Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Geestelijke opbouw

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Geestelijke opbouw

Het Duizendjarig Rijk

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wat de Heilige Schrift het duizendjarig rijk noemt, met de Christusheerschappij en de gebondenheid van Satan, dat hebben we nu. Dat is niet iets dat straks in het eind zal worden geopenbaard, maar dat beleven we nu, in de dagen en tijden en jaren die er nu onder ons zijn, sinds den dag van Jezus' opstanding. Nu is het de tijd, dat Gods Koninkrijk komt en komen zal. Nu, vanaf de dagen van Jezus' opstanding en hemelvaart en de uitstorting des Heiligen Geestes — tot dat straks de periode zal komen, dat naar Gods wondervollen Raad, Satan weer meer ongebondene vrijheid zal verkrijgen tot een uiterste krachtsinspanning en openbaring van helsche gruwelen onder de volkeren, in samenwerking van Gog en Magog, typen van satanische wereldsche machten.
Nu is het de periode, dat Satan, door de overwinning van Christus en de werking des Heiligen Geestes, het moet aanzien dat het Evangelie gebracht wordt onder de vollieren en het Koninkrijk Gods zich uitbreidt tot aan de uiterste einden der aarde.
En wat er dan in Openb. 20 staat van de zielen van Gods kinderen, die ontslapen zijn, die onthoofd zijn en die 't merkteeken van het Beest niet hadden — die (zoo staat er) leven, om met Christus te heerschen de duizend jaren.
Lees dat nu eens niet als een Chiliast, die van te voren al heeft uitgemaakt dat hier nu sprake moet zijn van een vrederijk op aarde, waarin de dooden weer levend zullen worden en op aarde, in het lichaam, heerschappij oefenen — lees het nu eens ais een gewoon bijbelsch christen ; wat krijgt ge dan ?
Immers dit: dat hier gezegd wordt, dat de zielen van de martelaren, die hun lichaam door den dood zijn kwijtgeraakt, in den hemel heerlijkheid hebben ontvangen, terwijl hier op aarde Jezus' Koninkrijk komt onder de niet-christelijke volkeren. Satan heeft dat laatste willen verhinderen — de gruwelijke vervolgingen van de heidensche keizers waren om het Christendom uit te roeien — maar de Heere Christus zal voortgaan van overwinning tot overwinning, waarbij Satan met een grooten, sterken keten, met bovenaardsche, goddelijke kracht, bedwongen wordt.
Een gezicht in den hemel heeft Johannes hier. Een gezicht op het lot, dat aan de hielen (niet aan de lichamen) van de martelaren beschoren is ; en zij, die hier verderving en dood hebben ontvangen. hebben nu heerlijkheid en zaligheid boven. Neen! zij hebben 't niet verloren ! Zij zijn méér dan overwinnaars !
Dat de dooden zullen opstaan, dat de martelaren weer levend zullen worden, dat zij hier op aarde zullen heerschen, dat er hier beneden een vrederijk zal komen, waar in de uit den dood opgewekte en in het lichaam weergekeerde martelaren zullen zitten op tronen, wordt in Openb. 20 vers 1 —10 met geen woord, met geen letter zelfs, geleerd.
Waarom toch moet men hier nu van gaan maken, dat die gestorvene martelaren hier op aarde in het lichaam („zielen", staat er, van degenen die „onthoofd" zijn, dus „zielen" die in den hemel zijn, terwijl het lichaam tot het stof der verderfenis is wedergekeerd, wachtend op den dag der groote opstanding), weer zullen gaan leven duizend jaren, waarna zij dan weer moeten sterven en wéér opstaan, tot de eeuwige opstanding?
Het gaat hier over het Gods-leven der zaligen, die voor den naam en de zaak des Heeren geleden hebben en gestorven zijn. Zij zijn Boven, in den hemel der heerlijkheid. Uit de verachting en vernedering zijn hun zielen opgenomen in de hemelsche zaligheid — terwijl degenen die hier machtig waren, maar in vijandschap tegen God en Christus zich hebben verzet, gedacht worden in den eeuwigen dood.
Als Schriftuurlijke voorstelling hebben we dus, dat we nu, sinds de hemelvaart van Christus, in een tijd leven, dat Satan stuk voor stuk de volkeren — de nietchristelijke volkeren — die in duisternis en dood gebonden zijn, voor het Evangelie des Kruises moet loslaten en dat allen, die voor den naam en de zaak des Heeren lijden en sterven moeten, ten slotte niet te beklagen zijn, want ,,zalig zijn de dooden, die in den Heere sterven, van nu aan". Veel meer zijn te beklagen de machthebbers der wereld, die Christus en Zijn gemeente vervolgen, want ze zullen vallen in den eeuwigen dood !
Zóó zal het nu gaan gedurende 1000 jaren, dat wil zeggen : zóó zal het nu gaan gedurende die volle, groote, afgepaste periode die door God is uitgemeten en vastgesteld naar Zijn Raad. Het zal niet een klein poosje duren — dan stond er niet „duizend", 't Zal een langen tijd zoo gaan. Tien is in het hoek „de openbaring" al een getal van kracht (10 hoornen, enz.), maar tien maal tien maal tien of duizend, is om aan te duiden een heel lange periode of een heel groot getal. Zoo zullen er straks op den berg des Heeren staan 12X12X1000 gezaligden, of 144000 gekenden des Heeren, dat is het Volle getal van Gods uitverkorenen, vergaderd uit de 12 geslachten van 's Heeren volk onder de Oude bedeeling èn uit de 12 geslachten van 's Heeren volk onder de Nieuwe bedeeling. En dat volle, goddelijke getal der gezaligden, waaraan er niet één zal ontbreken zal zóó groot zijn, dat niemand die schare tellen kan, hoewel ze bij den Heere allen met name zijn bekend.
In een visioen heeft Johannes op Patmos dus die afgepaste periode van de  Nieuwe bedeeling — duizend jaren — gezien en hem is geopenbaard, dat in dien tijd — door den Heere vastgesteld — Satan zal moeten toezien, gebonden zijnde (niet krachteloos helaas ! maar wel ingetoomd, beteugeld en gebonden met sterke macht), dat de niet-christelijke volkeren bewerkt worden met het Evangelie en geroepen worden tot den dienst des Heeren. Natuurlijk zal de werking der zonde, de invloed van den Booze, niet ontbreken. Want dan moesten immers alle harten der menschenkinderen, die boos zijn, afgesloten worden ! En daar staat niets van. Dat er geen zonde op aarde zal zijn — daarvan staat geen woord! Dat er geen ongerechtigheid zal wezen hier beneden, duizend jaar, lezen we hier niet ! Dat is bewaard voor den nieuwen hemel en de nieuwe aarde, als Jezus Christus zal wederkomen op de wolken en het laatste oordeel zal zijn gehouden. Maar vóór die eindcrisis is geen tusschenperiode van 1000 jaren (1000 tijdperken van 365 dagen) te verwachten.
Maar Satan zal ingetoomd, beteugeld, gebonden zijn, ten opzichte van de niet-christelijke volkeren, aan welke nu het Evangelie moet, worden verkondigd. Daarbij past dan het derde stuk van dit Schriftgedeelte, dat we vinden in Openb. 20 vers 1—10.
Dat is dit : dat de Satan op 't eind van de periode tusschen de hemelvaart van Christus en Zijn wederkomst, dus in de laatste dagen, welke aan het eind-oordeel zullen voorafgaan, weer meer vrijheid van beweging zal ontvangen. Dan zullen de teugels door God wat losser worden gemaakt. Dan zullen de kansen voor den duivel weer wat gunstiger worden. Dan zullen alle krachten worden aangewend om de volkeren te vervullen met een Gode vijandigen geest; dan zullen onder de natiën geweldenarijen worden gepleegd tegen het Christendom en het Evangelie en de Kerk. Donkere wolken zullen zich samenpakken, zooals vroeger (Ezechiël 38 en 39) ook Gog en Magog het volk des Heeren hebben gehaat, vervolgd en uitgeroeid. Maar — God zal ten laatste opstaan tot den strijd. Hij zal Zich ontfermen om der uitverkorenen wil. En te midden van een Godvergeten leven der wereld zal de Heere de laatste hand leggen aan Zijn werk, om Satan voor eeuwig uit te werpen, scheiding te maken tusschen rechvaardigen en onrechtvaardigen, en Sion te bereiden een eeuwige heerlijkheid, terwijl de duivel en zijn aanhang zullen geworpen worden in den poel van vuur, dat eeuwig zal branden.

(Wordt voortgezet).

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 februari 1930

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's

Geestelijke opbouw

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 februari 1930

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's