Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Buitenland.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Buitenland.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Hoop op den Keizer.

De koning van Pruissen, Keizer van Duitschland, is Sumepiscopos, Opperste Bisschop, van de Evangelische landskerk. Nu heeft de Berlijnsche predikant Drosz in de „mededeelingen der Conferentie voor gemeente-arbeid" (1916 no. 12) een opstel geschreven over de onmacht ^er kerk, om aan de vele misstanden die op kerkelijk gebied in de groote steden bestaan, een. eind te maken. Wijlen de hofprediker Stöcker zag die misstanden en heeft door stichting der Stadszending deze zoeken op te heffen. Maar in hoofdzaak bleven zij bestaan. Ds, Drosz heeft de „stille, geheime" hoop uitgesproken, dat als de vrede gekomen is, de Keizer zijn volle kracht wél bewust zal aanwenden, ten einde aan de opgehoopte volksmassa's in de groote steden het noodigste en gewichtigste, den dienst en de zorg der kerk, te geven. Volgens Ds, Drosz is daartoe in de eerste plaats noodig, dat de groote gemeenten in kleinej-^ie te overzien zijn, gesplitst worden. De groote steden — vooral Berlijn — moeten gemaakt worden tot „steden op een berg", van waar uit het heldere licht van het Evangelie over het geheele land straalt. Dit zou, volgens Ds. Drosz, de schoonste dank'zijn voor al de onmetelijke groote offers, die het volk in dezen oorlog gebracht heeft en nog voortdurend brengt."

Laat ons hopen, dat het oog van keizer en volk bovenal zal gevestigd zijn op den Koning der koningen, den Koning ook van zijn duurgekochte kerk!

De bisschop van Birmingham over beelden aan de wegen.

In Frankrijk en België hebben Engelsche soldaten aan den openbaren weg vele crucifixen en beelden van Maria Men is dit in Engeland gaan navolgen, zoodat er voor ramen en zelfs hier en daar op den openbaren weg religieuse afbeeldingen gevonden worden, waarbij verzocht wordt te bidden voor de soldaten uit het dorp of uit de stadswijk, die hun leven offerden voor het vaderland. Het plan is geopperd om ook xde straten van Londen van zulke beelden te voorzien.

Zij, die het Protestantsche karakter van Engeland en in het bijzonder van de Episcopaalsche kerk zoeken te bewaren, zien dit natuurlijk met leede oogen aan. In eene vergadering van protestanten werd reeds eene motie aangenomen, waarbij de Beeldenbeweging genoemd wordt een „opstand tegen het tweede gebod des 'Heeren", waardoor „de dag der overwinning over Engeland's vijanden slechts kan worden uitgesteld, en waarbij „een nieuwe stap gedaan wordt op den weg om het werk der Hervorming ongedaan te maken."

Door den Episcopaalschen bisschop van Birmingham werd echter instemming betuigd met het plaatsen van beelden aan de openbare wegen. Hij schreef aan zijn diocesanen:

„Het heeft mij veel belang ingeboezemd, dat in verschillende parochies diensten zijn georganiseerd ter oprichting van oorldgsemblemata, en ik vérklaar bij dezen dat dit mijn hoogste goedkeuring wegdraagt. Het is een liefelijke gedachte, dat het volk in sommige straten, week aan week, bloemen plaatst bij deze emblemata en de voorbggangers in hun gebeden onze soldaten en zeelieden gedenken.

Er is aanmerking op gemaakt, dat deze emblemata versierd zijn met een Godsdienstig zinnebeeld. Maar volgens mij is dit juist een groot voordeel. Het zou mij zeer aangenaam zijn, ^wanneer steeds meer teekenen van ons Christelijk geloof gezien werden langs onze straten en op het platteland, langs lanen en wegen. En ik heb in Frankrijk meer dan eens gezien, dat onze soldaten in het voorbijgaan den Gekruisigde groeten. En mij dunkt, dat het hun niet anders dan welkom zijn kan, als de Godsdienst, dien wij belijden, heel het leven van het volk doordrong, gelijk dit elders het geval is." •

Deze bisschop schijnt dus van gevoelen te zijn, dat wanneer er beelden langs de wegen geplaatst worden, gelijk men dit in België en Frankrijk ziet, het een bewijs is dat de religie heel het leven van het volk doordrongen heeft. Het komt ons voor, dat dit in strijd is met den feitelijken toestand op godsdienstig gebied in genoemde landen.

Vermaan van een Duitsch Generaal.

Generaal von Oertzen sprak op een „Familiënabend" van de vereeniging van Evangelische Jongelingen te Dordtmund een warm woord. De vrouwen moesten de strijders biddend op het hart dragen.

God dankend dat de Duitsche bodem, op een enkel stukje van den Elzas na, van vganden bevrijd bleef. De vrouwen mochten niet denken, dat de zorg voor eten en drinken het voornaamste is, en niet klagen wanneer het in alles niet naar wensch ging. Zij die in het veld stonden, waren in g; pooten nood, zij die thuis bleven, niet; God brengt het volk op een moeilijke school; die zich door Hem niet leeren laat, gaat te gronde.

Twee .zonen zijn my ontvallen, de derde en laatste, pas 18 jaar oud, staat voor den vqand. Wij mogen onzen strijders het hart niet week maken, maar de handen vouwen en de strijders in Gods hand aanbevelen. Jongen van jaren moeten meer bidden en niet in herbergen zitten, anders verzuimen zij hun plicht en de vroolijkheid van de j.eugd ontaardt,

(De Heraut).

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 2 maart 1917

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's

Buitenland.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 2 maart 1917

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's