Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Staat en Maatschappij.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Staat en Maatschappij.

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Minister Aalberse aan het woord.

De moeilqkheden met degenen, die tegen de invaliditeitswet bezwaren maken, hebben ook de aandacht van de Tweede Kamer getrokken.

De heer Smeenk, die de tolk van de bezwaarden was, informeerde naar het voornemen van de regeering om ten deze een uitweg te zoeken; hij sprak daarbg den wensch uit, dat aan deconscientie-bezwaren van een zoo belangrijk aantal personen met een zeer ernstige levensopvatting zou worden tegemoet gekomen.

Onze lezers zullen leker belangstellen in hetgeen Minister Aalberse over dit onderwerp sprak.

Wij knippen uit de Handelingen der Tweede Kamer daarvoor het onderstaande uit.

De Minister zeide:

Ik kom nu aan een zeer moeilijk onderwerp, nl. de quaestie van de gewetensbezwaren. Men heeft gesproken van gemoedsbezwaren, maar dat is, meen ik, niet juist. Uit verschillende gesprekken en brieven van eenvoudige menschen ia mij gebleken, dat wg hierover niet licht mogen denken, dat men hier inderdaad te doen heeft met diepgevoelde gewetensbezwaren. Nu kan men dergelijke bezwaren niet deelen, maar daaraan mag men toch niet het recht ontleenen, om over dergelgke diep gevoelde bezwaren maar licht heen te praten. Ik versta volkomen de waarschuwing van den heer van den Tempel, die zeide: wees voorzichtig, wanneer gg gaat beginnen met aan die gewetensbezwaren te gemoet te komen, zet gij de deur open voor allerlei misbruiken. Dit is juist de groote moeilgkheid in dezen.

Toen ik met de personen, die mij een adres kwamen aanbieden met ruim 4000 handteekeningen, uitvoerig gesproken heb, heb ik ten slotte geantwoord: Ik heb gedacht over een manier, om het bezwaar te ondervangen, zonder de deur open te zedten voor misbruiken, en die kwam hierop neer. Ik moet onderscheid maken tusschen arbeiders en werkgevers. Een arbeider, die gemoedsbezwaren heeft, mag ik in dit speciale geval wat eerder gelooven dan een werkgever, want een arbeider doet het in zgn eigen nadeel, want de man zal dan geen rente kunnen krijgen als hg invalide of oud wordt; de werkgever, die gemoedsbezwaren heeft, heeft er voordeel van wanneer hg vrijgesteld wordt, want hg zou dan geen premie behoeven te betalen.

Ik heb hierover dit gedacht: de arbeider, die verklaart, dat hg gewetensbezwaren heeft, kan vrijstelling krqgen van al de verplichtingen, welke de wet hem oplegt, maar omdat het mogelijk ig, dat die man naderhand van meening verandert, of omdat de vrouw en de kinderen van dien man, die naderhand de weduwenen weezenrente zouden kunnen krijgen, volstrekt zulke gewetensbezwaren niet hebben, zal ik dien man ambtshalve verzekeren door den Raad van Arbeid, zonder dat dus va, n hem eenige positieve daad wordt gevorderd, op grond dat hq verklaard had gewetensbezwaren te hebben om daar zelf voor te zorgen.

Voor dien man is dezaakbetrekkelgk in orde; hg is toch ambtshalve verzekerd, hq krijgt alleen vrijstelling om iets te doen, waardoor hg zelf er voor zorgt, dat hq verzekerd wordt; maar de werkgever moet natuurlgk ook voor hem premie betalen; hg aal er dus geen belang bij hebben, of die arbeider al of niet gewetensbezwaren heeft; hg moet toch betalen en plakken.

Dat wat de arbeiders betreft.

Wat de werkgevers aangaat staat de zaak eenigszins anders, daar de werkgevers bg vrijstelling natuurlgk een groot financieel belang zouden hebben. Deze moeilgkheid zou ik kunnen ondervangen door ook voor het verkrijgen van een vrgstelling een bepaald bedrag te laten betalen. Dit is een redelijke vergoeding, want ik krijg daardoor heel wat administratiekosten.

De arbeiders zelf, in dienst van zulk een gemoedsbeiwaarden werkgever, zal ik dan ambtshalve moeten verzekeren, want die menschen mogen niet het slachtoffer worden van het gewetensbezwaar, dat hun werkgever heeft.

Omdat die werkgever echter voor zich het voordeel heeft, dat hg geen premie behoeft te betalen, maar bovendien aan de Raden van Arbeid en ook aan de Rgksverzekeringsbank extra administratiekosten bezorgt en bovendien zelf de moeite en lasten van het zegels plakken ook niet heeft, zal het bedrag, dat hij voor zqn vrijstelling per jaar moet betalen grooter moeten zgn dan de premie, die de werkgevers moeten betalen.

Op die manier geloof ik, dat ik een regeling krgg, waardoor ik de gewetensbezwaren ondervang. Ik dwing dan niemand meer om een daad te doen die hg meent, dat met sijn geweten in strqd is. Het bezwaar van de menschen is niet, dat zij verzekerd zijn, het bezwaar is, dat zq zelf een daad moeten doen om verzekerd te worden, of om voer anderen een verzekering te sluiten.

Toen ik nu dat plan had ontworpen, ben ik gegaan naar een predikant, omdat ik dacht, dat ik misschien niet goed begreep wat de menschen op dit gebied voelen. Ik zeide hem, dat ik wel geloofde ' op die manier de moeilqkheid te onder-! vangen, maar toch zelf nog één bezwaar, overhield, nl. dat de menschen «elf het. niet zouden begrijpen en denken, dat ik' hen voor den gek hield. Dit nu zou ik nog veel erger vinden, dan hen te dwingen tot iets, waartegen zg gewetensbezwaren hadden.

De predikant antwoordde mg daar op, ' dat ik dit goed inzag en ook hg van oordeel was, dat er velen zouden zgn, die op die wgze voor den gek meenden te worden gehouden.

Op dien grond heb ik toen de zaak laten rusten. Ik heb echter daarna, zooals ik reeds zeide, afgevaardigden zoowel van werkgevers als van werknemers op audiëntie gehad en hun hetzelfde verhaal gedaan, dat ik nu hier deed. Toen kreeg ik te hooren: waart u daar maar toe overgegaan; wg begrijpen de zaak vol komen en meenen ook wel onzen menschen aan het verstand te kunnen brengen, dat de regeling zóó in alle mogelgke opzichten goed is. Wg zouden u voor dezen maatregel zeer dankbaar zgn en hebben er graag wat voor over. Desnoods willen wq wel 50 pct. meer betalen, als het met ons geweten maar in orde komt.

Ik zeide daarop: nu goed; nu gij meent, dat dit een oplossing is, ben ik bereid den maatregel te overwegen, want ik moet u direct al waarschuwen, dat het volstrekt niet onmogelijk is, dat het zal blgken op die manier niet te regelen te zijn. Ik moet ook zorgen de deur niet open te setten voor misbruiken en dus moet met het oog daarop eerst worden nagegaan, of de methode practisch uitvoerbaar is. 't Is maar een gedachte van mg zelf, en ik moet daarover nu eerst mijn technische ambtenaren raadplegen. Dat begrepen zij ook en zij zgn toen weggegaan.

Het spgt mg, dat daarna in de bladen verschenen is een communiqué van de heeren, dat in strgd was met hetgeen ik gezegd heb. Ik heb met de heeren in het bijzqn van een getuige gesproken en ik ben dus zeker dat ik gesproken heb zooals ik daar straks heb aangegeven. Ik heb dan ook onmiddellgk laten tegenspreken dat ik zou verklaard hebben, wat in dat communiqué staat, en heb verder gezegd, dat ik te kennen gegeven heb, dat ik zou zien of ik langs dien weg een oplussing kan vinden, doch dat ik nog niet wist, of ik daarin zou slagen.

Nu moet ik binnenkort komen met een wijziging der Invaliditeitswet naar aanleiding van de motie-Duys; dan zal het het oogenblik zgn om te laten blgken, of ik er in geslaagd ben om voor deze moeilgkheid een uitweg te vinden. Wanneer het mij gelukt, dan zal ik er zelf blqde mee zijn. Het bezwaart mg ook, dat men van regeeringswege menschen dwingt iets te doen wat voor hen individueel in strijd is met hun geweten. Waaneer men als Overheid daaraan iets kan doen, zonder het algemeen belang te schaden, dan geloof ik dat wg daartoe verplicht zgn, en het zou mg aangenaam zijn wanneer mocht blijken dat ik inderdaad langs dezen weg de mogelijk beid heb gevonden om die moeilgkheid te ondervangen.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 december 1919

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's

Staat en Maatschappij.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 december 1919

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's