 de geliefde medicijnmeester. Zijn evangelie is een meer geregeld verhaal van de woorden door den Heere Jezus gesproken en van de daden door Hem verricht. Vooral van de geboorte en van den dood des Heeren heeft Lucas de meest uitvoerige beschrijving gegeven. In de voorrede van zijn geschrift zegt hij zelf dat hij van te voren alles eerst naarstiglijk had onderzocht. Vandaar dat hij ook het best in staat was om een nauwkeurige beschrijving van den persoon en het werk des Heeren te boek te stellen, hetgeen hij dan ook, waarschijnlijk omstreeks het jaar 70, heeft gedaan.

Johannes was evenals Mattheüs een der discipelen des Heeren; hij had dus ook drie jaren met den Heiland verkeerd en persoonlijken omgang met Hem gehad. Toch draagt zijn evangelie een heel ander karakter als dat van zijn drie voorgangers. Johannes laat ons den Christus zien van een bepaalde zijde en wel als het vleesch geworden Woord Gods. Dat kon bij doen om de buitengewone gaven van hoofd en hart waarmee de Heere juist hem had toegerust en dat moest hij doen tegenover de verschillende anti-christelijke geestesrichtingen die in het laatste gedeelte der eerste eeuw reeds opkwamen en vooral tegenover het z.g.n. Gnosticisme, waardoor in die dagen de Kerk des Heeren reeds werd bedreigd. Het gansche evangelie van Johannes is er dan ook op aangelegd ons het beeld te teekenen van den Christus zooals Hij zich tijdens Zijne omwandeling op aarde als het vleeschgeworden Woord heeft geopenbaard. Vandaar de betrekkelijk weinige feiten, die ons in dat evangelie nit het leven des Heeren worden medegedeeld en daartegenover de verschillende gesprekken en redenen van Jezus die ons in den breede worden verhaald. Aangezien de geschriften van Johannes allen dagteekenen uit de jaren 80—95 is het niet onwaarschijnlijk dat hij zijn evangelie omstreeks het jaar 90 geschreven heeft.

De Handelingen der Apostelen vormen den overgang van de evangeliën op de zendbrieven. Volgens de inleiding is Lucas de schrijver, die evenals zijn evangelie ook dit zijn tweede boek heeft opgedragen aan een zekeren Theofilus, die een aanzienlijk, in het evangelie belangstellend man geweest schijnt te zijn. Waarschijnlijk is het ongeveer in denzelfden tijd maar dan iets later dan het evangelie van Lucas beschreven. Aan het begin wordt ons de hemelvaart van Christus verhaald; in dien zin kan het als een aanhangsel van de vier evangeliën aangemerkt worden. Vervolgens wordt ons de verbreiding van het Woord Gods en de vestiging van de Nieuw-Testamentische Kerk geschetst, eerst in Palestina, straks in Klein-Azie, daarna in Griekenland totdat eindelijk de groote heidenapostel in Rome is aangekomen. Van Jeruzalem naar Rome, van de hoofdstad der Joodsche wereld tot het centrum van de wereld der heidenen, met dien naam zou het tweede boek van Lucas terecht kunnen aangeduid worden.

Op deze wijze zijn dus de historische boeken des Nieuwen Verbonds ontstaan.

Maar op deze historische zijn weldra andere geschriften, die een meer onderwijzend karakter dragen, gevolgd. Het is bekend dat voor Zijn heengaan van deze aarde de Christus aan Zijne discipelen den Geest der Waarheid beloofd had, door Welken zij in al de Waarheid zouden worden geleid. Welnu, toen die Geest der Waarheid op den dag des Pinksterfeestes was uitgestort, heeft Hij ook in geschrifte nadere onderwijzing gegeven aangaande de bijzondere Godsopenbaring, en Hij heeft daartoe de apostelen en met name den apostel Paulus a!s middel gebruikt. Deze heeft tot de verschillende gemeenten die hij had gesticht of tot enkele personen met wie hij in aanraking was gekomen onderscheidene brieven gericht. En nu is het wel waar dat deze brieven op zichzelf gelegenheidsbrieven zijn geweest, maar even waar is het dat zij hoog uitgaan boven de tijdelijke en plaatselijke belangen der toenmalige Kerken en dat wij ze dus mogen beschouwen als tot de gansche Kerk des Heeren gericht.

(Wordt vervolgd.)

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 juli 1911

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's

Onze Belijdenis.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 juli 1911

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's