Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Vragenbus.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vragenbus.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

­ Vr. Wat is het Independentische stelsel van Kerkregeering?

Antw. We hebben het Gereformeerde of presbyteriale, het Roomsche of papale, het Luthersche of consistoriale stelsel van Kerkregeering besproken en willen nu nog een enkel woord zeggen over het Independentische of Congregationalistische stelseL

Independent beteekent vrij, onafhankelijk, en congregatie wil zeggen: een grootere of kleinere vergadering van belijders; groep of club van gelijkgezinden.

Wanneer de beteekenis van die twee vreemde woorden independent en congregatie in het oog houden weten we tegelijk wat dat reuzenwoord: independentische of congregationalistiscke wijze van Kerkregeering zeggen wil.

Immers er wordt dit door verstaan: in een en dezelfde stad of op een en hetzelfde dorp kunnen zooveel groepen en gezelschappen van belijders zijn, als men maar hebben wil.

Hoeveel Kerken daar zijn doet er niet toe. Ieder is vrij om zich te voegen waar hij wil. En elke groep van belijders is onafhankelijk om zich te organiseeren zooals zij wil.

In stad A. kan men dus gemakkelijk 5 Kerken krijgen, die leven uit éen belijdenis, maar vrij en onafhankelijk van elkaar hun weg gaan, ieder doende wat recht is in eigen oog.

En op een dorp kan men best 2 groepen van gelijkgezinde belijders krijgen, die ieder afzonderlijk saamkomen en onafhankelijk van elkaar handelen en wandelen.

Dat is dus al in lijnrechten strijd met het Schriftuurlijk beginsel van de éénheid der plaatselijke Kerk, wat bij het Gereformeerde of presbyteriale stelsel No. 1 is. Immers de Gereformeerde belijdt: de geloovigen mogen bij het formeeren der Kerken niet naar willekeur te werk gaan; alle geloovigen in éénzelfde plaats, levende uit éénzelfde belijdenis, mogen en kunnen slechts in éene Kerk samenwonen.

Slechts wat in Belijdenis der waarheid principieel uiteenloopt mag zich afzonderlijk formeeren; maar wat éen in belijdenis is, hoort saam. Zelfs indien men bij verschil in Belijdenis, wat ondergeschikte punten betreft, afzonderlijk van elkaar zou leven, mocht men niet rusten eer men hierin hetzelfde gevoelde en in éen huis saam kwam wonen.

Dus de Gereformeerde leert niet, dat alles, van welke onderscheidene belijdenis ook, modern en gereformeerd, in éen Kerk zouden saamwonen. Geen volkskerk! Dat is de waarheid verkrachten en de Kerk dooden. Die uit een verschillend beginsel leven kunnen niet saam in éen huis, want een koninkrijk dat tegen zich zelf verdeeld is, kan niet bestaan.

Maar geen afgescheiden-van-elkaar leven onder degenen die van éen gevoelen in de waarheid zijn. Geen vrije-kerken-systeem in den zin, dat Ds. A, en oefenaar B en broeder C ieder er een kerkje op na houden. Dat is gruwelijke zonde. Dat is het lichaam van Christus verscheuren.

In het Independentische stelsel kunnen we ons dus niet vinden, daar de groepen van belijders daar recht ontvangen om onafhankelijk van elkaar te handelen en te wandelen.

Want — zoo leert - men daar — de oefening van geregeld verband van onderscheidene Kerken is niet bepaald noodzakelijk,

ledere congregatie of Kerk is gerechtigd independent d.i. vrij en onafhankelijk van alle andere Kerk te blijven staan, zonder eenig verband met eenige zusterkerk te oefenen.

Vandaar ook de naam van Independentisme. Die onafhankelijkheid gaat over alles.

Niet alleen over vergaderen, maar ook over beroepen van Dienaren, over de eeredienst, over de confessie en over de tucht.

Ieder handelt naar eigen goed vinden. Ieder staat en valt zijn eigen Heere.

Want men zegt, dat men niet alleen moet weerstaan elk zeggenschap van den Staat over de Kerk, maar ook elk kerkverband, dat eenig bindend gezag zou hebben.

Zoo streng mogelijk moet dit beginsel toegepast. Het is wel geoorloofd, dat de Kerken samenkomen in conferentiën, waar men de dingen bepraat, maar die conferentiën kunnen geen besluiten nemen die bindend zijn, doch hoogstens advies uitbrengen.

De belijdenis die een congregatie heeft, heeft dan ook eigenlijk alleen maar beteekenis voor die bepaalde groep van belijders alleen. Belijdenisschriften met algemeen gezag erkent men niet.

Alleen de Schrift heeft gezag. Het Independentisme erkent de leiding des H. Geestes in het opstellen van de belijdenisschriften niet. Men is daarvoor te individualistisch. Ieder leeft voor zich zelf en elke tijd komt voor zich zelf. En zoo is het Independentisme ook natuurlijk afgezakt van de waarheid tot allerlei dwaling. In de congregaties heerscht een soort van volkssouvereiniteit.

Er is in de Gemeente geen besturend gezag. Dat berust bij haar zelf. Zij heeft dat van Christus ontvangen. En nu moet zij ook zelf over alles haar oordeel laten gaan en moet zij over alle zaken bij stemming beslissen.

De Kerkeraad voert dan ook den wil der gemeente uit, maar regeert haar niet.

Ook is er geen onderscheiding der ambten mogelijk. Elke ouderling, moet ook leeraar zijn.

De tegenwoordige Congregationalistische gemeenten hebben geen ouderlingen meer. Alleen den dienaar en diakenen.

De gemeente bestaat uit »leden«, die als »bekeerden« door stemming tot het lidmaatschap zijn toegelaten, en de overige leden of belangstellenden, die aan de Godsdienstoefeningen deel nemen, zonder nog tot den engeren kring der »leden« te behooren.

We bemerken; bij het independentisme heerscht een soort christelijke volkssouvereiniteit. De Gemeente is de authoriteit, welk goddelijk gezag zij van Christus heeft ontvangen, zooals men leert.

De dienaar is dan ook allereerst dienaar van de Gemeente — slechts in de tweede plaats dienaar van Christus.

En »het volk« bepaalt wat de dienaren hebben te spreken en te doen.

Niet allereerst onder de tucht van het Woord staat de Dienaar; neen, onder de tucht van het gevoelen der Gemeente!

Wat een verschil dus met de Gereformeerde opvatting in deze: dan is de ambtsdrager dienaar van Christus en Staat onder Gods Woord — waarbij de Schriftuurlijke beginselen van de éénheid der plaatselijke Kerk en de eisch eener goede en geregelde correspondentie der Kerken onderling worden vastgehouden.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 24 januari 1913

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's

Vragenbus.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 24 januari 1913

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's