Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Staat en Maatschappij

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Staat en Maatschappij

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

De Nieuwe Landvoogd.

De benoeming van den nieuwen Gouverneur-Generaal Mr. J. P. graaf van Limburg Stirum is door de Indische Pers koel ontvangen en heeft tot een zeer gereserveerde houding geleid.

De heer van Limburg Stirum is een diplomaat, die als zoodanig zeer bekwaam moet zijn en eene vlugge politieke carrière maakte. Zijne benoeming is te zien in het licht van de internationale betrekkingen en schijnt in verband te staan met de mogelijkheid, dat na den oorlog de toestand in Oost-Azië zich op bijzondere wijze kan ontwikkelen.

Uit dat oogpunt bezien, heeft de keuze, naar de Indische wereld redeneert, wel wat aantrekkelijks, maar daarbij is de groote schaduwzijde, dat bij het optreden van een bureaucraat de invloed der bureaucratie, die in gewone omstandigheden toch reeds veel te zeggen heeft, in zulk een geval onwillekeurig nog grooter zal worden.

Dit gevaar gevoelt Indie bij intuïtie, en daarom rijst de vraag, of er ditmaal geen reden is om naast de Gouverneur-Generaal een Luitenant-Gouverneur-Generaal te plaatsen, die in de gevallen waar Mr. van Limburg Stirum als landvoogddiplomaat te kort schiet, dit tekort kan aanvullen.

Want het moge waar zijn, dat misschien voor een oogenblik het van beteekenis is, dat het opperbestuur in Indie in handen komt van een man, die met de buitenlandsche verhoudingen goed op de hoogte is, maar dit mag voor Indie niet uitsluitend de toetssteen zijn.

Wat Indië behoeft is een man die in de eerste plaats Indie kent en ook weet wat de koloniën voor hunne ontwikkeling noodig hebben. De landvoogd moet zijn een staatsman en een economist, die gelijk de Loeomoiief schrijft, veel socialen zin heeft, een koloniale politicus is, wiens beginselen en idealen bekend zijn en die een programma heeft voor de ontwikkeling van Indie, beantwoordend aan de behoeften en wenschen van het steeds meer tot ontwikkeling komende volk.

Of Mr. van Limburg Stirum deze eigenschappen bezit, daarvan is niets bekend. Het meest-waarschijnlijke is, dat hij ze niet bezit, althans zij zijn niet naar voren getreden. Het is toch haast zeker, dat het ook bij de regeering niet de bedoeling geweest is naar een man om te zien, die deze eigenschappen in de allereerste plaats bezit, maar meer dat men iemand voor den troon van Buitenzorg begeerde, die voor het oogenblik de rechte man op de rechte plaats was.

Hoe dit nu alles zij, zoo valt het toch te betreuren, dat Indie in de onzekerheid blijft van den koers, welke in de eerstkomende jaren zal gevolgd worden. Vooral voor de Zending en de ontwikkeling van het Christelijk onderwijs is dat van groote beteekenis. Onder het bestuur van den Gouverneur-Generaal Idenburg wist men met een man te doen te hebben, die Indie tot in de kleinste onderdeelen kende, voor den Javaan en den Maleier een warm hart had en van de hooge beteekenis overtuigd was, dat alleen eene ontwikkeling van de Indische bevolking in Christelijke richting, Indie tot zegen kon strekken. Het was daarbij dan ook van weinig invloed, wie in Nederland het departement van Koloniën beheerde, Idenburg was een man van te vaste overtuiging en van te hoog beginsel, dan dat hij zich door drang van uit Holland van zijn standpunt zou laten afvoeren.

Zoo zal het niet staan met den nieuw benoemden Gouverneur-Generaal. Niet dat wij diens vastheid van karakter zouden willen in tw^fel trekken. Daarvoor hebben wij geen reden. Maar wat ongetwijfeld zeker is, dat is dat de Christenstaatsman plaats zal maken voor den vrijzinnigen politicus.

En dat betreuren wij om de hooge geestelijke en godsdienstige belangen, die daarbij betrokken zullen zijn,

Intusschen wachten wij met groote belangstelling de komende dingen af, en ook welk beleid Minister Pleyte na vertrek van den heer Idenburg in Indie zal volgen. Dat wij daarop niet gerust zijn, zal men kunnen begrijpen, vooral na hetgeen in den laatsten tijd in de Staten-Generaal voorvalt.

Het is zaak om waakzaam te zijn ten opzichte van de groote belangen, welke voor ons in Indie op het spel staan,

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 17 december 1915

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's

Staat en Maatschappij

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 17 december 1915

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's