Staat en Maatschappij.
Het regeeringsantwoord.
Het was te verwachten, dat de Minister van Onderwgs, Kunsten en Wetenschappen voor het verwgt van een afwijken van de Christelgke beginselen ter zake van het opnieuw aan de orde stellen van een post op de begrooting ten behoeve van de dramatische kunst, zich zou beroepen op het oordeel van de leden van de Christelgke richting in de Staatscommissie.
Het heet in de memorie van antwoord van den Minister: Eene Staatscommissie, in welke ook de christelijke partijen ten volle gelegenheid hebben gehad zich uit te spreken, heeft nu eenstemmig als haar gevoelen te kennen gegeven, dat de dramatische kuust in het algemeen, op voet van gelijkheid met hare . zusterkunsten, erkenning door de overheid verdient.
Met deze mededeeling acht Minister Visser de zaak beslist. Hij volgt het advies, ook van de christelgke heeren ; de Staatscommissie op. En dit doende kan geen enkel verwijt hem treffen.
De houding van de regeering om zich chter anderen te dekken, kan ons intusschen niet bekoren. Doch met zoo te handelen, is de Minister er niet. De verantwoordelgkheid voor de zaak ligt niet bij de Staatscommissie, maar bij !e regeering en bij haar alleen.
De Kamer heeft met de commissie niets te maken, haar man is de Minister, die het voorstel doet. Deze zal hebben aan te toonen en duidelgk te maken, dat het verleenen van subsidie aan het tooneel, ook afgezien van het feit, dat de Overheid de kwaliteiten mist om op juiste wijïe de beteekenis van de kunst te waardeeren, zich met het Christelijk karakter van het Kabinet verdraagt.
Opmerkelijk is het bovendien nog, dat de Minister zich van een rechtstreeksch antwoord op de vraag onthoudt of in geval van aanneming van den post, de regeering bg de tenuitvoerlegging den eisch zal stellen, dat geen opvoeringen op Zondagavond zullen plaats hebben.
Ten aanzien van dat punt luidt het in de memorie van antwoord dat omtrent de voorwaarden, die zullen worden gesteld, eerst bij omzetting van den memoriepost in een daadwerkelijken subsidie-post van gedachten gewisseld kunnen worden. Daarbij wordt er de aandacht op gevestigd dat de Staatscommissie dienaangaande eerst nog nader moet rapporteeren.
Het zal ons benieuwen, wat de leden der „Christelijke partijen" in de commissie hier zullen adviseeren, en zoo hun advies mocht luiden de Zondag van de uitvoeringen uit te sluiten, welk standpunt de Minister dan zal innemen.
Onze verwachtingen zijn hier niet hoog gespannen.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 november 1919
De Waarheidsvriend | 4 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 november 1919
De Waarheidsvriend | 4 Pagina's