Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

KERKELIJKE RONDSCHOUW

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

KERKELIJKE RONDSCHOUW

16 minuten leestijd Arcering uitzetten

EEN CIRCULAIRE VOOR DE PAASCHCOLLECTE,
Zooals vorige jaren het geval was, zal ook nu ter drukkerij te Maassluis een Circulaire voor de Paaschcollecte verkrijgbaar worden gesteld. Waar men plaatselijk zoo'n collecte langs de huizen van vrienden en bekenden wil organiseeren, kan men het gewenschte aantal circulaires aanvragen. Deze circulaire wordt door het Hoofdbestuur van den Gereformeerden Bond opgesteld en gratis ter beschikking gesteld, terwijl dan, indien men dit tijdig te Maassluis opgeeft, onder een bepaald aantal een plaatselijke aanbeveling kan worden bijgedruikt. Men heeft dan een algemeene circulaire met een plaatselijk cachet, wat wel aanbeveling verdient.
Waar men een Kerkcollecte kan en wil houden — en we hopen, , dat geen enkele van onze Gereformeerde Gemeenten zal achterblijven — daar kan men het dus zonder circulaire doen. Maar waar men zelf, 't zij als afdeeling, 't zij als vriendenkring, zoo'n collecte wil organiseeren, daar staat een circulaire dus gratis ter beschikking.
Het is dit jaar vroeg Paschen (1 April).
Daarom is het wenschelijik dat men spoedig adreslijsten klaar maakt en een overzichtelijke staat van anbeidsverdeeling opstelt. Als men zich, onder leiding van een centraal comité, in kleine onderafdeelingen organiseert, kan het werk des te gemakkelijker geschieden. Dan wordt ook geen enkele van de vrienden en bekenden overgeslagen !
Bidt en werkt — is onze leuze.
Eendracht maakt macht — houden we als oud-Hollandsche spreuk voor oogen !

ONZE ACTIE EN ONZE PROPAGANDAGESCHRIFTEN.
Wij kunnen niet schrijven : „De Waarheidsvriend" is voortaan aan alle stations te verkrijgen, of aan de kiosken te koop. Hoeft ook niet. Dat is niet de aard van ons werk als Gereformeerde Bond. Maar wij zijn toch wèl blij, dat ons Bondsorgaan, tot verdediging en verbreiding van de Waarheid in en ten behoeve van onze Ned. Herv. (Geref.) Kerk, in alle provincies en in stad en land rondreist en overal gezinnen aantreft, waar men zegt: „Kom maar binnen, want gij zijt ons als een huisvriend geworden". En hoe meer men dat kan bevorderen, dat „De Waarheidsvriend" door al onze predikanten, kerkeraadsleden, kerkvoogden, gemeenteleden - door jongen en ouden saam — gelezen wordt, hoe liever 't ons is. In al onze gezinnen moet ons Bondsorgaan een goede bekende zijn en meer en meer worden. Het is tot onzen geestelijken opbouw, tot vermeerdering van onze kennis en tegelijk, om het werk van onzen Gereformeerden Bond — denk aan onze fondsen — te helpen en te bevorderen.
Al onze Afdeelingen, maar ook de leden van onzen Bond persoonlijk, kunnen hierin, als ze willen, goede hulpdiensten verrichten ! En we zijn dankbaar, dat het ons aan hulp in dit opzicht niet ontbreekt. De ijver van velen is dikwijls verrassend en beschamend.
Nu is er echter nog iets méér dan ons Bondsorgaan, waarmee gewerkt kan worden. En dat zijn de geschriften, die onze kennis der Waarheid, ook onze kennis aangaande het kerkelijk leven, kunnen vermeerderen. Hierover een enkel woord.
Uitgaven van onzen Bond zijn:
GEDENKBOEK GEREF. BOND 1906—1931, ingen. franco per post ƒ 1.70
HET KERKELIJK VRAAGSTUK, door ds. Jongebreur ƒ 0.20
ONS KERKELIJK STANDPUNT, uitgegeven door het Hoofdbestuur, 1924 ƒ 0.20
OVER DE LEERVRIJiHEID IN DE NED. HERV. (GEREF.) KERK, door ds. M. van Grieken, 2de druk ƒ 0.75
SEPARATISME EN WERELDGELIJKVORMIG-HEID, door ds. J. G. Woelderink ƒ 0.40 BELIJDENIS DOEN, door ds. J. G. Woelderink; ƒ 0.20 ; 50 ex. a ƒ 0.15
DE RICHTINGEN IN DE NED. HERV. KERK, door ds. G. van der Zee, ƒ 0.20 ; 50 ex. a ƒ 0.15
BEGINSELEN VAN KERKRECHT, door ds. M. van Grieken, ƒ 0.50
DE DRIE FORMULIEREN VAN EENIGHEID, 4e druk), door ds. M. van Grieken. (Dit is een uitgave niet van den Geref. Bond, maar bij Kemink en Zoon, te Utrecht).
HET DUIZENDJARIG VREDERIJK, door ds. M. van Grieken ƒ 0.15 HET SPIRITISME, door , ds. M. van Grieken, ƒ 0.25
Men ziet, 't is een heel lijstje van boekwerken. En het zou ons aangenaam zijn, indien men aan deze uitgaven eens volle aandacht wilde schenken. Het kan tot groot nut zijn, indien ieder ons G eden k boek bestudeerde. Dan de buitengewoon mooie brochure Ons Kerkelijk Standpunt. Jongen en ouden moeten dat stuk maar eens lezen en herlezen. Ook 't boekje Het Kerkelijk Vraagstuk is van groote beteekenis. Het boek De Leervrijheid moet men altijd bij de hand hebben, om de gangen der historie onzer Hervormde Kerk, wat de belijdenis, de proponentsformule, de belijdenisvragen, de Synodale Besturenorganisatie, enz. betreft. De brochure De Richtingen is onmisbaar. Aan 't werk er mee ! V oor onze gezinnen, voor onze Vereenigingen uitnemend geschikt. De twee keurige brochures van ds. Woelderink kunnen niet genoeg geprezen worden. Het boekje Belijdenis doen moet b.v. nu, in deze weken, uitgereikt worden aan alle catechisanten, die zich voorbereiden voor de openbare belijdenis des geloofs met Paschen a.s. De prijs, 50 ex. a 15 et., is er op berekend, dat dit geschrift in massa besteld en verspreid en verkocht wordt! Evenals het boekje van ds. Van der Zee ! Wanneer men even aanpakt is alles zoo gemakkelijk.
Het boekje „Beginselen van Kerkrecht" bedoelt om de oudste Kerkorde van Wezel, het klassieke stuk van ons Gereformeerd Kerkrecht, onder de menschen te brengen. Met Latijnsche en Hollandsche aanteekeningen in den rand en aan den voet, geeft het een handige Kerkorde, met inleiding en bespreking. Het tweede stuk, „Nadere Verklaring" is in bewerking,
Over het boekje „De Drie Formulieren van Eenigheid" behoeven we niet te spreken. Het is op de vergaderingen van de Afdeelingen, waar men de Ned. Geloofsbelijdenis bespreekt, onmisbaar. Het geeft een breed historisch overzicht van de geschiedenis der Drie Formulieren : de Ned. Geloofsbelijdenis in 37 art., de Heidelbergsche Catechismus en de Vijf Leerregels van Dordt. We hebben hier een studieboekje, dat bewezen heeft van groot nut te zijn (de 4de druk verscheen). (Deze uitgave is — we herhalen het — n i et van onzen Bond, maar van Kemink en Zoon te Utrecht; doch we noemen het hier, omdat het voor onze Bondsleden onmisbaar is).
De brochure: Het Duizendjarig Vrederijk is ter perse en verschijnt over een paar weken. Het gaat over een zaak, die aan de orde van den dag is.
En de brochure Het Spiritisme wordt hier aangeboden, omdat er telkens vraag naar is en men niet weet, waar deze is te verkrijgen.
Gemakshalve willen we twee adressen van bestelling opgeven voor al deze uitgaven, en wel de Administratie van „De Waarheidsvriend" te Maassluis en het Secretariaat van de Commissie van Actie : de heer P. J. W. Maarleveld, Am. Hoogvlietstraat 39, "Vlaardingen.

KERK EN KERMIS IN NOORD-HOLLAND.
Onlangs namen ook wij een berichtje op uit Schagen, met betrekking tot de Ned. Hervormde Kerk en acrobatische toeren op de jaarmarkt op Zondag. Met groote verontwaardiging is dit toen door de modernen in Noord-Holland afgewezen. Neen, zulke dingen moest men niet van de modernen verwachten ! Wat er te rectificeeren was in dat bericht, rakende de kwestie van kerk en toren (welke laatste van de burgerlijke gemeente is) hebben we hersteld, maar we dachten van deze affaire toch 't onze. De schijn was gered door de modernen, maar de zaak van de onkerkelijkheid en de wereldschgezindheid ook ?
Nu lezen we weer een ander bericht, ook handelend over de Kerk en de kermis in N.-Holland. We nemen het hier over:
In het N.-Hollandsche stadje Hoorn wordt de kermis nog steeds gehandhaafd. Natuurlijk moet er dan ook op Zondag kermis worden gevierd. Maar in ons land bestaat gelukkig een Zondagswet, waarin ook de godsdienstoefeningen worden beschermd. Burgemeester en Wethouders van Hoorn lieten nu de kermis 's Zondags om vier uur beginnen. Ze vergaten, dat Hervormden, Gereformeerden en Lutherschen 's Zondags tweemaal godsdienstoefening hebben en dat de tweede dienst voor alle gezindten om vijf uur begint. Daarom dienden de rechtsche raadsleden van Hoorn een verzoekschrift in, om de kermis des Zondags pas om zeven uur te laten beginnen, zoodat de kerken overeenkomstig de Zondagswet hun diensten rustig konden houden. Het antwoord, dat ze kregen, was teleurstellend. Burg. en Weth. van Hoorn vonden, dat de kerken maar moesten zorgen om vier uur klaar te zijn met hun godsdienstoefeningen. In normale gevallen hadden ze er nog eens over willen denken, maar nu er getracht moest worden zooveel mogelijk geld in kas te krijgen, wilden ze geen schade hebben van een later aanvangsuur. De Hervormden, Gereformeerden en Lutherschen moeten dtus in de kermisweek inplaats van om vijf uur te beginnen, zorgen om vier uur klaar te zijn.
Dus : de Kerk moet voor de kermis wijken ! Dat is mee de vrucht van het modernisme !

DE RECHTZINNIGEN EN DE EVANGELISCHEN.
In Amsterdam is een vergadering gehouden van de afdeeling Kerkopbouw, waar drie verschillende sprekers het woord hebben gevoerd. Ds. B. J. Aris, voorganger van de Vrijz. Hervormden te Amsterdam, heeft gesproken over het onderwerp : „Waarom ik mij vrijzinnig noem" ; ds. W. A. Hoek, Ned. Herv. pred. te Amsterdam, over : „Waarom ik mij rechtzinnig noem", en prof. dr. A. M. Brouwer over : „Waarom ik Kerkopbouwer ben". In het Algem. Handelsblad van 27 Jan. heeft een verslag van deze redevoeringen gestaan, maar dat no. hebben we op 't oogenblik niet bij de hand. Aan het Evangelisch Zondagsblad ontleenen we een verslag van hetgeen ds. Hoek gezegd heeft.
Dat nemen we hier over :
»Het klinkt als een belijdenis" — aldus spr. — „maar dan een belijdenis tegenover menschen. Een heel zonderegister zou kunnen worden voorgelegd aan 't adres van de orthodoxie, die, scholastisch bevangen als zij is, dikwijls haar tijd niet verstaat. Ook is er de afstand tusschen leer en leven, die zoo vaak tot uiting komt. Toch zegt spreker, ondanks dat alles, tot de rechtzinnigen : Uw volk is mijn volk en uw God is mijn God. Dringt men door tot de kern, dan vindt men onder hen by alle nuanoeering toch een eenheid in Christus. Het kenmerk der kenmerken is het absoluut christocentrische. Zijn, mede door den arbeid van Roessingh en De Graaff, de richtingen elkaar nader gekomen, wij moeten toch de verschillen niet willen camoufleeren : er is een groote kloof.
Spreker gaf daarna een verklaring van zijn overgang van de Evangelische — de meest „rechtsche modernen" — naar de Ethische richting en eindigt dan, met op te merken, dat, zoo de rechtzinnigen het met hun absoluut christocentrische juist gegrepen hebben, de anderen dan ook, dogmatisch gesproken, automatisch uitvallen. Zoo niet, dan ware de orthodoxie „kunstig verdichte fabelen" nagevolgd*.
Wanneer we dit verslag zoo lezen, kunnen we ons met het gesprokene best vereenigen. Want ja — wanneer we de dingen niet verdoezelen en bemantelen (camoufleeren), maar eerlijk uitspreken, dan verschillen de vrijzinnigen of modernen radicaal van de rechtzinnigen, óók de „malcontenten" of „rechtsche modernen". Want 't mag zijn, dat daar het zondebewustzijn anders en dieper gevoeld wordt, dan door de gewone en meer ouderwetsche modernen, toch komt de Christusbelijdenis in het gedrang, ja, van die Christusbelijdenis ontbreekt ten eenenmale waar het op aankomt: Zijn Godheid, Zijn verzoenend lijden en sterven, Zijn opstanding enz. enz. Met de heilsfeiten leeft men — als men eerlijk is — op gespannen voet en zoetelijk spreekt men dan wel van „het oude bijbelverhaal, waar we lezen", maar men zegt niet, dat dat „oude bijbelverhaal" de menschen nu al eeuwen wat op de mouw heeft gespeld, wat de feiten betreft, 't Zijn geen feiten, 't is symboliek, legende, leerend verhaal enz. En al spreekt men nóg zoo schoon over „den goddelijken mensch, den Koningsmensch aan het Kruis", waar het in Christus' Kerk op aankomt loochent men.
En aangezien de orthodoxie geen „kunstig verdichte fabelen" navolgt, zijn rechtzinnigen en vrijzinnigen van elkaar gescheiden juist op het meest principieele punt! Ze hooren dogmatisch en kerkelijk (ook verder niet) geenszins bij elkaar. Op geen enkel terrein kan er samenwerking zijn, noch wat de School, noch wat de Zending, het werk der barmhartigheid betreft; noch maatschappelijk, noch politiek. Wie de dingen niet bemantelt en verdoezelt, moet erkennen, dat de wereldbeschouwing onze levensbeschouwing beheerscht. En hier is radicaal verschil.
Nu is prof, Wagenaar van Leeuwarden in het Bv. Zondagsblad slecht te spreken over 't geen ds. Hoek (die vroeger tot „de Evangelischen" behoorde, maar later is overgegaan tot de Ethische richting — en daarom (niet heel vriendelijk) door prof. W. een „renegaat" genoemd wordt) van de Evangelischen zegt als „de meest rechtsche modernen". „Deze kwalificatie van de Evangelische richting als de meest rechtsch-moderne is er toch wel volkomen naast en als zij van ds. Hoek zelf afkomstig is, zou men van een theoloog van zijn bekwaamheid een beter oordeel verwacht hebben. Zoowel in oorsprong als in wezen is er tusschen de Evangelische en de Moderne richting een zeer duidelijk verschil". „Wat de tegenwoordige Evangelischen betreft, mag toch wel verklaard worden, dat zij dogmatisch juist gekenmerkt worden door wat ds. Hoek blijkbaar in de rechtzinnigen heeft aangetrokken, n.l. het absoluut christocentrische". Prof. W. meent, dat ds. Hoek nu eerst recht Evangelisch is geworden, nu hij de Evangelischen den rug toegekeerd heeft en naar de Ethischen is overgeloopen.
Eerlijk gezegd, kunnen we deze redeneering van prof. W. niet begrijpen. Tenminste, wanneer we de dingen niet willen camoufleeren, verdoezelen en bemantelen. Want de Evangelischen zijn in oorsprong en wezen aan het Modernisme verwant en staan in de practische politiek altijd aan de zijde van het Modernisme, zoowel van het oud-Modernisme als van het nieuw-Modernlsme. En hun „Christus volgens het Evangelie" is een andere Christus, dan de rechtzinnigen belijden. Bij de Evangelischen staat de opvoeding, de goddelijke opvoeding met den goddelijken invloed van Christus, op .den voorgrond, en bij de rechtzinnigen : de verzoening van onze zonden door des Middelaars bloed. Mevr. Ten Brink— Drijber, van Meppel, schrijft in hetzelfde no. van het Ev. Zondagsblad, waarin prof. W. de Evangelischen zoo „Christocentrisch" noemt, in een stichtelijke overdenking „Voor den Zondag" o.a. : „Alzoo lief had God de wereld, dat Hij Zijn Zoon gezonden heeft, opdat een iegelijk die in Hem gelooft, niet verderve, maar het eeuwige leven hebbe". Zijn leven, lijden en sterven was zóó, dat wij ons volkomen aan Zijn leiding kunnen overgeven enz."
Daar hebben we het wéér : Dien grooten Lijder, dien goddelijken mensch, dien Koningsmensch, in wien de Godsgeest en de Godsliefde ons tegemoet treedt, kunnen we veilig kiezen als onzen Leidsman. En nu zijn alle raadselen wel niet opgelost, maar we kunnen Hem veilig volgen, waar Hij ons voorging, om óók op God te vertrouwen en óók door goddelijke opvoeding bekwaam gemaakt te worden voor een hooger leven hier en straks voor een hooger leven na den dood. „God neemt u op, dwars door den dood, in Zijn schoot — looft Hem in eeuwigheid. Amen".
Met woorden aan de Schrift ontleend, als „Immanuël", „het uitgedrukte beeld des Vaders" enz. bedoelt men iets anders, dan de Christelijke Kerk van ouds, naar de Schriften, in haar belijdenis uitspreekt, als haar ongetwijfeld Christelijk geloof.
Waarom wordt men nu boos, wanneer men gewezen wordt op hetgeen nu al zoo héél lang in zoovele dingen gebleken is werkelijkheid te zijn ?
Waarom wil men niet, wat men moest zijn in een Christus-belijdende Kerk, met een aloude, uitgesproken belijdenis ? En waarom wil men dan toch met alle geweld gerekend worden te zijn, wat men om principieele redenen niet is en niet begeert te zijn ?
Wat wonderlijke wereld wordt het op die manier ; wat wonderlijke Kerk — en dat alles, omdat men niet eenvoudig, eerlijk zeggen wil, wat men is, wat men werkelijk is en zijn wil.
Men waagt er de Kerk aan!

DE VRIJZINNIGEN EN DE SACRAMENTEN.
In het voorstel tot reorganisatie, ingediend door de Vereenlging „Kerkopbouw", komt ook voor, dat in de Ned. Hervormde Kerk zorg gedragen moet worden voor de prediking van het heilig Evangelie, de bediening der heilige Sacramenten en wat verder tot den openbaren eeredienst behoort".
De Vrijzinnigen ergeren zich aan die omschrijving „heilige Sacramenten". De vrije vroomheid houdt niet van strakke vormelijkheid en ceremonieel. Zij hecht zich nooit vast aan bepaalde vormen en symbolen, omdat dit op den duur schadelijk zou kunnen zijn voor den groei van het innerlijke vroomheidsleven. Het eigenlijke in de religie is het levende, het bewegelijke, het stroomende, dat zich moeilijk in bepaalde vormen of zinnebeelden laat vastleggen. „Tegenover het meer statische, ééns voor al vaststaande, dat alle orthodoxie kenmerkt, komt in de vrijzinnigheid naar voren het dynamische, levende, spontane", zegt ds. Van der Poel, van Den Helder, in „Kerk en Wereld", 9 Febr. '34.
De Vrijzinnigen schromen het woord Sacramenten met een hoofdletter te schrijven, en heilige Sacramenten kennen ze niet. Men wil los van alle Roomsche voorstelling, in den weg van vrije vroomheid wandelen. En met de „magische" opvatting der Sacramenten heeft men gebroken en voor goed afgedaan.
»Het is niet geheel juist, dat de Protestantsche Kerken aan den naam „Sacramenten" hebben vastgehouden.
„Het wordt tijd, dat ten opzichte der bediening der Sacramenten klare wijn geschonken wordt. Het Reorganisatie-Ontwerp van Kerkopbouw schijnt terug te grijpen naar wat wij meenden, dat tot een voorbij geganen tijd behoorde.
„Wij, Vrijzinnigen, gelooven niet, dat onze kinderen, gelijk het oude Doopformulier zegt, In zonden ontvangen en geboren zijn. De doop is bij ons meer een plechtigheid, die de ouders aangaat dan het kind zelf, dat gedoopt wordt. Zinnebeeldig wordt hier gezegd, dat het kind ook Gods kind is, voorwerp Zijner zoekende liefde : het behoort, zonder 't zich bewust te zijn, ook tot de Christelijke gemeente, waarin 't aanvankelijk opgenomen wordt. De ouders zijn mi gebonden, het kind een Christelijke opvoeding te geven, zoodat toet straks zal weten, dat het ook een lid is der groote Christelijke gemeenschap (Kerk)".
„Het Avondmaal is voor ons niet anders dan een zich bij brood en wijn te binnen brengen van de groote liefde van Christus, die in trouw aan God en de menschen ook het ergste wilde lijden, om de wet van het offer te volbrengen, en ons daartoe in staat wil stellen, door ons te geven Zijn geest. Zijn liefde. Die zoeken wij in 't Avondmaal, meer niet".
„Daarom kunnen wij de sacramenten ook niet rekenen tot hetgeen wezenlijk kenmerk heet te zijn der z.g.n. ware Kerk".
„De ware Kerk is voor ons daar, waar zondige, sterfelijke menschen zich zoodanig in 't geloof verbonden weten met Christus, dat zij „éénes geestes" met hem zijn".
„De sacramenten zijn slechts middelen, uiterlijke teekenen, om ons telkens opnieuw, als in een aanschouwelijk beeld, de zoekende liefde van God te realiseeren.
Tot zóóver ds. Van der Poel, vrijzinnig predikant in Den Helder.
Is het nu wonder, dat tegenover zulke menschen een andere prediking en een andere Sacramentsbediening moet komen ?
En is het wonder, dat alles wat orthodox is, zegt: modernen en rechtzinnigen hehooren noch wat de bediening des Woords, noch wat de bediening der Sacramenten aangaat, in één Kerkgemeenschap ?
Och — dat de vrijzinnigen eens eerlijk werden in kerkdijken zin en zij tot de erkentenis kwamen, dat zij in een andere Kerkgemeenschap thuis hooren dan in de Hervormde Kerk !
Waarom wil men nu per sé „Hervormd" zijn, waar men geen religieuse gemeenschap vindt en waarom leeft men gescheiden van degenen, die religieus één zijn in „innerlijk" „vrij" „vroomheidsleven" ?

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 15 februari 1934

De Waarheidsvriend | 8 Pagina's

KERKELIJKE RONDSCHOUW

Bekijk de hele uitgave van donderdag 15 februari 1934

De Waarheidsvriend | 8 Pagina's