Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Uit het kerkelijk leven.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uit het kerkelijk leven.

16 minuten leestijd Arcering uitzetten

Over „De Waarheidsvriend."

In „de Geref. Kerk" het orgaan van de Confess. Vereeniging, wordt meer aandacht aan onzen Geref. Bond geschonken dan ooit te voren en ons Bondsblad „de Waarheidsvriend" wórdt ook telkens ter sprake gebracht.

Daar verheugen we ons over. Men heeft al veel te lang als een struisvogel gedaan.

Jammer dat „de Geref. Kerk" altijd verschilt met „de Waarheidsvriend." Want als er iets goeds te vermelden is zwijgt het Orgaan van de Confessioneele Vereeniging. Zelfs op ons dringend en vriendelijk verzoek ons te helpen b.v. bij de kwestie van de proponentsformule kan het geen énkel woordje lijden. Van alle kanten was er sympathie en werd de zaak besproken, maar „de Geref. Kerk", ook in weerwil van ons vriendelijk verzoek, had geen mond. 't Was stil en 't bleef stil. Wat juist in deze kwestie, nu er wat gedaan kan worden te betreuren is !

Nu is er evenwel een kluifje  op tafel geworpen, dat „de Geref. Kerk" wel aanstaat. Dr. Kuyper is er in betrokken, 't Vrijekerken-systeem is aan de orde. En „de Geref. Kerk" likt al om den mond ! Dat smaakt! En het leukste is, dat „de Geref. Kerk" zich bezorgd maakt over „zeker méér dan de helft van de lezers van „de Waarheidsvriend"!

Die arme menschen, dat men ze zulke verderfelijke kost voorzet in „de Waarheidsvriend" ! Och, bedankten die menschen maar voor „de Waarheidsvriend". En abonneerden ze zich toch maar op „de Geref. Kerk" of bestelden ze maar een ex. van het boekje over Kerkgeschiedenis van Ds. Stigter.

Dan waren ze goed verzorgd!

Nu denkt „de Geref. Kerk" zeker, dat we het meerendeel van onze lezers in Ommen hebben. Maar dat is een weinig bezijden de waarheid. Wat ook een kind begrijpen kan, daar we van den eersten dag af net zoo „gevaarlijk en verderfelijk" geweest zijn als nu. Dat moet „de Geref. Kerk" maar eens aan Dr. Kromsigt, Ds. Lingbeek en Ds. Wagenaar vragen. Enkele brochures en artikeltjes, aan ons adres gericht, kunnen dan tot bewijs dienen? Het was altijd even „gevaarlijk en verderfelijk." 't Was altijd „antirevolutionair", „doleerend", „Dr. Kuyper", „het vrije-kerken-systeem", „Schleiermacher" enz. enz.

Waren we ook maar Christelijk-historisch! en niet anti-revolutionair. Waren we maar voor een Christelijke Openbare school en niet voor de Vrije school voor heel de natie. Waren we maar voor een Volkskerk en niet voor een Geref. Kerk. Deden we maar mee met het coquetteeren met de ethischen en liberalen. Wilden we maar wat meer dweepen met Hoedemaker en wilden we maar wat meer eerbied toonen voor de gezangen. Dan waren we niet „afgescheiden", dan waren we „volksmannen"; dan waren we „mannen van art. 36".

Maar nu zijn we Labadisten ! O, al zoo Iang! Ja, we zijn ook ongelukkige menschen. Dat we zelfs een „eigen" zendingsbond en „eigen" zendingsfeest hebben

Maar laten we het woord geven aan „de Geref. Kerk". Daar schrijft Dr. Kromsigt in het No. van 5 Dec. j. 1.:

»In »de Waarheidsvriend hebben eenige stukken gestaan over de Confessioneele voorlichting»  van »een medewerker*, die zelf een duidelijk bewijs is, hoever de afscheidingsbeginselen reeds hebben doorgewerkt binnen de Ned. Herv. Kerk en hoe ieder dus op zijne hoede heeft te zijn«.

Dat laatste schreef Dr. Kromsigt 6 jaar geleden bij de oprichting van den Geref. Bond óok ; woordelijk zelfs !En het is sinds begin 1906 ontelbare malen herhaald!

Er is niets, dat hem van Dr. Kuyper en de zijnen onderscheidt.

Wat van Dr. Hoedemaker komt is, volgens Dr. Kromsigt, altijd goed; wat van Dr. Kuyper, Dr. Bavinck, Prof. Visscher, van den Geref. Bond, van „de Waarheidsvriend" en nu van „de Medewerker" komt is — bewijzen behoeft hier niet — gevaarlijk en verderfelijk. Neo-calvinistisch enz. Vooral labadistisch !

»Hij verblijdt er zich dan ook blijkbaar over, dat de mannen der doleantie weldra door een Hervormd jurist in het gelijk zullen worden gesteld, wat den strijd over de kerkelijke goederen betreft».

Was Dr. Kromsigt dan zoo onnoozel, dat hij dacht, dat het laatste woord in deze kwestie al gesproken is ? En dat er na Prof. Kleijn niemand onder de Hervormden, gezangen-zingenden, zou opstaan die iets anders te zeggen heeft? Wat kan een mensch toch makkelijk voor struisvogel spelen!

»Hij wil dan ook de hoofdgedachte van art. 36 der geloofsbel. geheel loslaten en volgt ook hierin Dr. Kuyper«.

Neen, wilt ge het dan precies weten ? hij volgt hierin ... Dr. Los! Van Dr. Kuyper willen wij het niet aannemen. Wie neemt er nu iets van Dr. Kuyper aan!! Maar van Dr. Los. Die schreef eens (Troffel en Zwaard, 9de jaarg. 6de afl. blz. 363) „Zou Calvijn, gesteld hij leefde thans met even gelijke beginselen, in ónze dagen nóg de uitroeiing der afgoderij, en, met onze confessie, nóg de uitzending der leeraren aan onze overheden ten plicht hebben gesteld? Ik en weet het niet!" En ziet, op dat woord van Dr. Los inzake art. 36 heeft onze medewerker bepaald gezegd „ik en weet het wel!"

Niemand meene evenwel dat dit de hoofdgedachte van art. 36 is!

»De vrije-kerk-idee is bij hem schering en inslag. Geen wonder, dat èn Standaard en Heraut dergelijke stukken in den breede en met groote ingenomenheid overnemen».

Dat is de groote boeman. Waag het eens om „de Standaard" of „de Heraut" te lezen ! Neen, dan „de Beukelaar" of „de Klaroen" of „de Nederlander" en „de Geref. Keik" en „de Banier". Maar de Standaard, de Heraut, de Waarheidsvriend ~ zulke bladen zijn immers doleerend, die moet men niet lezen.

Die voor een Geref. Kerk is, met rechte bediening des Woords, zuivere bediening der sacramenten en handhaving van de tucht en andersdenkenden vrijheid wil geven om in ons vrije Vaderland in andere kerkgenootschappen saam te leven, die is voor het vrije-kerken-systeem ! Die is Labadistisch ! En die is een ramp voor de natie. Die verdeelt en verscheurt ons volk. Die trekt zich van de natie niets aan.

Neen, dan was het een betere tijd toen dragonders onze vaderen schopten en sloegen omdat ze, 20 in getal, rondom Gods Woord vergaderden, of toen de kinderen naar de Openbare School moesten als naar een volksgevangenis, terwijl een School met den Bijbel verboden was. Schouwburg, danszaal, kroeg enz. vrij. Ook 's Zondags. Maar de vergaderingen rondom Gods Woord niet; een School met den Bijbel niet! En van dien dwang heeft men plezier beleefd! Met dwingen komt men zoo ver! En de Overheid in de Kerk te halen is altijd tot rijken zegen voor .... de leugenleer !! Men moet de studie van Prof. van Veen, (die geen lid van den Geref. Bond is!), maar eens lezen over „de machthebbers der wereld en de Kerk".

O! die lieve Overheid. Wacht maar, als in 1918 Borgesius de portefeuille van binnenl. zaken draagt, Patijn over de financiën gaat, van Kol koloniën verzorgt en Hugenholz marine. Dan zal men eens zien hoe heerlijk art. 86 wordt uitgevoerd, 't Zal een lust zijn om dan te leven. En Ommen komt de eer toe daarvoor de banier te hebben opgeworpen! Jammer, dat „de Heraut" en „Hollandia" reeds overnamen wat geschreven werd voor de dagen van „den medewerker", 't Is ook wel verschrikkelijk, 't Is om kippenvel te krijgen. Neen, dan als meneer Duijs iets overneemt uit „de Geref. Kerk", da's nog eens leuk!

»Deze «medewerker» dreigt dus »de Waarheidsvriend» die toch op dit punt al wankel stond (hoewel tot onze blijdschap nog altijd met eenige reserve) geheel mee te trekken in het zog der afscheidingsbeginselen».

Natuurlijk is dit niet naar den zin van zeker meer dan de helft van de lezers van »de Waarheidsvriend». Ons Hervormd Gereformeerd volk is nog te goed Gereformeerd om de afwijkingen van onze belijdenis vooral inzake art.. 36 en de vrije-kerk-idee zoo maar voetstoots over te nemen».

Die goed gereformeerde Hervormden zitten dan zeker in de Confess. Ver., want 'tis juist „de Geref. Kerk" die week aan week bewijst dat de menschen van den Geref. Bond in prediking, evangelisatiearbeid, vereenigingsleven, Zendinsbond, Jongelingsbond enz. zoo ongereformeerd mogelijk zijn. Zoodat Ds. de Ligt van Middelburg uitriep: „God beware Middelburg voor een predikant van den Geref. Bond" gelijk men in Rotterdam al afgesproken heeft: „tot geen prijs komt hier een Bondsman". Hoe of Dr. Kromsigt dan nu in eens zoo lief kan doen tegen , meer dan de helft van de lezers van „de Waarheidsvriend" die zoo goed en zoo gezond-gereformeerd zijn, komt ons een weinig verdacht voor. Er is een spreekwoord dat zegt: „als de vos de passie preekt, boer pas op je kippen".

Wij kunnen ook moeilijk aannemen, dat de redactie zelf in alles accoord gaat met dezen «medewerker». Dat zouden wij betreuren om der wille van de Gereformeerden in onze Ned. Nerv. Kerk, die dan, voor zooverre zij »de Waarheidsvriend« lezen, al weer verder geleid worden op een weg waar zij zelf niet wezen willen».

Wij zouden bescheidelijk willen vragen is Dr. Kromsigt het in alles eens met Dr. Schokking van Leiden (ook te Leeuwarden b.v. in de kwestie art, 171) of met Ds. Wagenaar of met Dr. Los? 't Is maar een vraag! En is het niet diep beleedigend om telkens de tegenstelling te maken, dat de volgelingen van Dr. Kromsigt weten wat ze willen en weten waar ze wezen willen — terwijl de leden van den Geref. Bond niet weten wat ze willen en komen waar ze niet willen zijn? Het is schering en inslag bij. Dr. Kromsigt en Ds. Lingbeek om dat te beweren. En dan moet men zelf niet anders weten te antwoorden dan: „ziende in het gebod, blind voor de uitkomst!"

Neen, onze menschen zijn niet zoo onnoozel, dat ze niet zouden weten wat ze willen.

Ze willen beslist niet: dat de Roomschen naar Siberië en de doleerenden naar Afrika worden overgeplant, terwijl we dan hier lieve Hervormde ministers als Duys, Roodhuizen en Roessingh krijgen en een lieve Hervormde Kerk, die heel het volk omvat en héél de natie beslaat. Dat willen onze menschen beslist niet.

Die willen, dat de Hervormde Kerk 'weer zal worden de Gereformeerde Kerk, die zich vrij kan inrichten naar Gods Woord, terwijl allen die het met dat Geref. beginsel niet vinden kunnen en zich niet aan de belijdenis der Kerk willen onderwerpen hun eigen tente hebben te betrekken.

Gereformeerden bij elkaar en niet-Gereformeerden afzonderlijk. Dat is naar Gods Woord en naar de leer en practijk onzer Vaderen. En de Geref. Kerk zal tot zegen te zijn voor ons volk. Wij hebben óok onze leuze: heel de Kerk en heel het volk! We zijn niet Labadistisch!

»Hoe zeer wij dus den verzoenenden toon, die een medewerker» aanslaat, waardeeren en op prijs stellen, wij mogen toch, wat het beginsel betreft, geen duimbreed wijken. Wij moeten, met name ook in het politieke, blijven aandringen op den «tweeërlei weg.

„Geen duimbreed wijken" lijkt op de taal van een held! Geldt dat het beginsel van art. 36 „maintenir Ie sacré ministère = ut sacrum tueantur Ministerium = de Kerkedienst bescherming verleenen en in rechten bijstaan ?

Accoord!

Geldt dat*' „uit te roeien alle afgoderijen en valschen godsdienst"; of „het Woord des Evangelies overal te doen prediken".

Dan zeggen we met Dr. Los „ik en weet het niet!"

Of wanneer Dr. Kromsigt er bij zegt : „njet name ook in het politieke geen duimbreed van ons beginsel wijken" — is dat zooals de anti-revolutioniren dat gewoon zijn? Accoord!

Of zooals de Christelijk-Historischen dat pas in Ommen gedaan hebben?

Welnu we willen Dr. Kromsigt wel de verzekering geven, dat we niet voelen voor dien beginsel vasten strijd, dien we daar gezien hebben, waar men geen duimbreed wijken wilde voor het beginsel.

Menschen als Mackay, die tweeërlei weg willen bewandelen kunnen we niet uitstaan.

We houden meer van menschen die één gezicht hebben en één weg wandelen. En zoo eischen we in de politiek van de Overheid, dat, waar het Kind aan de Ouders hoort, ook door de Overheid de weg gebaand worde, dat de School aan de ouders komt, en dat alle onbillijkheid inzake het onderwijs worde weggenomen, en de Scholen met den Bijbel niet langer achtergesteld zullen worden bij de godsdienst-looze School.

Als er gelijk recht komt, dan doet de Overheid recht aan de ouders, recht aan de kinderen, recht aan de onderwijzers, recht aan het volk! En ons volk, dat prijs stelt op den godsdienst, zal kiezen voor de Christelijke School, en de godsdienst-looze School voor een groot gedeelte leeg laten staan.

Maar om nu weer te beginnen om den Staat tot opvoeder van de jeugd te maken „is terugkeeren tot het heidendom" heeft een zekere Dr. Kromsigt nog onlangs te Amsterdam gezegd. En daarom „voortvaren!" is de boodschap. „De vrije school voor héél de natie!" Waarbij er véél te verwachten is van de antirevolutionairen en niets, niets van van liberaal of socialist. En waar er dan te strijden is voor het recht van de waarheid in de Herv. (Geref.) Kerk daar vragen we recht aan de Overheid en we bidden van den Heere, dat allen die nog wenschen te buigen voor het Woord bij en naast elkander gevonden mogen worden, om in de middelijken weg te komen tot herstel van onze Geref. Kerk.

Ziet men de actie van de vrijzinnigen niet?

Hoort men de leuze niet van de ethischen: „geen Geref. Kerk, maar een Evangelische Kerk, zonder band aan een belijdenis"?

Merkt men niet, dat tal van „confessioneelen" niets van de belijdenisschriften moeten hebben als accoord van gemeenschap, als formulieren van eenigheid?

We leven in een tijd, dat er gespeeld wordt met woorden. Dat er een struisvogel politiek wordt gevolgd.

Dat een zielloos doctrinisme aan het woord is. Dat men van vrijbuiterij veel verwacht. Dat men programs van beginselen en actie veroordeelt.

Laat men toch opwaken!

Liberaal en socialist hebben reeds het vonnis geveld over de coalitie. Dr. Slotemaker de Bruine heeft al het vonnis geveld over de confession eel en en de gereformeerden.

De modernen hebben al het vonnis geveld over het neo-calvinisme.

Wij wenschen daarbij de oogen open te houden!

En we zijn het hartelijk eens met den modernen predikant Dr. C. Hille Ris Lambers die in Teekenen des tijds déze waarschuwing doet hooren aan zijn vrijzinnige geestverwanten :

«Wij meenen dat het noodig is onze geestverwanten toe te roepen: zich niet de zaak gemakkelijk te maken door te denken: het Neo-Calvinisme is niet zoo erg, is niet zoo reactionair, — maar wel degelijk en duidelijk te beseffen dat we hier te doen hebben met een geestesstrooming, die scherper dan eenige andere, aan 't geheele moderne denken en voelen den oorlog verklaart".

«'t Ware mij liever de conclusiën van het met zooveel zorg en talent geschreven boek van Dr. Hylkema over Oud en Nieuw Calvinisme te beamen, maar ik meen vooralsnog dat zijn inzicht over 't Neo-Calvinisme niet met de verklaringen van dit Calvinisme zelve kloppen. En mede in verband met mijn inzicht over dit Neo-Calvinisme roep ik mijn geestverwanten toe: Houdt het Neo Calvinisme in het oog, want 'tis een uwer gevaarlijkste vijanden!"

Daar zijn we het hartelijk mee eens.

Jammer, dat deze moderne predikant het beter ziet dan vele orthodoxen.

Wij meenen ook, dat het Neo-calvinisme een geestesstrooming is die scherper dan eenige andere aan H geheele moderne denke en voelen den oorlog verklaart.

En in dien strijd willen we geen duimbreed wijken, noch op kerkelijk terrein, noch in de politiek, van ons allerheiligst beginsel, dat naar Gods, Woord is en ons volk tot zegen! Dr, Kromsigt mee in dien strijd te zien optrekken en daar "geen duimbreed van het beginsel te zien wijken" zal ons hartelijk verblijden,

Een vraag over art. 36.

In art. 36 van onze Ned. Gel.belijdenis staan de woorden:

»het ambt der Overheid is om te weren en uit te roeien alle afgoderijen en valschen godsdienst, om het rijk van den Antichrist te gronde te werpen.»

Hier is sprake van een ambt of taak der Overheid (oorspronkelijk stond er „het is hare ampt ende officie). En duidelijk is het, dat onze Vaderen bizonderlijk op 't oog hadden den Paus en de Roomsche Kerk; gelijk: ze in de voorrede voor de leerregels van Dordt spreken van „de Tyrannie des Roomschen Antichrists ende de schrickelijcke afgoderie des Pausdoms", terwijl in vr. 80 Heid. Cat. de Mis een vervloekte afgoderij genoemd wordt en in art. 29 onzer belijdenis gesproken wordt van de „afgoderijen der valsche di. der Roomsche Kerk."

Onze Vaderen wilden dus dat de Overheid, die het zwaard draagt, het zwaard gebruiken moet om „de Ketterijen, dewelcke verstooringhen werken onder het ghemeyn volck" uit te. roeien en (zooals in den tekst van 1562 staat) te niete te doen.

Nu wilden we wel eens vragen aan de lezers van „de Waarheidsvriend" wie het eens zijn met de bedoeling van deze woorden van art. 36, waarbij aan de Overheid dus wordt voorgeschreven om met het zwaard uit te roeien en te niete te doen: de Roomsche Kerk en voorts elke Kerk of secte die verdeeldheid en scheuring geeft onder het gemeene volk?

Wie stemt in met de practijk van onze Vaderen, die voortdurend er bij de Overheid op hebben aangedrongen, dat zij plakkaten en ordonnantiën zou maken tegen de „oefeningen van de Pauselijcke Affgoderije en de Superstitien", tegen de Wederdoopers of Mennonieten, tegen de samenkomsten dey Remonstranten, zelfs de samenkomsten der Lutherschen of Martinisten zou verbieden,  en de Davidioristen en Familiaristen in de" 16de en de Hattemisten en Labadisten in de 17de eeuw strenger nog dan de anderen zou vervolgen.

Wie is het daar mee eens"!

Of wie houdt het met die Gereformeerden („oude Leeraers" geheeten), die in de 16de eeuw in de meerderheid waren en oordeelden:

„dat de Ouerheyt niet gheoorlooft en is, de consciencien aen te roeren om die te verweldighen ende te 'bedwinghen te gheloouen, mitsdien, dat het materiael sweert haer in de handen gegeuen is, om de roouers, dienen, doodtslaghers ende andere, die dese menschelicke regeringhe beroeren, te straffen.

­ Maer aengaende der Religie ende het ghene, dat totter zielen behoort, het eenich Geestelick sweerdt des woords Gods, moet ende mach hierin neerstelick remedieren, scheydende den yuer ende Religie, die yemandt beschermt van de oproericheydt ende verstooringhe der regeringhe."

Wat dus zeggen wil: het zwaard van staal voor de roovers, dieven, doodslagers, oproermakers, maar wat de conscientie, den godsdienst, de ziele raakt, daarbij zal de Overheid het zwaard in de schede laten, belijdende dat geestelijke dingen geestelijk behandeld moeten worden en hier het geestelijk zwaard des Woords geestelijk gebruikt moet worden.

Wij zijn wel benieuwd, daar onze Geref. Vaderen in deze min of meer in twee partijen uiteen gingen, waar onze goed-gereformeerde en gezond-Hervormde lezers hun sympathie laten vallen.

Men moet het ons eens berichten.

We verwerpen allen de neutrale staatsidee, dat de Overheid niet te vragen heeft naar God of Zijn gebod.

Dat verwerpen we allen.

En allen belijden we, dat ook het Staatsleven zal strekken tot verheerlijking Gods,

Maar de vraag gaat nu hierover: mag de Overheid maar éen Kerk dulden en moet de Overheid alle ketterij, alle bijgeloof, alle valsche religie (met name Rome) met het zwaard uitroeien en te niet maken.

Moet er met geweld gezorgd worden voor uniformiteit der burgers in zake religie ?

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 13 december 1912

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's

Uit het kerkelijk leven.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 13 december 1912

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's