Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Uit de Brievenbus.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uit de Brievenbus.

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

SARDIS, 23 Januari 1912.

Waarde Vrimd.

Wat de Schriftbeschouwing van de Ethischen betreft — het is niet zoo gemakkelijk te zeggen wat ze in deze leeren en schrijven, daar de een niet voor zijn rekening neemt wat de ander beweert. Maar algemeen is onder de Ethischen wel de stelling: „den Bijbel is Gods Woord." Wat de Gereformeerde anders zegt. Die leert: „de Bijbel is Gods Woord."

Omdat de Schrift van God is ingegeven. Al de Schrift. En de Schrift, juist zooals de Schrift is. Daar is geen napluizen noodig: wat is in den Bijbel wèl en wat is in den Bijbel niet Gods Woord. Want het is alles door God den H. Geest opgeteekend. Alles, juist zooals het is. Niet door den wil des menschen is de Bijbel geworden. Niet naar menschelijk model.

De Schrift uit God. God is de auteur. Van Hem ging steeds het bevel tot schrijven uit; van Hem is de wijsheid en de kracht gekomen om te schrijven. Als welbewuste mannen hebben de bijbelschrijvers nooit anders gewild dan te schrijven wat God te schrijven gaf. De ingeving der H. Schrift is dan ook een eigene, afzonderlijke daad Gods. Daarom is de Bijbel het eigene, afzonderlijke Boek Gods. Geen boek is zoo geworden. Er is geen boek met dit Boek te vergelijken, 't Moet ook op eigene, afzonderlijke wijze beschouwd worden.

Dat zegt de Bijbel aangaande zichzelf.

Hij geeft zichzelf uit voor het heilig, onfeilbaar, eeuwigblijvend Woord van God. Die den Bijbel verwerpt, verwerpt God. Die den Bijbel verscheurt, verbreekt een bizonder, heilig werk Gods.

Dat wisten de Bijbelschrijvers. Dat waren ze zich bewust. Dat zeggen ze dan ook telkens nadrukkelijk.

Voor Jezus en Zijn apostelen hadden de Schriften des O. Testaments dan ook goddelijk gezag. „Mozes en de Profeten" Luc. 16:29, of „de Wet van Mozes en de Profeten en de Psalmen" Luc. 24:44, of „de Schriften" 2 Tim. 3:15, - is voor allen de hoogste autoriteit. En ernstig is het vermaan, het pand van God gegeven niet te laten schenden, door welke wetenschappelijke of dwaze redeneering ook.

De Schriftbeschouwing is van belang voor den geloovige. „Al .de Schrift is van God ingegeven en is nuttig tot leering, tot wederlegging, tot verbetering, tot onderwijzing die in de rechtvaardigheid is." 2 Tim. 3:16.

Wordt de Schrift scheef getrokken of veranderd, dan verandert geloof en leven. Alleen die belijdt: al de Schrift is van God ingegeven", die zal ook kunnen ervaren wat in 2 Tim. 3:17 staat: opdat de mensch Gods volmaakt zij, tot alle goed werk volmaaktelijk toegerust."

Daarom komt er zooveel op aan, hoe onze Schriftbeschouwing is. Dat raakt God en Zijn werk tot zaligheid.

Waarom God zelf met zoo'n bizondere zorg de Schrift heeft doen schrijven èn heeft willen bewaren.

Niet alleen dat Zijn Geest de schrijvers van de bijbelboeken vervuld heeft.

We gelooven. dat Gods Geest ook de handschriften en het bewaren en het overschrijven van de handschriften heeft genomen onder Zijn heilige zorg. Zoodat ook van den Bijbel, dien wij nti hebben, geldt: die Schrift is van God ingegeven, van God bewaard, van God gegeven.

God heeft Zijn Woord niet losgelaten, nadat het opgeschreven was door „de heilige mannen Gods" 2 Petr. 1:21.

God heeft er voor gezorgd „dat ons geloof en onze hope op God mocht wezen naar Zijn heilig Woord."

Onze Bijbel is het eeuwig blijvend Woord van God. Het Woord dat onder ons verkondigd wordt. In welke bewarende daad de Heere dezelfde is als toen Hij Zijn Woord gaf. Niet duldende, dat de mensch met Zijn Woord zou doen wat de mensch wilde. Zelf Zijn Woord verzorgend, met Goddelijke almacht, wijsheid en goedheid.

Wat een man als Dr. Cramer van Den Haag heelemaal niet gelooft. Want die zegt: met onzen Bijbel is zoo gesold en zoo geknoeid, dat we b.v. van geen enkel woord en van geen enkele daad van Jezus met volkomen zekerheid kunnen zeggen: zoo heeft Jezus gesproken en dat heeft Hij gedaan. Alles komt op losse schroeven te staan. Ook de historie; ook de profetieën.

Waarom wij zéér betreuren, dat de Ethischen hoe langs hoe meer van de gereformeerde lijn afwijken.

Mijn vriend, Gods Woord wordt schrikkelijk aangevallen. Door spotters en alleszins godsdienstige menschen.

„Maar het Woord des Heeren blijft in der eeuwigheid." Het Woord dat onder ons nog verkondigd mag worden! Met vriendolijken groet,

t.t. FORTUNATUS,

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 26 januari 1912

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's

Uit de Brievenbus.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 26 januari 1912

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's