Financiën.

Mag de Paaschcollecte voor het Leerstoelfonds zijn?

Arnhem, de hoofdstad van Gelderland, is thans de plaats waar uw groote en kleine gaven verwacht worden, en ik hoop dat u er niet zuinig mede zult zijn. In deze behoeft gij den penningmeester niet te ontzien uit vrees dat hij dan zoo met werk overladen wordt. Neen, daar kan ik best tegen. Integendeel, hoe meer werk u mij geeft met het innen van postwissels of van aangeteekende brieven, des te aangenamer en opgewekter gij mij stemt. Let dus goed op het nieuwe adres. Het kantoor is den ganschen dag open.

Arnhem, een stad van 66, 000 zielen. Hoeveel leden van den Geref. Bond denkt ge dat er wonen? Ik zal het u zeggen. Er woont er thans één. En dat is uw onderdanige dienaar. Gansch alleen ! Och wie weet waar het goed voor is dat ik hier ben komen wonen. De Heere toch bepaalt de plaats van ieders woning. Een vriend schreef mij : „Gods goedheid over u, nu gij de Laan uit en den Weg op gegaan zijt. Moge u daar gezegend zijn. De nieuwe woning zij voor u en uwen arbeid met nieuwe zegening gemeubeld." Heel vriendelijk. Hartelijk dank voor dezen wensch. Moge de Heere hem vervullen.

Een aardig soort van welkom ontving ik van iemand uit Duiven. Een postwissel van f2.50 met een briefkaart van ongeveer dezen inhoud: „Ik wil u ook eens een kleinigheid sturen nu u zoo kort in de buurt zijt komen wonen, voor het Leerstoelfonds. Misschien hebt u nog nooit iets uit Duiven ontvangen (neen, nog nooit), maar dit zend ik u omdat ik geheelonthouder ben geworden en niets meer aan drank uitgeef. Ik geloof dat het hier beter aan besteed is — Aan den achterkant van de briefkaart stond gedrukt: Het Nederlandsche volk geeft jaarlijks aan alcoholhoudende dranken uit 115 millioen gulden. Het Protestantsche Nederland geeft jaarlijks voor de Zending onder de heidenen niet meer dan 600, 000 gulden uit.

Sprekende cijfers! Hier zijn toch hoop ik geen dubbeltjes en kwartjes onder van Gereformeerden. Doe anders als onze vriend uit Duiven en zend ze mij.

Nijverdal, van N. N. fl,1 gecollecteerd bij een spreekbeurt van Ds. M. Jongebreur, In het briefje stond: „Ter navolging. Moge dat hier bewaarheid worden."

Harmelen (postmerk), van éen waarheidsvriend te H. f 7, waarvan f 4 voor het Leerstoelfonds en f 3 voor den Geref. Zendingsbond. Zeer zeker wil ik die gaarne overmaken. Hartelijk dank.

Sprang, f 1.03 van J. IL Bolder uit busje No. 30.

Leerdam, door Ds. J. v. Vliet f 1, 11. Zondag gevonden in het kerkezakje.

Vlissingen. Een schrijven van Js. Fregeres met verzoek een busje te zenden. Er bevinden zich aldaar eenige vrienden van den Bond, welker aantal nog is toegenomen na de spreekbeurt van onzen Voorzitter. Zoo kan het busje een blijvende en aanhoudende propaganda worden. Ik zend er ook een aantal van de nieuwe circulaires bij, die ik zoo juist van den drukker heb ontvangen en waarover ik een volgenden keer met onze lezers hoop te spreken.

Mookhoek gem. Strijen, van D. V. f2.50, H. S. f2.50, W. V. S. fl,1 tezamen f 6. Vorig jaar om dezen tijd ontving ik uit dezen hoek ook f6 van drie vrienden. Dit zal wel hetzelfde drietal zijn. Is dit niet uit te breiden ? Zal ik u eens eenige circulaires zenden?

Ooster-Nijkerk, van Th. A. Faber fL79, opbrengst Februari van bupje No. 49.

Nu nog een vraag: Kan iemand mij aan het adres held van A.D. Duys? Stond bij mij geboekt als jaarl. bijdrage voor het Leerstoelfonds te Elst.

Ik heb reeds naar twee plaatsen van dien naam de quitantie gezonden, maar komt telkens terug als onbekend. Of is soms de voorletter abuis. Zend hem aan het Kamerlid voor Zaandam, misschien is die het wel, zei me iemand. Maar dat kan ik toch moeilijk gelooven dat die voor het Leerstoelfonds zou bijdragen. Dan zou er toch zeker eerst iets moeten gebeuren als op den weg van Damascus plaats had. Onmogelijk is het niet want bet is nog dezelfde God.

Giesendam, f 10 door M. Stam, 3-maandel. opbrengst van busje No. 132.

Benschop, f8.875 door J. A. de Gier, penningmeester der Afdeeling, zijnde de opbrengst van de collecte, gehouden tijdens een spreekbeurt op 24 Febr. 11. door Ds. J. G. Dekking van Monster, die in gloedvolle woorden en met heiligen eerbied het werk van den Geref. Bond bepleitte, zoo berichtte onze Benschopsche penningmeester en vervolgde dat hij zoo juist had gelezen dat uit Indie f 10, 000 gezonden was voor propaganda voor de vrijzinnigen en had er bij gedacht of er geen mogelijkheid zou zijn om Fliehe ook zoo'n som voor het Leerstoelfonds te bezorgen. Dat zou toch vrij wat beter besteed zijn Dat geloof ik wel. En de Gereformeerden uit de Herv. Kerk zijn er best toe in staat. Als de Heere het hart bewerkt dan zijn ze er zoo.

Lezer, tot de volgende week, hopen wij. Gij weet het nieuwe adres. Het is:

J. C. FLIEHE, Penningm.

Arnhem, Apeldoornscheweg 188

Sprang. Zoo juist komt nog een tweede postwissel van J. H. Bolder van f 1.67, ook gecollecteerd met busje No. 30

Utrecht, van de Afdeeling: De contributie der leden na aftrek der 25 % enz. f 53.811/2 en aan jaarl. bijdragen voor het Leerstoelfonds f 13, tezamen f 66.8172.

Oude postz., Capsules, Zilverpapier.

Slechts één pakje deze week. Van P. Dijkstra te Allingawier, 'verzameld door Wypkje en Hamke met postz., capsules en zilverpapier.

Mogen er spoedig weer meerdere volgen.

Mej. H. H. VEKBEEK,

Kanaalweg 14, Scheveningen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen