Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Geestelijke opbouw

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Geestelijke opbouw

De Christelijke Ethiek

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

De Christelijke Ethiek is de wetenschap, die zich bezig houdt met het actueele leven van den Christen, om dat leven te bespreken, zooals het zijn moet naar den eisch van het christelijk beginsel, dat is naar den eisch van Gods Woord.
De Christelijke Ethiek heeft dus tot object of voorwerp van onderzoek het zedelijk handelen van den christen, om na te gaan, hoe een christen zich te gedragen heeft in betrekking tot de onderscheidene levensterreinen, waar God een taak voor hem heeft.
't Gaat dus nu niet over geloofsleer, maar over levensleer.
In de Dogmatiek gaan we na, wat een christen te gelooven heeft en krijgen we dus een systematische uiteenzetting van de christelijke geloofsleer, naar uitwijzen van Gods Woord en aan de hand van onze kerkelijke belijdenisschriften. Maar bij de Ethiek beschouwen we 't leven van den christen en vragen, hoe de christen zich in gansch zijn leven heeft te gedragen, om naar Gods wil te handelen en in Zijn waarheid te wandelen. (Psalm 25).
Aanstonds voelen we, hoe 'n geweldig belangrijk stuk de Christelijke Ethiek dan is. Want het leven van den christen luistert zoo nauw en het strekt zich naar alle kanten uit. Er is geen enkel terrein, of de christen heeft er een roeping en heeft er een taak te vervullen. En de Ethiek heeft dat aan te wijzen en te bespreken ; om aan Ie geven hoe de levenshouding, de levensbeginselen en de levenspractijken des christens moeten zijn, waarbij de Ethiek niet alleen heeft te zeggen h o e het moet wezen, maar ook moet uiteenzetten waarom het alzoo moet gaan ; zij moet de beginselen, de drijfveeren blootleggen en toetsen.
Het kan ons geen oogenblik verwonderen, dat ernstige menschen door alle tijden heen hun aandacht hebben geschonken aan de Ethiek, als de wetenschap die zich bezighoudt met het zedelijk handelen van den mensch, naspeurende wat de levensgewoonten en levenspractijken des menschen zijn en door welke beginselen die levensacties der menschen worden gedreven en gedragen. Juist dat klatste geeft het interessante aan deze studie.
Want stel eens, dat een mensch uit het raam valt — per ongeluk — dan is het feit op zich zelf natuurlijk belangrijk genoeg, maar het is geen zedelijke handeling, geen levensactie van den mensch. Hij treedt niet handelend op. Hij doet zelf eigenlijk niets. Hij valt. Het is geen wilsdaad van den mensch. Hij kiest niet, om te vallen. Hij valt buiten zijn wil ; zooals een steen valt.
Zoo iets is geen stuk voor de Ethiek. Dat wordt natuurlijk anders, wanneer we de kwestie krijgen, dat iemand met bewustheid, en met voorbedachten rade uit het raam springt. Dan krijgen we de kwestie van zelfmoord. En dat is wel terdege een stuk van het ethische leven, van het zedelijk handelen van den mensch. Zijn wilskeuze komt hierbij tot openbaring. Het is een daad, waaraan heel wat vastzit en waarachter heel wat verborgen ligt.
Valt iemand in slaap en krijgt hij een ongeluk, dan is het heel iets anders, dan wanneer iemand zich met opzet een ongeluk aandoet en dus een misdaad bedrijft. Het laatste is een zedelijke handeling van den mensch, waaraan heel wat vastzit en waarover juist bij de Ethiek moet worden gesproken.
Dat terrein van het zedelijk handelen des menschen en van de openbaring van zijn levensbeginsel in zijn levenskeuze en levens gewoonten, is zeer uitgebreid en daarover is al heel wat geschreven van de eerste eeuwen af. Aristoteles (384—322 vóór Christus) interesseerde zich reeds bizonder voor de zeden en levensgewoonten zijns volks en gaf acht op het zedelijk of ethisch handelen der menschen, hoe dat in het leven tot openbaring kwam. En van Aristoteles stamt dan ook eigenlijk het woord Ethiek af. Hij bestudeerde de gangbare levensgebruiken, zeden en gewoonten des volks, met onderzoeking naar de gezindheid en de gesteldheid van den mensch bij al z'n levensacties. De ethos van het Grieksche volk, het zedelijk .handelen van zijn volksgenooten, maakte Aristoteles tot voorwerp van zijn studie. En zoo is dat woord Ethiek in de wereld gekomen.
Wij willen dus ons oog slaan op de levensplichten, op de levensroeping van den mensch, met name van den christen. Wij willen bij onze Christelijke Ethiek bespreken de levensbeginselen en levenspractijken van den christen, in betrekking tot en met het oog op alle mogelijke levensterreinen, waar God een roeping heeft voor den mensch, met name voor degenen, die Hem, in Christus Jezus, hebben leeren kennen.
Het is dus heel iets anders dan d e Dogmatiek of de Geloofsleer.
Daar is het veld van studie, wat de mensch, met name de christen, gelooft en belijdt en dat brengt ons dus in aanraking met hetgeen God ten opzichte van Zichzelf aan ons geopenbaard heeft en de werken, die Hij doet in schepping, onderhouding, verlossing, heerlijkmaking enz.
Geloofsleer omvat dus wat wij weten van God en Zijn werken en behandelt wat de mensch daaromtrent belijdt.
Maar Ethiek ligt aan den anderen kant, in het verlengde van onze Dogmatiek. Want Ethiek is levensleer en behandelt, wie en wat wij voor God, voor onzen naaste, voor onszelf moeten zijn in verband met de vele levenskringen, die voor ons zijn uitgemeten en de breede levensroeping, die wij als redelijke, zedelijke schepselen hebben te vervullen naar allen kant. Het gaat er dan om, dat wij bespreken hoe ons christelijk geloof zich moet openbaren ; hoe wij als christenen in handel en wandel moeten uitkomen, hoe wij onze plichten hebben te vervullen en onze levensroeping hebben te volbrengen.
En wie zal het, vooral in onze dagen, aandurven om te zeggen, dat we waarlijk wel wat beters te doen hebben, dan ons druk te maken met onze levensroeping, met onze levensplichten, met ons christelijk leven in al z'n acties en openbaringen naar den kant van de vele levensterreinen, die er voor ons en voor onze kinderen open liggen en dikwijls onder de meest verschillende levensomstandigheden en levensverhoudingen moeten worden vervuld ?
Het zijn principieele vraagstukken des zedelijken levens die aan de orde komen. Het zijn de principieele en practische problemen bij des menschen doen en laten, die onze aandacht vragen. En geen christen mag voor deze vraagstukken zich onverschillig betoonen. Integendeel, met volle aandacht zal de Ethiek, juist ook door den christen, die weet dat zijn leven, zijn handel en wandel, van zoo buitengewoon groote beteekenis is voor God en voor de menschen, moeten worden beoefend.
Het leven des menschen in al z'n vertakkingen is van zoo groote beteekenis en vooral in onze dagen stapelen zich de vragen op, hoe de mensch, en vooral d e christen, zich heeft te gedragen in z'n persoonlijk leven en in het gemeenschapsleven, in het huwelijk, in het gezin met ouders en kinderen, in de Kerk, in het midden van het economisch en sociaal leven in Maatschappij en Staat. Vragen verlangende het sexueele leven, de opvoeding, de politiek enz., zijn aan de orde van den dag. Vragen aangaande gezag en vrijheid, rijkdom en armoede, oorlog en vrede, eed, doodstraf, lijkverbranding enz. enz. dringen zich aan ons op. En de vragen van wat onze roeping en onze plicht is ten opzichte van zoovele aangelegenheden belangende ons persoonlijk en ons gemeenschapsleven, rusten niet, vóórdat er een antwoord is gegeven, waarbij de beginselen, de argumenten, duidelijk naar voren komen en het practische leven van alle kanten is bezien.

(Wordt voortgezet).

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 juli 1930

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's

Geestelijke opbouw

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 juli 1930

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's