Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Staat en Maatschappij.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Staat en Maatschappij.

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het nieuwe Onderwijsartikel,

{Slot.)

Naast het voorstel betreffende de redactie van artikel 192 der Grondwet met toelichting, uit welke stukken de vorige week het een en ander werd mededeeld, is. door dezelfde sub-commissie ook een Nota overgelegd ter nadere uiteenzetting van de bedoeling, welke bij het ontwerpen dier redactie bij de commissie heeft voorgezeten:

Deze bedoeling is om voor het volksonderwijs een zoodanig nieuw stelsel in plaats van het bestaand subsidiestelsel te verkrijgen, dat eenerzijds de kosten van de bijzondere scholen, die aan wettelijk te stellen voorwaarden voldoen, op gelijken voet als de openbare scholen voor rekening komen van de Overheidskassen, en anderzijds een dam op te werpen tegen het met Overheidsgeld in het leven roepen en houden van te kleine of niet levensvatbare, dus onnoodige bijzondere scholen.

De Commissie verdeelt daarbij de kosten aan het stichten en instandhouden van eene school in het algemeen verbonden in drie groote groepen.

Ie. De kosten van personeel; 2e. de overige exploitatiekosten, waaronder de kosten van onderhoud, leer-en hulpmiddelen, enz. worden samengevat en

3e. de bouw en inrichtingskosten. Wat de eerste groep van uitgaven betreft, de hosten van personeel meent de Commissie, dat voortaan niet meer eene regeling der rainima door de wet rnoet worden gegeven, doch eene regeling der normale wedden.

Die regeling zal hebben te bevatten een aanvangswedde met eene periodieke opklim.ming in verband met dienstjaar, benevens eene naar gelang van den levensstandaard voor de verschillende gemeenten varieerende standplaatstoelagen. Behalve de vaststelling van eene normale jaarweddenregeling wenscht de Commissie dat rekening zal gehouden worden dat de verheffing van het peil van het volksonderwijs bijzonderlijk verbetering van de opleiding van onderwijzers eischt.In verband daarmede heeft de Commissie de wettelijke bepalingen omtrent de opleiding en omtrent de bevoegdheden van onderwijzers aan een ingrijpende herziening onderworpen.

Ten aanzien van de tweede groep van uitgaven de overige exploitatiekosten gaat de Commissie uit van de gedachte, dat het mogelijk is voor iedere gemeente het cijfer vast te stellen, dat gemiddeld per leerling over een bepaald jaar aan de openbare school is ten koste gelegd. Aan het bestuur van iedere erkende bijzondere school zal dan, om gelijkheid van behandeling te verzekeren, van Overheidswege in diezelfde gemeente over dat jaar hetzelfde bedrag vergoed moeten worden, vermenigvuldigd met het getal der leerlingen, welke van die school gedurende dat jaar hebben gebruik gemaakt.

De kosten van de derde groep, de schoolgebouwen zullen naar regelen gelijkelijk geldende voor de openbare en de bijzonde scholen bepaald worden.

De gebouwen zullen door de gemeentebesturen gesticht en ingericht worden. Op aanvrage van ieder schoolbestuur, hetwelk aantoont, dat een zeker getal leerlingen zijn school zal volgen, moet hiertoe door het gemeeentebestuur worden overgegaan. De schoolgebouwen blijven dan eigendom van de gemeenten, doch worden om niet aan de schoolbesturen ten gebruike afgestaan, terwijl de schoolbesturen voor het gewone onderhoud hebben te zorgen. Het schoolbestuur heeft als waarborg, dat niet onnoodig om stichting van een schoolgebouw voor eene bijzondere school wordt gevraagd, een zeker percentage voor de kosten van bouw en inrichting vooraf in de gemeentekas te storten welk bedrag later slechts dan wordt terugbetaald, wanneer gedurende een zeker aantal jaren de school bezocht is geworden door ten minste een in de wet daarvoor te noemen getal leerlingen en derhalve door de practijk is aangetoond, dat die school noodig en levensvatbaar is.

Tot zoover de Nota.

Uit het bovenstaande zal men kunnen opmerken welke plannen de Commissie heeft in hare voorstellen tot financieele geliykstelling tusschen het openbaar onderwijs eenerzijds en het bijzonder onderwijs anderzijds. Over die plannen zelve zeggen we op dit oogenblik niets, later als het ofiicieele stuk der geheele Staatscommissie verschenen is, zal wellicht voor critiek gelegenheid komen.

Alleen moge deze opmerking thans gemaakt worden, en dit geldt eene opmerking in zeer algemeenen zin, dat hoe sympathiek voorstellen van eene commissie ook kunnen zijn, deze voorstellen niets zeggen, als die niet in het Grondwetartikelze!f tot uiting komen.

Het gaat toch niet om de plannen van eenige Commissie maar het gaat om de redactie van artikel 192 der Grondwet.

En of nu die redactie weer geeft, ook nog wat de plannen in wetsvorm van deze Commissie betreft, daar achter zouden we niet anders dan een vraagteeken moeten stellen.

Intusschen we gaan daar thans niet op in. Dit blijft tot later bewaard.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 29 oktober 1915

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's

Staat en Maatschappij.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 29 oktober 1915

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's