Uit de Pers.
Predikants-traktementen.
Een predikanten-vakvereeniging, .., . neen, dat gaat niet. Dat laat de heiligheid van het ambt niet toe.
We hebben wel eens gehoord van een dominé, die wegens kwestie met den kerkeraad de schare liet wachten en maar niet op den preekstoel verscheen; maar dat was slechts „persoonlijke dienstweigering" en geen gevolg van vakactie of stakingssolidariteit.
Een „geestelijke stand" kennen wij, protestanten niet. De personen der predikanten staan voor ons niet in een bijzonderen geur van heiligheid. Ze zijn zondige menschen, met menschelijke gebreken als ieder ander.
Maar hun ambt is eenig; valt niet te vergelijken met eenige sociale betrekking; gaat ver uit boven alle beroepen.
Een predikant, die in vakorganisatie en loonstrijd verbetering van positie zocht, zou zijn ambt smaadheid aandoen.
En 't eert hen, dat ze zelf zoo weinig over hun „stoffelijk bestaan" spreken. Want voorziening vragen in de sociale nooden kan ook voor predikanten plicht zijn.
Maar als 't zoover komt, dan liggen de gemeenten reeds onder de schuld.
Zoover mag het niet komen. Een predikant, die zich om Christus wil aan de gemeente geeft, moet onbekommerd kunnen leven.
Zoo leerde Paulus het reeds.
Ook voor hem geldt, maar dan in verheven zin, de arbeider is zijn loon waardig.
Ontvangt hij dat altijd? helaas neen. Vooral in kleine gemeenten lijden de predikanten vaak armoede. In menige dorpspastorie heerscht broodnood.
Dr. Lonkhuyzen heeft eenige jaren geleden een onderzoek ingesteld naar de traktementen der Gereformeerde predikanten. Van 531 hunner bleken er 154 te zijn, die nog geen f 1000 traktement hadden en 337, die tusschen de f 1000 en f I300 stonden.
Sinds dien is er ongetwijfeld eenige verbetering gekomen. Doch hoeveel er verbeterd is, wie zal het zeggen. Dit staat vast, dat er in menig opzicht nog noodstand is.
Bij de Hervormde Kerken evenzeer. D^èir zijn »vette« plaatsen, die uren ver in den omtrek bekend zijn. Maar er zijn er evenzter, die slechts een minimaal, zeer sober bestaan geven.
Dat mag niet zoo blijven. Vooral nu niet. De acties om loonsverhooging rusten niet. Algemeen heerscht de opinie, dat deze tijden voor «schamele loontrekkers« zeer zwaar zijn.
Duurtetoeslagen worden alom gegeven. In de Paaschweek zal de Kamer beraadslagen over duurtetoeslagen voor Rijks werklieden en ambtenaren. Ook de onderwijzers zullen voor een deel iets geholpen worden. Niet afdoende, naar veler meening, niet voldoende zelfs; maar er zal toch iets gedaan worden.
Doch dan vergete men niet, dat bg vele predikanten een duurtetoeslag evenzeer noodzakelijk is.
Zij zelf klagen zelden of nooit. Komen in menige plaats publiekelijk op voor middenstand en arbeider.
Leiden vaak de Christelijke actie. Zonder hoop op wedervergelding. Alleen zoekend de eere Gods en des naasten welzijn.
Zij hebben er recht op, dat de gemeenten in hun tijdelijke behoeften naar behooren voorzien.
De Kerk, die dat niet doet, zou zelf de lamp des Evangelies blusschen.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 april 1916
De Waarheidsvriend | 4 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 april 1916
De Waarheidsvriend | 4 Pagina's