Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Jezus en de natuur.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Jezus en de natuur.

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

V.

(Slot.)

Wie de evangeliën leest, ontmoet daar keer op keer een bericht van de wóndermacht des Heeren Jezus.

En in die wonderen, welke Hg deed, mag het geloof „teekenen" zien, waarin Jezus, naar het woord van den evangelist Johannes, „Zijne heerlijkheid openbaarde".

Zgne heerlgkheid, niet slechts als het Woord, dat in den beginne bij God, en dat God was; maar ook Zgne heerlgkheid als het Woord, dat vleesch werd; wel, om onzentwille, vleesch, d.w.z. een menschelgk aanzijn, met zwakheid omvangen, maar toch ook: volkomen gaaf, in volmaakt zuivere verhouding, tegenover God, van Hem niet vervreemd door de verbrokenheid van het zondige leven ; en daarom ook begaafd met de normale, oorspronkelgke heerschappg over de natuur.

De oorspronkelgke vrgheid, keert hier terug. De geest heerscht volkomen over het overige geschapene, ook over de stoffelgke natuur.

Hier is de geest niet gebonden en onderworpen aan de stof, over welke gebondenheid de menschheid , op een langen en moeilijken weg van onderzoek en indringen in de geheimen van het wezen en den samenhang der dingen zoekt meester te worden.

- Hier is de volmaakte vrijheid, en de volkomen heerschappg.

Bij een Paulus vinden wij een oor, dat de zuchten opvangt van het creatuur, aan de dienstbaarheid der verderfenis onderworpen, In Christus weet hg de breuk geheeld, de dienstbaarheid verbroken, de heerschappg hersteld. En daarom kan hiij in het geloof dit smar te-lied doen overgaan in een psalm der hoop. en zingen van de heerlgkheid der kinderen Gods. Wanneer deze zal geopenbaard zijn, dan zal ook het schepsel bevrijd zijn van den vloek, waaronder het zucht.

Bij den Christus vinden wij geen beschouwingen, geen hopend uitzien, geen lied der verwachting. Bij Hem vinden wij de daad; bij Hem de omzetting, het begin en het bewijs van de vernieuwing en herschepping, die Hij teweegbrengt.

Daarom bg Hem dat koninklijk heerschen over de natuur.

Na de wonderbare spijziging, als Hij een deel van den nacht heeft doorgebracht op het gebergte, en in het gebed heeft verkeerd met den Vader, daalt Hij weer af naar den oever van het meer. En terwgl Zgne leerlingen worstelen met den tegenwind, zien zij een gedaante zich bewegen in de nabijheid van hun scheepke, waarin zij den Meester herkennen. Zg vermoeden echter niet, welke kracht Hem draagt, en wanen de geestverschgning te zien van Jezus, misschien door de teleurgestelde Joden gedood, omdat Hij niet wilde toegeven aan hun geestdriftig verlangen, toen zij Hem met geweld koning wilden maken.

Hier is de kracht van den Herschepper, de macht van Eén, die in ongestoorde, volkomen zuivere relatie staat tot den Schepper en Vader. Hg staat niet in absolute gebondenheid in het systeem van relaties, dat tot bepaalde formules te herleiden is, en spreken doet van „natuur-wetten"; neen, Hg staat er boven, Hij beheersfiht ze, uit kracht van eene relatie, bij geen zondig menschenkind aan te treffen. 

Jezus' wondermacht en wonderwerken moeten niet losgemaakt van Zgn' persoon. Wat Hij deed, vindt Zijn verklaring in t hetgeen Hij was.

En niet alleen toont Hg Zich den heerscher over de natuur, voor zoover zg niet onmiddellijk lijdt •onder den vloek der zonde.

Zijne macht rijkt verder. Zijne roepingligt zelfs voornamelgk op een terrein, waar de kracht en doorwerking der zonde zich veel duidelijker vertoont.

De kosmische beteekenis van Christus hangt ten nauwste samen met de soteriologische.

Hij is de tweede Adam; Hij is, als men het zoo uitdrukken mag, het hersteld normale. Hg is öök de Herschepper en Vernieuwer,

Zoo is het, dat Zgne kracht en heerschappg zich ook doen gelden daar, waar de zonde haar ontwrichtende, vernielende, doodelijke werking duidelgker doet gevoelen dan op het gebied der „natuur" in ergeren zin.

Dat is immers het geval in het leven van den mensch; om des menschen wil is het aardrijk gevloekt, en het schepsel der ijdelheid onderworpen; maar zwaarder nog is de mensch zelf getroffen door den vloek, In Zijne natuur, zoowel naar de geestelgke als naar de stoffelijke zgde, is de dood ingeslopen, en werken de krachten der verderfenis.

En daar vooral nu zet de kracht van den Vernieuwer en Herschepper in. Zgne heerschappij ook over deze machten des verderfs is een getuigenis, dat met Hem het koninkrijk, de heerschappg Gods is aangebroken.

Dat zegt Hg tot de Farizeërs, die Hem lasteren, als ware Zgne kracht een machtsopenbaring van Beëlzebub dien ik door den vinger Gods de daemonen uitdrijft, zoo is immers het Koninkrijk Gods over u aangebroken". Omdat Hij is, die Hij is, daarom heerscht Hg. Daarom kan Hij het land doorgaan, niet slechts predikende het koninkrijk der hemelen, maar ook genezende alle ziekte en kwaal onder het volk.

Ook over het ontwrichte, ontredderde, onder den vloek wegkwgnende leveu der zondaren heeft Hij macht. Op Zgn woord of door zijn aanraking wijken ziekten en kwalen. Het is Zgne kracht, die geneest en herstelt.

Daarop moet allereerst en allermeest de nadruk vallen. Zeer zeker ook op het geloof dergenen, die van Hem hulp en genezing verwachten. Daarop wgzen de evangeliën telkenmale. De melaatsche, die tot Jezus komt, spreekt van zgn vertrouwen in Jezus' macht, hem te genezen. De mannen, die den verlamde door het dak neerlaten voor Jezus' voeten, zouden zich die moeite niet getroost hebben tenzg zij vast overtuigd waren dat Hij in staat was, hier hulp te brengen. De Kananeesche vrouw, die hulp smeekt voor haar kind, laat zich niet afschrikken door Jezus'aanvankelgke weigering., Haar woord : „Ook de hondjes eten wel van de kruimkens, die er vallen van de tafel hunner heeren", is een uiting van haar onwrikbaar geloof, dat zg hier, bij Jezus, hulp zullen vinden. En deze erkent het; Hg eert haar met de woorden „o! vrouw, groot is uw geloof, u geschiede, gelijk gg wilt". Zonder tegenspraak mag dus gezegd, dat Jezus geloof vraagt, waar Bij Zijne weldaden zal uitdeelen.

Doch dit is slechts eéne zijde der waarheid. En het gaat niet aan, de genezings-wonderen, door Hem verricht, alleen uit de macht der suggestie te verklaren. Niet lang geleden werd door den hoogleeraar Nolen op Jezus' wonderen in een dergelgk verband gewezen. In een rede over „de wonderen der geneeskunst" waarin hij sprak over den invloed, dien het zenuwleven op het ontstaan en de genezing van ziekten uitoefent, gewaagde hg van de macht van het vertrouwen dat zieken stellen in hun geneesheer, van de werking van medicijnen, die soms uit zuiver water of uit pillen van brooddeeg en dergelijke absoluut onschuldige bestanddeelen zijn bereid; en daarbij wees de spreker ook op de wonderen, door Jezus verricht, den indruk wekkende als wilde hg deze op ééne Ign stellen met de „wonderen der geneeskunst", waarvan de praktijk van bijna ieder geneesheer voorbeelden zou kunnen opleveren.

Deze „verklaring" echter van 's Heeren genezings-wonderen zou, gesteld zij ware werkelijk een „verklaring", toch slechts op een gedeelte van Zgne genezingen toepasselgk zgn.

Op de dooden-opwekkingen, waarvan de evangeliën verhalen, past zg althans niet. Van geloof kan bij het dochtertje van Jaïrus of bij den zoon der weduwe te Naïn, die uitgedragen werd op de baar, kwalijk gesproken worden I En evenmin zal men kunnen zeggen, dat deze dooden onder den invloed eener suggestie tot het leven terugkeerden.

Zou er van suggestie sprake kunnen zijn bg den hoofdman, die om hulp smeekte voor zijn doodelgk kranken knecht? Of bij de Kananeesche, die aanhield bij Jezus om den wille harer dochter ? Geloof hadden zij, ongetwgfeld. Maar mag de genezing, die niet hun persoon betrof, ook aan suggestie worden toegeschreven ?

Het is, dunkt ons, duidelijk, dat een dergelijke verklaring ten eenenmale te kort schiet.

De wonderen, door Jezua verricht, de macht, die Hij had over „de natuur", die Hij oefende over de ontwrichte, aan het verderf ten prooi vallende natuur, zij zgn een openbaring van Zijn wezen. Hij-zelf is in Zijn gansche verschijning het Wonder, het wonder der ontferming Gods, de gave Zgner wondere genade.

Hg is het wonder, als de van den Vader gegeven Hersteller, Vernieuwer. in Hem wordt openbaar de herscheppende macht van God, die liefde is; in Hem wordt vervuld alle belofte, van heil van het paradijs af den gevallen mensch door God geschonken. Dat heil, die macht der hernieuwing, daalde in de menschenwereld af, woonde onder de menschen in ons menschelgk vleesch, In Hem maakte de wondere ontferming Gods een nieuw begin.

Daarom had Hg macht, ook over de natuur. Daarom week op Zgn woord de ziekte en ellende. Daarom was Hij sterker zelfs dan de dood.

En toen Hij, in de volmaaktheid Zijner liefde, in de volkomenheid Zgner gehooraamheid, het offer had gebracht, toen Hij was ten onder gegaan, en de gebrokenheid, de verscheurdheid, de gescheidenheid van God had gedragen als den vloek, om Zgner gemeente wil op Hem gelegd, toen Hg was gestooten in het diepste der duisternis, en geslagen met den dood, toen ook is Hg „krachtiglgk bewezen te zijn de Zoon Gods, door de opstanding uit de dooden."

Hg is het Wonder. En van Hem gaat herschepping en vernieuwing uit. Toen in de jonge kerk het leven, dat in Hem is, bruischte in volheid, werden niet alleen de krachten van de wedergeboorte gewerkt, maar werkte ook, als een bijzondere gave des H. Geestes, de gave der gezondmaking.

Van Hem ging het uit. En van Hem gaat het uit.

Al wat er is aan herschepping en vernieuwing, vloeit uit Zgne genade volheid.

Daarvan heeft Zgne gemeente te leven. Itt het geloof in de macht van Hem; Wien gegeven is alle macht in den hemel en op aarde.

Ook in de dagen Zgner omwandeling op aarde scheen er iets van Zijne heer-Igkheid heen door het kleed Zgner vrqffillige vernedering. Wie Hg is als herschepper, als 't nieuwe begin, openbaarde Hij mede door Zijn blik op en Zgne houding tegenover de natuur. 

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 24 oktober 1919

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's

Jezus en de natuur.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 24 oktober 1919

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's