Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Uit het kerkelijk leven

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uit het kerkelijk leven

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Drie wijzigingen tegelijk.

Onze Hervormde, Gereformeerde, Kerk is een belijdende Kerk.

Maar haar aloude belijdenis wordt met opzet, publiekelijk, ruw omgewoeld in hare grondwaarheden en daardoor worden de grondslagen van onze Kerk losgerukt. En het huis dat tegen zichzelf verdeeld is kan niet bestaan. Het huis, waarvan de grondslagen worden losgerukt, moet ineenstorten.

Dat weten we. Dat zien we dag aan dag ons voor oogen gehouden. Daarbij moeten we opwaken en gaan doen naar hetgeen we in Jesaja 58 : 12 lezen: en die uit u voortkomen zullen bouwen de oude verwoeste plaatsen; de fondamenten, van geslacht tot geslacht verwoest, zult gij oprichten; en gij zult genaamd worden: ie de bressen toemuurt, die de paden weder opmaakt, om te bewonen."

Laten we de toestanden in onze Hervormde Kerk, zooals die nu zijn, aanvaarden. Ze zijn niet buiten des Heeren voorzienig bestel alzoo geworden. Maar we moeten daarin Gods straffen gadeslaan, belijdende in oprechtheid: 't is al om onzer zonde wil. We moeten ons leeren verootmoedigen. Neen, niet van onder het oordeel Gods wegloopen. Onder Zijn oordeelen ons leeren bukken. Maar dan ook vragende: wat kunnen en wat mogen en wat moeten we doen, om uit de ellende verlost te worden?

Laat men reglementair handelen.

De reglementen veronderstellen, dat ieder voor de leer der Kerk zal opkomen.

En laat men dan beginnen bij het begin.

Om zoo mogelijk te zorgen, dat de proponenten eerbied voor de leer der Kerk gaan toonen, de godsdienstonderwijzers instemming met die leer gaan betuigen en de lidmaten belijdenis afleggen in den zin der kerkelijke belijdenisschriften.

Dat is billijk. Dat is noodig.

En de weg staat daar voor open.

Wij doen dan ook den voorslag aan allen, die eerbied hebben voor het aloude Christelijke geloof, in den zin die door de Kerk onzer Vaderen, blijkens haar belijdenisschriften, daaraan gehecht wordt, om zich tot de Synode te richten met het navolgend, drieledig, verzoek.

Art. 27 van het Reglement op het examen (de z. g. n. proponentsformule) worde aldus veranderd:

Wij ondergeteekenden enz., enz, .., beloven in het diep besef van onze roeping en in vertrouwen op God, dat wij daarin met ijver en trouw zullen werkzaam zijn om, overeenkomstig de leer die in het Oude en Nieuwe Testament en in de 12 artikelen des christelijken geloofs begrepen is, in den zin die door de Kerk onzer Vaderen blijkens haar belijdenisschriften daaraan gehecht wordt, het Evangelie van Jezus Christus te verkondigen en de belangen van het Godsrijk in bet algemeen en van de Ned. Herv, Kerk in het bizonder, in gehoorzaamheid aan Gods Heilig Woord, met opvolging van hare verordeningen, naar vermogen te behartigen."

Dat is een wijziging overeenkomstig art. XI van het Algemeen Reglement, en naar het model in 1816 gegeven; gelijk ook haar den zin van den beroepsbrief.

Vervolgens worde art. 19 van het Reglement op het Godsdienstonderwijs (de godsdienstonderwijzers-verklaring) aldus veranderd:

Wij ondergeleekenden enz. enz.... tot het geven van godsdienstonderwijs, beloven, dat wij in gehoorzaamheid aan onze roeping en in vertrouwen op God, daarin met ijver en trouw zullen werkzaam zijn, om, overeenkomstig de leer die in het Oude en Nieuwe Testament en in de 12 artikelen des christelijken geloofs begrepen is, in den zin, die door de Kerk onzer Vaderen, blijkens haar belijdenisschriften daaraan gehecht wordt, het Evangelie van Jezus Christus te onderwijzen en te verkondigen en de belangen van het Godsrijk in het algemeen en van de Ned. Herv. Kerk in het bizonder, in gehoorzaamheid aan Gods Heilig Woord, met opvolging van hare verordeningen, naar vermogen te behartigen."

Dat is een verklaring die wat verklaart en een onderteekeningsformule die verbindt, gelijk dat in de Hervormde Kerk geëischt mag en moet worden, wil de Kerk zelf niet de dupe worden van allerlei wind van leer en allerlei on-Hervormde practijken.

En eindelijk zij het verzoek dat art. 39 van het Reglement op het Godsdienstonderwijs (de belijdenisvragen) aldus worde gewijzigd :

De bevestiging van lidmaten heeft plaats in eene daarvoor bepaalde godsdienstoefening, bij welke hun de volgende vragen ter beantwoording worden voorgesteld :

In tegenwoordigheid van God en van Zijne gemeente vraag ik u :

Vooreerst: belijdt gij te gelooven, de leer die in het Oude en Nieuwe Testament en in de 12 artikelen des christelijken geloofs begrepen is, in den zin die door de Kerk onzer Vaderen, blijkens haar belijdenisschriften daaraan gehecht wordt, de waarachtige en volkomene leer der zaligheid te wezen ?

Vervolgens zijt gij des zins en willens, door Gods genade, bij deze leer te blijven volharden, de wereld te verzaken, tegen de zonde te strijden, uw leven godzalig en onsterfelijk aan te stellen en uw belijdenis met goede werken te versieren ?

Eindelijk: belooft gij tot den bloei van het Godsrijk in het algemeen en van de Ned. Herv. Kerk in 't bizonder in gehoorzaamheid aan Gods' Heilig Woord en met opvolging van hare verordeningen naar uw vermogen volijverig mede te werken ? "

Zoo kan er uniformiteit komen in belijdenis en leven voor predikanten, godsdienstonderwijzers en gemeenteleden, een voorwaarde toch voor den bloei van Christus' Kerk hier te lande, die een gemeenschappelijke geloofsbelijdenis bij hare leden in alles veronderstelt.

Onze Hervormde Kerk moet toonen een belijdende Kerk te zijn en die belijdenis ook te willen zien geëerbiedigd door allen zonder onderscheid. De tijdsomstandigheden noodzaken zoo bizonder. En niemand wordt hierdoor in zijn rechten aangetast of in zijn toetreden bemoeilijkt.

Want immers de Hervormde Kerk zegt eenvoudig wat zij altijd geweest is en nog is —' en niemand, die in beginsel met haar verschilt, wordt gedwongen om in de Hervormde Kerk predikant of godsdienstonderwijzer te worden; gelijk ook niemand gedwongen wordt een belijdenis af te leggen, waar hij of zij het niet mee eens is.

Die niet Hervormd is wone ook niet in het midden van de Hervormde Kerk!

Die bewone een ander huis, waar een andere taal gesproken wordt en andere regels gelden.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 7 juni 1912

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's

Uit het kerkelijk leven

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 7 juni 1912

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's