Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

STAAT EN MAATSCHAPPIJ

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

STAAT EN MAATSCHAPPIJ

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

De Dag des Heeren.
Onlangs verwierp de Hooge Raad, ons hoogste rechtscollege, een cassatieberoep van een bioscoophouder te Leiden, die van meening was dat hij zich alleen aan de bioscoopwet te houden had en daarom artikel 14 van de Zondagswet eenvoudigweg had overtreden. De Hooge Raad besliste hiermede, dat het bioscoopbedrijf, evenals andere openbare vermakelijkheden, aan de bepalingen van de Zondagswet onderworpen zijn. Uit het arrest van ons hoogste rechtscollege blijkt bovendien, dat al mogen de tegenstanders van de heiliging van den Zondag spreken over een verouderde Zondagswet, die wet nochtans — en gelukkig ook — van kracht is.
Op het terrein van de handhaving van den Dag des Heeren kan de Overheid heel wat doen.
Reeds vroeger hebben wij de aandacht gevestigd op het meer en meer toegeven aan den aandrang der Spoorwegmaatschappijen om op Zondag extra treinen te laten loopen, nog wel tegen verlaagd tarief, om den dienst aan te moedigen.
Daartegen heeft de regeering zich te verzetten. Zij moet met beslistheid opkomen tegen elke poging om dien Zondagsarbeid te verrichten, welke niet strikt noodzakelijk is.
Dit betreft ook den Zondagsarbeid van 't personeel, dat bij de Overheid in dienst is. Zij heeft aan eigen personeel de gelegenheid te geven om op den Zondag van hun arbeid te rusten. Ja, zelfs heeft zij verder te gaan en te zorgen dat in het openbare leven met alle geoorloofde middelen de Zondagsrust worde bevorderd en geweerd worde al wat de heiliging van den Sabath belemmert.
En dan komt daarbij de taak van de verheid om de Zondagswet te handhaven en er voor te zorgen, dat men deze wet maar niet ongestoord terzijde schuift.
In den laatsten tijd dringt men van verscheidene kanten aan op een nieuwe Zondagswet. Naar onze meening bereikt men, ter verkrijging van meerdere Zondagsheiliging, daar niets mede. Integendeel, zullen wij als gevolg van zulk een nieuwe wet eene verslapping in de handhaving van s Heeren Dag zien intreden. Liever zoudenw ij vragen, dat de Overheid met alle haar ten dienste staande middelen de bestaande wet eerbiedigt.
Het arrest van een Hooger Raad waarvan wij hierboven melding maakten, wijst er op dat met de vigeerende Zondagswet nog heel wat te bereiken valt en dat het er nog verre van af is, dat die wet oud en verouderd is en de verdwijning nabij is.
Wat men tegenwoordig ziet gebeuren, dat allerlei burgemeesters openbare vermakelijkheden en optochten op Zondag toelaten, zelfs op den openbaren weg en tijdens de uren van den openbaren eeredienst, is vierkant in strijd met artikel 4 van de Zondagswet. 
Handhaving en eerbiediging van de Zondagswet mag en moet worden geëischt. Evenals de Overheid verplicht is te zorgen, dat iedere wet wordt nageleefd, heeft zij ook te zorgen dat de Zondagswet niet wordt overtreden. 
Doet zij dit toch, dan overtreedt zij zelve de wet en staat zij aan wetsovertreding schuldig. Niet te dikmaals kan men daarop de aandacht van de Overheid vestigen.
Wat in het Program van de Antirevolutionaire Partij ten aanzien van de Zondagsheiliging bepaald wordt, is in alle opzichten ook onze meening. „Tegen ontheiliging van den Dag des Heeren worde opgetreden door krachtige bevordering van de Zondagsrust, in het bijzonder met betrekking tot de publieke diensten, de openbare middelen van vervoer, openbare vermakeijkheden en optochten".
Met alle kracht heeft ons volk voor dit beginsel te ijveren en van de Overheid te eischen dat zij op het punt der Zondagsheiliging zich van hare roeping bewust wordt.

De halve waarheid.
Het wordt nu toch te bar, met wat „De Banier", het orgaan der Staatkundig Gereformeerde Partij, zich tegenover de Antirevolutionairen durft te veroorloven. Het gaat ditmaal over wat het blad schrijft: „ƒ 10.000.—, welke aan Rome werden geweigerd". De Minister van Onderwijs Kunsten en Wetenschappen had op zijn begrooting een post van ƒ 10.000.— uitgetrokken ten beoeve van een subsidie aan de Roomsch-Katholieke Handelschool te Tilburg. Vóór dit subsidie stemden de Antirevolutionairen en de Roomsch-Katholieken, terwijl de rest van de Kamer — Communist, Socialist, Vrijzinnige, Chr. Historische en Staatkundig Gereformeerde — zich tegen den post verklaarde. Dies werd de subsidie door Ide Tweede Kamer verworpen.
Van de houding, welke de Antirevolutio­naire Kamerleden tegenover het amendement aannamen, heet het in „De Banier":
Maar was het niet meer dan tijd, dat Rome's heerschappij werd geknot? Elk rechtgeaard Protestant moet zich er over verheugen, dat aan Rome een halt wordt toegeroepen. Elk rechtgeaard Protestant moet zich bedroeven over de houding der Antirevolutionaire Kamerleden, die voor het subsidie aan Tilburg hun stem gaven. Wanneer zal de Antirevolutionaire Partij toch de oogen open gaan voor het dreigend gevaar van Rome. Als het te laat is?
Dit schrijft nota bene een blad, wiens woordvoerders in de Tweede Kamer zonder eenig protest jaarlijks meer dan een half millioen gulden toestaan voor tractementen aan R.K. pastoors en kapelaans en die, zonder eenig bezwaar te doen hooren, groote sommen gelds voteeren ten behoeve van de R.K. Zending in Oost- en West-Indië, alles tot meerdere glorie van Rome's Kerk.
Maar wat „De Banier" zeide over de houding der Antirevolutionaire Kamerleden, die voor het subsidie aan Tilburg hun stem gaven, was niet anders dan een halve waarheid.  Het blad doet dit met opzet. Het weet wel beter. Doch wanneer het de geheele waarheid vertelde, zou er van zijne verontwaardiging niets overblijven en was het moois er voor de lezers af. Daarom moest de zaak onwaar worden voorgesteld.
Immers wat is het geval? Het subsidie aan de Handelshoogeschool te Tilburg was niet het eerste, dat voor een dergelijk doel op de begrooting van Onderwijs voorkwam. Reeds eenigen tijd verschijnt op deze begrooting een subsidie voor de bijzondere (neutrale) Handelshoogeschool te Rotterdam. Met dit laatste subsidie destijds te verleenen, was de weg geopend om ook de bijzondere Handelshoogescholen te subsidiëeren.
Het standpunt van de Antirevolutionairen is nu, dat bij het verleenen van subsidie aan bijzonder hooger handelsonderwijs op neutraal beginsel, de billijkheid eischt, dat subsidie ook wordt gegeven aan hetzelfde onderwijs, als het van confessioneel beginsel uitgaat. Daarom en daarom alleen — niet dus om de Roomsch-Katholieken ter wille te zijn — werd voor het. regeeringsvoorstel gestemd. 
Dit alles werd duidelijk en onomwonden in de Tweede Kamer uitgesproken. Maar daarvan zegt „De Banier" in zijn blad natuurlijk niets. Dat zou ook in zijn kraam niet te pas komen. Daarom er maar met halve waarheden wat op los gefantaseerd.
Ten overvloede vestigen wij nog de aandacht op wat de voorzitter van de Antirevolutionaire Kamerfractie, de hr. Heemserk, in de Kamer ter motiveering van zijn stem voor het subsidie woordelijk zeide:
Ik wensch even mijn stem te motiveerem over dit artikel. Wij hebben zooeven gevoteerd een subsidie voor de bijzondere handelshoogeschool te Rotterdam, die niet op een bepaald wetenschappelijk beginsel is gebouwd. Billijk is het, dat, nadat dit subsidie is verleend, ook verleend wordt het subsidie aan een bijzondere handelshoogeschool, die wél op een bepaald beginsel is gebouwd. U i t  d i e n  h o o f d e  zal men naar mijn overtuiginig zijn stem voor dit artikel moeten uitbrengen.
Alleen dus omdat er billijkheidsoverwegingen in het spel waren, stemde de A.R. Kamerfractie voor het subsidie. Dit blijkt overduideliik uit het woord „uit dien hoofde", dat wij in de rede van den hr. Heemskerk lieten spatiëeren. Uitsluitend kwade trouw van „De Banier" kan hier de zaak anders voorstellen dan zij in werkelijkheid is.
„De Banier" moet toch weinig eerbied voor zijn lezers hebben om ze met halve waarheden in te lichten. Als Rome maar tegen de Antirevolutionairen kan uitgespeeld worden, kan er alles mede door. Gelukkig, dat de leugen nu en dan kan worden achterhaald. Het zat er ditmaal met duimen dik op. Laat ds. Kersten's blad toch wat voorzichtiger en oprechter zijn. 

Bemoedigend.
Onder dit opschrift schrijft de A. R. Rotterdammer:
Zij, die Christelijke politiek wenschen te voeren op zoo breed mogelijke basis, waarin de kerkelijke verdeeldheid geen hinderlijke groeven trekt, werden in de laatste dagen door een tweetal verschijnselen heerlijk bemoedigd.
Met spontane eensgezindheid zette een breede groep Christelijk Gereformeerde predikanten de schouders onder den journalistieken arbeid om in 't bijzonder de leden van deze kerkformatie het Richtsnoer van Gods Woord voor het staatkundig leven voor te houden. Moge het door het kerkelijk meeleven een lichte last blijken te zijn, maar ook een arbeid, welke heerlijke vruchten afwerpt.
Naast het bemoedigende verschijnsel in dezen kring staat de welgeslaagde bijeenkomst van Hervormde Anti-revolutionairen, waar het krachtig geluid van onzen hooggeachtem medewerker dr. Severijn weerklank vond: tot geen prijs een aparte partij-formatie, welke op de kerkelijke gedeeldheid berust, doch bovenal de eenheid van allen op de interkerkelijke basis van het allen-omvattende Program van Beginselen.
Deze actie, welke niet op versplintering aanstuurt, maar bijeen wil houden of brengen, wat bijeen hoort; die dus èn in Christelijk Gereformeerden èn in Hervormden kring tegenweer wil bieden aan het streven om de kerkelijke ver­deeldheid tot het Schibboleth der poli­tieke partijgroepeering te maken; — ze kan, onder den zegen des Heeren, veel kwaads keeren en veel goeds bevorde­ren.
Bidt dan, ook in dit opzicht, om den vrede van Jeruzalem.  Met groote instemming namen wij van dit artikel in De Rotterdammer kennis.  Wij zijn het met den inhoud van harte eens. Niet op verdeeldheid, maar op een eendrachtig samengaan moet worden aangestuurd. 

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 januari 1929

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's

STAAT EN MAATSCHAPPIJ

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 januari 1929

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's