Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

STAAT EN MAATSCHAPPIJ

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

STAAT EN MAATSCHAPPIJ

NOG MEER CIJFERS.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

De vorige week werd in het artikel geweldige cijfers de aandacht gevestigd op de buitensporig hooge bedragen, die door de Overheidskassen jaarlijks moeten worden beschikbaar gesteld om in de nooden en behoeften van armen en werkloozen te voorzien.
Het bleek in dat artikel, dat het ten opzichte van de armenverzorging gaat om een bedrag van 76 millioen en voor wat betreft de werkloozensteun om een uitgave van 130 millioen, ongeacht nog de 27 millioen gulden, die uit de werkloozenkassen als uitkeeringen aan de werkloozen ten goede komen.
Echter geven deze cijfers nog niet een volledig beeld van wat door de Overheidsorganen wordt verzorgd. Dan toch valt er rekening te houden met den bijstand, die den maatschappelijk zwakken in dagen van ziekte, ongeval, invaliditeit en ouderdom wordt geboden en de hulp, die aan weduwen en weezen wordt verleend.
Menigeen meent intusschen, dat wat ten slotte uit de onderscheidene kassen aan de belanghebbenden wordt betaald, niet veel te beteekenen heeft.
Maar dat is niet juist. De feiten bewijzen het tegendeel.
Uit de statistieken toch blijkt, dat de gelden, die aan bijstand aan de maatschappelijk zwakken en aan steun aan de weduwen en weezen worden uitgekeerd, in de millioenen loopen.
De navolgende tabellen (*) kunnen dit bevestigen.
Krachtens de bepalingen der ongevallenwet werd van 1903 tot ultimo 1931 uitgekeerd : tijdelijke uitkeering ƒ 58.904.515 rente geneeskundige behandeling rente aan nagelaten betrekkingen begrafeniskosten overige schadeloosstellingen 89.882.980 42.063.842 26.207.420 901.504 1.031.636
Totaal ƒ 218.991.897
Dat is gemiddeld per jaar f 8 millioen. Krachtens de bepalingen der invalidteitswet bedroeg het totaal aan uitkeeringen over het tijdvak 1919 tot en met 1931 aan : invaliditeitsrente ƒ 25.120.326 weduwenrente „ 15.175.858 weezenrente „ 15.573.018 ouderdomsrente „ 86.126.697 geneesk. behandeling art. 99/100.. „ 20.915.019
Totaal ƒ 162.910.918
Of gemiddeld per jaar ƒ 13.5 millioen. De uitgekeerde bedragen krachtens de ouderdomswet 1919 waren over het tijdvak 1919 tot en met 1931 aan : renten zonder staatsbijdrage ƒ 2.210.846 renten met staatsbijdrage „ 155.681.153 uitkeeringen bij overlijden „ 5.574.495 kostelooze renten „ 356.843.585
Totaal ƒ 520.310.079
Wat een gemiddelde per jaar maakt van ƒ 43 millioen.
Uit al deze uitkeeringen, bij elkander genomen, blijkt, dat aan het arbeidende volk jaarlijks krachtens de Sociale Wetten ten goede komt de kapitale som van ƒ64 millioen.
Tienduizende mannen en vrouwen ervaren dagelijks de zegeningen, die van deze wetten uitgaan.
Hoe er nu nog menschen zijn, die beweren kunnen, dat de Sociale wetten verkeerd werken en daarom hoe eerder hoe beter konden verdwijnen, is een raadsel.
Waar toch zouden de maatschappelijk zwakken, de weduwen en de weezen, wanneer dit gebeurde, met hunne nooden en behoeften moeten blijven ?
Zooals wij reeds de vorige week schreven, zijn de bedragen, die voor armenzorg en voor werkloozenhulp moeten worden uitgegeven reeds zoo hoog, dat de begrootingen van Rijk en gemeenten tengevolge der steunregelingen haast niet meer sluitend zijn te m, aken. Het is te begrijpen, dat onder deze omstandigheden van eene voorziening in de behoeften van zieken, invaliden, ouden van dagen, weduwen en weezen benevens van door een ongeval getroffenen weinig zou komen.
De Sociale wetten kunnen ook uit dien hoofde niet gemist worden.

OP DE ZWARTE LIJST.
De Nationale Socialistische Beweging is door de Regeering op de lijst der voor ambtenaren verboden vereenigingen geplaatst.
Naar aanleiding van dezen maatregel wordt de vraag gesteld, waarom wèl de Nationaal Socialistische Beweging en niet de Sociaal Democratische Arbeiderspartij op de zwarte lijst is gezet. Naar het ons wil voorkomen zijn daarvoor twee redenen.
De eerste reden vinden wij in de Nieuwe Rotterdamsche Courant. Naar dit blad verneemt,
is de reden van de plaatsing van de N.S,B. op de lijst van voor rijksambtenaren verboden vereenigingen deze, dat onlangs in een vergadering van leden van een plaatselijke Burgerwacht uit een mededeeling van een lid der N.S.B. gebleken is, dat de heer Mussert, leider van de N.S.B., aan de leden van zijn beweging verboden had om als lid van de Burgerwacht ontslag te nemen.
Waar nu bekend was, dat de Regeering het lidmaatschap van de N.S.B, onvereenigbaar had verklaard met het lidmaatschap van de Burgerwacht kwam het verbod van den heer Mussert aan zijne leden in lijnrechten strijd met het door de Regeering uitgevaardigde voorschrift.
De tweede reden is te zoeken in het feit van de machtsvorming der Nationaal Socialistische Beweging. Deze Beweging brengt hare leden onder in verschillende organisaties. Een dezer organisaties draagt een militair karakter. Naast de regeeringsinstituten leger, vloot en Bijzonderen Vrijwilligen Landstorm ter handhaving van het gezag, beschikt de heer Mussert ook over een militair kapt, dat echter zijne belangen moet dienen. Dit is machtsvorming, welke ontoelaatbaar is.
Van de Sociaal Democratische Arbeiderspartij kan niet gezegd worden, dat zij zich — althans op dit oogenblik niet — aan deze excessen schuldig maakt.
De Regeering blijft echter paraat. Zij schreef naar aanleiding van de vraag van een Tweede Kamerlid :
De regeering volgt met groote waakzaamheid de gestie van alle politieke stroomingen en neemt haar maatregelen in verband met de gedragingen, die te harer kennis komen. Die waakzaamheid geldt voor de Sociaal-Democratische Arbeiders Partij evengoed' als voor anderen.
De zaak van de handhaving van het gezag is veilig in de handen van het Kabinet.


*) De tabellen zijn ontleend aan De Christelijke Ambtenaar van 24 November 1933.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 18 januari 1934

De Waarheidsvriend | 8 Pagina's

STAAT EN MAATSCHAPPIJ

Bekijk de hele uitgave van donderdag 18 januari 1934

De Waarheidsvriend | 8 Pagina's