Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

KERKELIJKE RONDSCHOUW

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

KERKELIJKE RONDSCHOUW

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

BEDE-EN BOETEDAG.
Zondag 29 November a.s. zal door alle Kerken in ons Vaderland een bede-en boetedag worden gehouden in verband met de benarde tijdsomstandigheden. Wij verheugen ons, dat in alle Kerken — zoowel in de verschillende Protestantsche Kerken, alsook in de Roomsche Kerk — de begeerte levendig is geworden om saam voor Gods aangezicht in te gaan en daar tot gebed saam te komen.
Wij, voor ons, kennen geen beteren weg dan saam naar Gods huis te gaan en daar in de prediking bepaald te worden bij de teekenen der tijden; om te worden uitgenoodigd tot schulderkentenis en saam dan Gods aangezicht te zoeken met onze liederen en onze gebeden.
Wij gelooven toch, dat er verband bestaat tusschen de tijdsomstandigheden en onze gemeenschappelijke zonden; verband met onze volkszonden, verband met de zonden der natiën, verband met de zonden der Kerken, verband met de zonden van ons persoonlijk en ons huiselijk leven.
De Heere heeft ons Zijn instellingen gegeven. Daar ligt vrede en vreugd.
Maar God van den hemel, onze Schepper en Maker, moet het aanschouwen dat wij Zijne instellingen verlaten hebben en ons voegen naar de inzettingen der wereld.
Daarbij moeten we bepaald worden. En dan niet in 't algemeen en zóó, dat we gemakkelijk naar onzen buurman kunnen kijken. Maar zóó, dat we saam en ieder onzer persoonlijk in de schuld mogen komen; om onze wegen te doorzoeken en weder te keeren tot den Heere.
't Is niet zóó in onze dagen, dat de Heere geen producten genoeg geeft, dat er geen geld genoeg is, dat er geen welvaren is. Hongersnood of pestilentie is er niet.
Waarbij veelszins een gemakkelijk, vroolijk leven.
Maar nationaal en internationaal loopt het verkeerd. En het moet op deze wijze nog vaster loopen, dan het nu al is. Waarbij de ellende groot, zéér groot zal worden hier en elders.
We kunnen ons deze dingen niet ernstig genoeg voorstellen.
En daarom is het goed om naar Gods huis te gaan op den komenden Zondag, wanneer allerwegen, in de groote stad en op de kleinste dorpen, in alle Kerken: de Hervormde Kerk — de Gereformeerde Kerken — de Chr. Gereformeerde Kerk — de Luthersche Kerk, ook in de Roomsche Kerk een boete-en bedestond zal worden gehouden.
Geve de Heere nog maar Zijn gunst en zegen te ervaren, tot heil voor land en volk. Tot zegen voor de natiën over gansch het rond der aarde.
Het gebed van den rechtvaardige vermag veel — staat er in Gods Woord.
En die op den Heere vertrouwen, zullen niet beschaamd uitkomen ; waarom zij op Hem hopen !

VERZOEK AAN DE KONINGIN.
Het Hoofdbestuur van den Geref. Bond heeft telegrafisch aan H.M. de Koningin het eerbiedig verzoek gericht, dat Zij het moge bevorderen, dat a.s. Zondag, wanneer alle kerken een bede-en boetedag hebben uitgeschreven, door verbod aan publiekelijke vermakelijkheden, des te meer een gewijd karakter zal kunnen dragen.
Wij hopen zeer, dat ons verzoek niet geheel vruchteloos zal zijn geweest.

NIET TE VERONTSCHULDIGEN.
Wie is zóó waanzinnig, dat hij met God zijn Maker durft strijden ?
De mensch waagt het er op. Hij doet het persoonlijk en in massa. Het heeft de volkeren aangegrepen. Het gaat van geslacht tot geslacht. In al de geledingen des volks is het doorgedrongen. Men doet alsof er geen God is en men gaat dwars tegen den Heere, tegen Zijn inzettingen, tegen Zijn Woord en Wet in.
Het is verstomptheid bij velen. Men weet het niet, men beseft het niet. Maar daarom is men niet te verontschuldigen ! Want waar komt die onkunde vandaan ? Is het niet, omdat men al lange op God geen acht gegeven heeft ?
Zorgeloos gaat men voort, van geslacht tot geslacht. En die zorgeloosheid komt voort uit verachting van God. En die verachting van God komt voort uit lust tot het kwade.
Dat is de cirkelgang der zonde. Omdat we in allerlei misdaden lust hebben, drijven we felle vermaningen verre van ons ; ja, we trachten ons geweten te verstompen. En zóó brengt de lust tot het kwade tot verachting van God. En uit de verachting van God komt de zorgeloosheid. En uit de zorgeloosheid ontstaat de onkunde. En uit de onkunde komt het zondebedrijf voort.
Dat is de cirkelgang der zonde. God klopt aan de deur van ons hart. God roept in het midden des volks. God verheft Zijn stem in het midden der Kerk en op de straten.
Daarom zijn we niet te verontschuldigen.
En de Heere ziet uit, of de vensteren niet opengestooten worden, of er niet geroepen wordt om genade ; of er niet komen met de klachte der ziel en met den roep des harten : „Zone Davids, ontferm U onzer".
Daartoe zendt de Heere^nu bizonder Zijn knechten uit en doet Hij Zijn Woord prediken, opdat ze bekennen zullen, dat de Heere God is.
Zal men den Heere tegenstaan ? Zal men Zijn Woord verachten ? Zal men des Heeren profeten dooden en daarin en daardoor Jezus Christus „doorsteken" ?
De roede des Heeren gaat over de aarde. Laat men toch geen verbond maken met den dood (Jes. 28 : 15). Maar laat men zich leeren verootmoedigen, om weder te keeren tot den Heere.
De Heere vertoornt Zich „omdat gij in Mijne inzettingen niet gewandeld hebt en Mijne rechten niet gedaan hebt, maar naar de rechten der heidenen, die rondom u zijn, gedaan hebt" (Ezechiël 11 : 12).
De troost, ook in de bangste tijden, is : dat de Heere nog lust betoont, om zondaren terug te brengen.
„Alzoo zegt de Heere HEERE : Ja, Ik zal ulieden vergaderen uit de volkeren, en Ik zal u verzamelen uit de landen, waarin gij verstrooid zijt, en Ik zal u het land Israels geven.
En zij zullen daarhenen komen en alle zijne verfoeiselen en alle zijne gruwelen vandaar wegdoen.
En Ik zal hun éénerlei hart geven, en zal een nieuwen geest in het binnenste van u geven ; en Ik zal het steenen hart uit hun vleesch wegnemen en zal hun een vleeschen hart geven ; opdat zij wandelen in Mijne inzettingen en Mijne rechten bewaren en die doen ; en' zij zullen Mij tot een volk zijn, en Ik zal hun tot een God zijn" (Ezechiël 11 : 17—20).
Er is een cirkelgang der zonde. Vreeselijk !
Er is een cirkelgang der genade. Heerlijk !
Zal de Heere ook nu eenerlei hart geven onder velen ? Zal Hij ook nu Zijn volk vergaderen en tot een lof op aarde stellen?
Dat het gebed der gemeente mag opgaan om 's Heeren genade en trouw te mogen ervaren, in ons land en daarbuiten.

HET ZUIDERZEE-GEBIED.
Met de Zuiderzee-werken gaat het eenerzijds nog al voorspoedig. De afsluitdijk, waardoor Noord-Holland met Friesland wordt verbonden (denk u deze prestatie eens in!) is bijna gereed. En het drooggemaakte gedeelte in den Wieringer-polder is nu zóó ver, dat de eerste oogst van het land is binnengehaald en dat nu wegen in gereedheid zijn en de eerste dorpen worden gebouwd.
Dan zullen er kerken en scholen noodig zijn. Dan zal er een ziekenhuis noodig zijn.
En dat staat nu vlak voor de deur. Dat het Protestantisme wake, waar Rome klaar is en de Rooden niet achter blijven.
Dat onze Hervormde Kerk met het Evangelie haar toebetrouwd niet achterblijve.
Dat op het land, aan de zee ontwoekerd, de kruisbanier waaie en de boodschap des heils onder grooten en kleinen, in kerk en school, mag worden verkondigd.
Ook de zieken, in een christelijk ziekenhuis.

WERKLUST ?
Terwijl er honderden en duizenden werkloos zijn en zij, die zoo gaarne hun werkkracht wilden geven, om met eigen handen het brood te verdienen, overal het hoofd stooten, loopen honderden onderwijzers aan het Openbaar onderwijs verbonden door de straten van de groote steden, om te betoogen, dat het absoluut boven hun krachten gaat als men méér dan 28 — zegge en schrijve acht en twintig — kinderen aan hun zorgen toevertrouwt. Als men van gemeentewege den klassedeeler hooger maakt dan 28.
Wat flinke onderwijzer, die over behoorlijke geestkracht en energie beschikt, durft zoo'n dwaze stelling te verkondigen en te propageeren ?
Het is een beleediging voor hem zelf en ons.
Is dat beroeps-liefde en werklust ? Bovendien is er totaal gemis aan solidariteit. Want het Openbaar Onderwijs verbruikt duizenden en duizenden guldens op onverantwoordelijke wijze, terwijl er straks geen geld zal zijn voor het gezin van den werklooze. En nu wil de openbare onderwijzer niet mee helpen om te bezuinigen ; wat anderen tot groote schade zal worden.
Laat men hierbij niet spreken van verslechtering van het onderwijs. Hoogstens van verslechtering van eigen positie. En het offer, dat gevraagd wordt, wil men niet brengen, hoewel men weet dat het noodig is, omdat men sterk egoïstisch is ; waarbij nu een dekmantel wordt gezocht in de leuze : „tegen verslechtering van het onderwijs".
Zou het waar zijn, dat de wereld bedrogen wil zijn ?

BETER VOORBEELD.
Wij hoorden dezer dagen, dat ergens op een bekende fabriek loonsverlaging plaats had. Men schikte zich in de omstandigheden. En de een voor den ander was blij en dankbaar, dat men niet ontslagen werd. Toen heeft men tegelijkertijd een schikking gemaakt, om 's middags vroeger te eindigen — inplaats van om vijf uur nu om half vier — opdat, bij de inkrimping van den arbeid meerderen zouden kunnen aan 't werk blijven, als men ieder wat minder uren nam.
Zoo hielp men elkaar !

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 26 november 1931

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's

KERKELIJKE RONDSCHOUW

Bekijk de hele uitgave van donderdag 26 november 1931

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's