Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

VAN DEN WOORDE GODS

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VAN DEN WOORDE GODS

Uit het ongeschreven Woord.

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Genesis 5 : 3. En Adam leefde honderd en dertig jaren en gewon eenen zoon naar zijne gelijkenis, naar zijn evenbeeld, en noemde zijnen naam Seth.

2e Serie.
LIII.
Het boek van Adams geslacht, zooals het in dit hoofdstuk ons bewaard werd, onderscheidt zich niet van dat der Kaïnieten wat het aantal aangaat, want beide registers dragen tien geslachtsnamen, wanneer namelijk Lamech's drie zonen Jabal, Jubal en Tubal-Kaïn er bij gerekend worden. Daaruit zou men de conclusie kunnen trekken, dat beide registers zich over hetzelfde tijdsbestek, namelijk van Adam tot den zondvloed uitstrekken. Maar het verschil tusschen dit boek van Adams geslacht en dat der Kaïnieten is principieel, daar wij hierbij van doen hebben met de traditie van Gods oudste gemeente, met de lijn des verbonds, met de geslachten der bondelingen, terwijl het register der Kaïnieten ons duidelijk toont, dat wij daarin van doen hebben met een geslacht van wel is waar begaafde figuren, doch vervreemd van de ware kennis Gods. Vooral blijkt zulks uit het einde, waartoe deze reeksen van geslachten komen. Het boek van Adams geslacht eindigt met Noach, uit wiens zonen na den zondvloed eene nieuwe menschheid opkomt. En deze Noach was een man Gods. Petrus noemt hem een prediker der gerechtigheid, die met de zijnen bewaard wordt, als Hij den zondvloed over de wereld der goddeloozen gebracht heeft. Met die wereld der goddeloozen gaat Kaïn's geslacht onder. Het heeft geene toekomst gehad. Aan de Kaïnieten is, ondanks de groote cultureele gaven, waarover zij beschikten, vervuld geworden hetgeen Asaph in Gods heiligdommen zag, toen hij op het einde der goddeloozen acht gaf : „Immers zet Gij hen op gladde plaatsen. Gij doet hen vallen in verwoestingen. Hoe worden zij als in een oogenblik tot verwoesting, nemen een einde, worden te niet van verschrikkingen". Zij werden door den vloed \erzwolgen. Dat is dus wel een diepgaand onderscheid tusschen deze twee reeksen van menschengeslachten.
Maar er is behalve deze uit Gods verkiezende daad voortvloeiende onderscheiding, ook nog een groot verschil in den vorm dezer registers. De Kaïnieten worden zonder meer opgesomd en slechts de beteekenis van een Kaïn zelven en van een Lamech in den zondigen ontwikkelingsgang der cultuur van deze van God vervreemde menschheid wordt in herinnering gebracht, als om ons te leeren, hoe deze grootheid naar de wereld ten slotte ijdelheid blijkt. Daarom wordt alles wat aan dood en eeuwigheid en aan Gods genadewerk herinneren kan, zorgvuldig vermeden. Wat beteekenis heeft voor de wereldgeschiedenis, dus voor het bewustzijn van deze, zooals zij genoemd wordt, palaeanthropische, oudste, menschheid, groot en machtig en rijk scheen, wordt vermeld. Henoch's stedenbouw, Jabal's veeteelt, Jubal's kunstarbeid, Tubal-Kaïn's industrieele uitvindingen worden opgesomd. En het eenige, dat aan een geestelijk-zedelijk leven denken doet, is de wraakzang van Lamech, de eerste, die bovendien eene polygamische levenswijze ingevoerd had. Zoo verschijnt dit Kaïnitische geslacht op eene wijze, waaruit duidelijk blijkt, dat het bij den Heere veracht was. Gods Heilige Geest teekent het ons in een uiterst sobere opsomming,om het wereldsche karakter des te sterker te doen uitkomen, het ons voor te stellen in de donkere schaduwen der ondergaande wereld.
Maar geheel anders is de toon in het het boek van Adams geslacht. Van alle stamhoofden, daarin vermeld, worden ons ook opgesomd : de leeftijd, waarop zij hunnen zonen, die als geslachtshouder optrad, gewonnen; daarna het getal der hun nog na wèl deze geschonken levensjaren, en eindelijk het getal van alle hun ten deel gevallen jaren. Oppervlakkig beschouwd, zou men kunnen meenen, dat deze achtereenvolgens herhaalde, sobere opsomming van de geboortejaren der zonen-stamhoofden in verband met den leeftijd van hunne vaderen en het daarna vermelde sterfjaar, een eentonige, weinig beteekenende mededeeling is. Toch is er in deze groote soberheid en monotone herhaling een geheel eenig licht des Heiligen Geestes opgegaan. Er treedt eene bijzondere levensbeschouwing in aan den dag, waarvoor de Kaïnieten en alle wereldlingen steeds blind zijn. Er straalt in dit rhythme van geboren worden, zonen gewinnen en sterven, een eeuwigheidslicht. Het openbaart aan Gods kinderen in die oudste gemeente een geheel eigen levenswaardeering, want deze geslachten zijn er zich bewust van, dat zij met hun leven voor God verantwoordelijk staan. Dit boek van Adams geslacht doet denken aan een gang over den doodenakker, waarop deze oudste Kerk des Heeren begraven werd. Tien geslachten rusten er, geslachten, die zich over vele eeuwen verdeelen, dus veel talrijker zijn dan de weinige namen zouden doen vermoeden, en die wachten op het bazuingeschal, dat den dag der verrijzenis aankondigen zal. Een eeuwig licht hebben zij _, gekend in hun leven, blonk voor - hun zielsoog in hun sterven, want zij waren kinderen des verbonds. Hun leven gaf getuigenis van Gods genadedaden, zoodat al deze geslachten in hunne monotone opeenvolging en onderling verband den gouden draad der verkiezing doen blinken.
Doch dit is het niet alleen. De vooropstelling van den dag der vaderwording heeft ook de strekking ons te laten zien, dat daarin een mijlpaal op den levensweg des menschen wordt bereikt. Ons natuurlijk .leven, ons geslachtsleven, heeft zijn doelwit in de instandhouding der geslachten. In ons moderne leven schijnt dit vrijwel op den achtergrond gedrongen. De materialistische karaktertrek, die er het hoofdkenmerk van werd, heeft de materialistische weeldezucht zoover op de spits gedreven, dat er voor het behoud der geslachten nauwelijks aandacht is. Ja, de weigering om den levensstrijd te strijden leidt zelfs tot eene kunstmatige uitmoording der geslachten. En daarmede gaat de moderne wereld met de Kaïnieten naar den zekeren ondergang. Niet straffeloos kan Gods ordinantie met voeten getreden worden. Zooals hun god de buik is, zal het einde verderf zijn.
Uit de wijze echter, waarop dit geslachtsregister werd ingericht, blijkt, hoe Gods Heilige Geest Zijn licht heeft laten vallen op de beteekenis, die het vaderschap heeft voor de handhaving der geslachtslinie en daarmede voor de doorzetting van de verbondsgenade. Het jaar, waarin het nieuwe verbondshoofd geboren wordt, is om zoo te zeggen, in dit boek van Adams geslacht als een 'kroonjaar aangemerkt. Het wordt voor alle komende tijden als een gedenkwaardig jaar in het licht gesteld, als een jaar van bijzondere historische beteekenis. Tevens blijkt er uit, dat er reeds zeer vroeg in Gods gemeente een historisch bewustzijn was gewekt, waarvan onder de Kaïnieten, ondanks de groote cultureele overwinningen, die zij zich veroverd hadden, niet blij.kt. Bij deze zonen Adams is er van geene telling der jaren sprake. Zij staan eigenlijk alzoo buiten de geschiedenis, worden als bijkomstig beschouwd, terwijl Seth's geslacht in het volle licht verschijnt met eene jaartelling. En deze wijst uit, dat de cultuur van deze oudste gemeente eene fijnere is dan die der Kaïnieten. De hoofdkracht moge bij de Sethieten niet gelegen zijn geweest in de stoffelijke levensverrijking, zij onderscheidden zich toch door eene diep godsdienstige levensontwikkeling, die ook voor hunne zedelijke vorming zeer groote beteekenis hebben moest. De Sethietische beschaving stond uit dat oogpunt dus veel hooger. Het was daarmede in deze oude wereld ook al precies als in onze dagen. Men hoort vooral in onzen tijd soms hoog opgeven over de moderne beschaving, over de manieren, die zij gebiedend vordert en waaronder de eenvoudige kinderen Gods zich weinig thuis gevoelen. Zij gelden dan ook soms voor boersch en bekrompen en de moderne beschavingsmenschen halen de schouders over dezulken op. Toch ligt het geestelijk fonds voor de beschaving juist in deze kringen der maatschappij en leert de ervaring, dat daaruit steeds weder de levensvernieuwing der maatschappij opkomt, wanneer de hoogere standen uitgeput zijn. En datzelfde geldt nu ook voor Gods Kerk. De ervaring leert, dat vooral ook daarin de kringen, waarin Gods verbond leeft, de bron vormen voor nieuwe levenskracht van Gods Kerk. Deze hebben een eigen beschaving van eene geheel andere orde dan die in de wereld bewierookt wordt.
Zoo zien wij nu ook in dit boek van Adams geslacht, dat de verkiezende genade Gods met zich brengt, dat in dit geslacht eene geestelijke beschaving openbaar wordt, die wijst op eene veel diepere levensbeschouwing dan die met het materialisme der Kaïnieten gepaard ging. De Sethieten verkregen, dank zij Gods openbarende daden, een fijnere geestelijke cultuur, die hen reeds in deze oudste tijden tot een historisch leven bracht. Daaruit blijkt, hoezeer ' deze oude wereld reeds een veel hoogere levensontwikkeling deelachtig is geweest, dan die het eigendom is van die volken, die men thans gewoon is als natuurvolken onder de heidenen aan te duiden. Eeuwen voordat er eene Heilige Schrift was, kende de oude wereld, blijkens dit boek van Adams geslacht, reeds eene vaste genealogie, die als een soort van tijdrekening dienst deed. En hoewel ook onder de latere natuurvolken de genealogie tot de alleroudste tradities behoort, waarvan sommige eeuwen terugloopen en zich in het fabelachtige verliezen, is er toch van iets, dat op eene tijdrekening gelijkt, geene sprake. Hetgeen deze volken in de stamboomen hunner hoofdlieden bezitten, gelijkt hoogstens op die der Kaïnieten, daar er van iets, dat naar eene opgave van levensjaren zweemt, geene sprake is. Het merkwaardige bij deze op lager trap van beschaving staande volkeren is, dat zij een weerzin hebben telkens wederkeerende tijdsperioden te tellen, zoodat onder hen zelden iemand zijne levensjaren aangeven kan. Zij meten den tijd niet. Alleen gewichtige gebeurtenissen nemen eene plaats in hunne herinnering in en worden dan gewoonlijk op mythologische wijze verwerkt, terwijl alle maatstaf van tijd terugwijkt voor de beelden der phantasie.
Geheel anders echter heeft zich blijkbaar onder den druk der Godsopenbaring het bewustzijn van Gods Kerk ontwikkeld, daar dit boek van Adams geslacht ons leert, dat er van de oudste tijden af een vorm van tijdrekening bestond, die het bewijs levert, hoe juist in die kringen des verbonds er een besef van historisch leven geboren werd, dat betrekking had op de innerlijke levensgeschiedenis der geslachten. Zij geven vaste punten aan in de linie, door Gods verkiezende genade getrokken over de hoofden der geslachten, die elkander van het paradijs tot aan den zondvloed opvolgen. Daarmede was gegeven hetgeen een schrijver als Heinrich Schurtz, die over de oer-geschiedenis der cultuur heeft geschreven, den grond noemt, „waarop de geschiedkundige zelfkennis der gemeenschap" kan ontstaan. Deze is toch immers de voorwaarde, die vervuld moet zijn, indien er van eene wezenlijke geschiedenis van het worden der cultuur sprake kan zijn. Zoo blijkt dus, dat het licht van Gods openbaring in de oudste gemeente Gods reeds een beschavingsleven verwekt heeft van veel hooger orde dan alle wijsbegeerte in den loop der eeuwen heeft kunnen geven. Gods Heilige Geest bereidde aan de kinderen des verbonds eene rijke, schoone cultuur, die verre uitging boven al wat de Kaïnieten met hunne groote natuurlijke gaven vermochten tot stand te brengen. En daarom was er ook dit onderscheid, dat toen de vloed kwam, slechts dit geslacht Gods behouden werd, opdat het werk van Gods verkiezende genade de eeuwen door in stand zou blijven en Zijne trouw zal schitteren voor elks oogen.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 30 november 1933

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's

VAN DEN WOORDE GODS

Bekijk de hele uitgave van donderdag 30 november 1933

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's