STAAT EN MAATSCHAPPIJ

Ons artikel „De gelofte der N.S.B.-mannen'" (zie De Waarheidsvriend van 8 November) heeft, blijkens een tweetal ingezonden stukken, eenige tegenspraak ontmoet.
Aangezien het eene stuk onleesbaar onderteekend werd en dus voor plaatsing niet in aanmerking komt, en het andere stuk slechts een paar bepaalde punten behandelt, kunnen wij volstaan met den zakelijken inhoud van het laatste schrijven nader onder de oogen te zien.
Het eerste punt betreft de commentaar (toelichting), die wij op de gelofte gaven, die de leden van de Weer-Afdeeling van de Nationaal Socialistische Beweging bij het toetreden tot deze organisatie afleggen.
Zooals wij in ons nummer van 8 November schreven, luidt deze gelofte :
„Ik geloof in het leidend beginsel van de Nationaal Socialistische Beweging.
„Ik beloof mijn volk, mijn Koningin, mijn „Vaderland steeds te dienen.
„Ik beloof trouw en gehoorzaamheid aan den Leider.
„Ik beloof mij ten allen tijde te zullen gedragen als een Weerman betaamt.
Naar aanleiding nu van deze gelofte, die voor het lid van de Weer-Afdeeling van
de Nationaal Socialistische Beweging een eed beteekent, merkten wij op 8 November op, dat de gelofte op grond van het derde punt wel trouw en gehoorzaamheid aan den Leider, Ir. Mussert, eischt, doch geen trouw en gehoorzaamheid aan de Koningin, het Hoofd van den Staat, vraagt.
Tegen deze opmerking voert nu de steller van het ingezonden stuk dit aan :
„Nadat u de gelofte der Weer-Afdeeling heeft aangehaald, o.a. : „Ik beloof mijn volk, mijn Koningin, mijn vaderland steeds te dienen", concludeert u, dat de N.S.B, geen trouw en gehoorzaamheid aan de Koningin vraagt, maar wel aan den leider, Ir. Mussert.
Bestaat voor u het dienen dan uit ontrouw en ongehoorzaamheid ? "
Wij hebben over deze beschouwing van den geachten inzender, benevens over de gevolgtrekking, die hij van onze woorden maakt, wel wat vreemd opgezien.
Immers de inhoud der gelofte is duidelijk en voor geen tweeërlei uitlegging vatbaar.
De Weerman belooft trouw en gehoorzaamheid aan den Leider en hij belooft de Koningin steeds te zullen dienen.
Heeft deze dubbele toezegging nu een gelijke beteekenis ?
De inzender van het stuk meent van wel, doch dit is niet zoo.
Wij hebben er eens van Dale's groot Woordenboek op nageslagen. Daarin vinden wij bij het woord trouw aangeteekend : „stipt, nauwgezet zijn plichten vervullen", bij het woord gehoorzaamheid : „gewillig opvolgen van iemands gebod", terwijl bij het „dienen van het vaderland" en het „dienen van den Koning" de verklaring wordt gegeven, dat deze uitdrukkingen moeten worden opgevat in den zin van „dienen in het leger."
Trouw en gehoorzaamheid hébben dus een geheel andere beteekenis dan dienen.
Natuurlijk wil dit niet zeggen, dat voor den Weerman het dienen bestaat uit ontrouw en ongehoorzaamheid.
Neen ! maar de Nationaal Socialistische Beweging eischt de belofte van trouw en gehoorzaamheid van het lid der Weer-Afdeeling niet op voor de Koningin, maar voor den Leider.
Dit blijkt nog duidelijk: er uit de gelofte, die het gewoon lid, dus niet de Weerman, van de Nationaal Socialistische Beweging bij het toetreden tot de organisatie aflegt. In die gelofte wordt zelfs de naam der Koningin niet genoemd. Zij luidt: „Ik geloof in het leidend beginsel der Nationaal Socialistische Beweging ; ik ben bereid naar mijn beste krachten mede te werken aan den opbouw van den nieuwen Staat; i k beloof trouw aan de leiding. (Spatiëering van Red.)... Indien mijn inzicht mij daartoe te eeniger tijd mocht nopen, zal ik mij op volkomen waardige wijze uit de beweging terug trekken, , nauwlettend zorgdragend haar daardoor zoo weinig mogelijk te schaden."
Dat het oordeel, wat wij hierboven gaven, omtrent de verhouding tusschen de Koningin en den Leider van de Nationaal Socialistische Beweging juist is, wordt ook zoo begrepen door de leiders der Beweging zelf.
In Volk en Vaderland, het orgaan der Nationaal Socialistische Beweging, van 16 December 1933, komt onder de rubriek „Litteratuur-opgave" voor het geschrift van Ir. B. Wigersma, Parlementarisme en Dictatuur, 63 bladzijden, prijs ƒ 0.90 (van Dishoeck, Hilversum). In dat geschrift wordt pp bladz. 62 gezegd :
„Dat de vorst (of vorstin) gedurende een dictatuur niet meer de belangrijke rol (belangrijker dan die van een president) zal kunnen vervullen, die hij of zij in den Staat vervult, volgt uit den aard der dictatuur.
De vorst zal moeten terugtreden voor den dictator, die gedurende zijn beheer de verantwoordelijkheid moet dragen en deze onmogelijk met den vorst kan deelen."
En op bladz. 63 luidt het:
„Dat dus in Italië Mussolini zich niet tot president heeft doen kiezen, maar dat hij desniettemin den moed heeft gehad om zichzelf te plaatsen boven den koning, dat ook de Italiaansche koning deze achterafzetting met een bewonderenswaardige waardigheid weet te dragen, dat beteekent, dat Mussolini een goed dictator, koning Emanuël een goed koning is, wier samenwerking ook voor het Italië van de toekomst heilzame resultaten zal kunnen opleveren."
Men ziet het: de Leider nummer één ; aan hem wordt trouw en gehoorzaamheid gezworen; de Koningin op de tweede plaats, de Vorstin, die de Nationaal Socialistische Beweging steeds zal dienen.
Nationaal Socialisme en Oranje verhouden zich als dwang en vrijheid.
Wij hebben dit onderwerp, naar aanleiding van het ingezonden schrijven, nog eens breed­voerig toegelicht, omdat er altijd nog menschen zijn die meenen, dat de Regeering onjuist handelde, toen zij de Nationaal Socialistische Beweging op de z.g.n zwarte lijst plaatste.
Het is ontoelaatbaar, dat in een geordenden Staat zich tegenover de wettige Regeering en het wettig.gezag een macht plaatst, die trouw en gehoorzaamheid belooft niet aan die wettige Regeering en dat wettige gezag, maar aan een persoon, die in geen enkel opzicht eenige verantwoordelijkheid draagt.
Wat het tweede punt betreft, dat in het ingezonden stuk ter sprake wordt gebracht, dit punt ziet op het door ons overgenomen artikeltje : „De N.S.B, revolutionair", uit het Antirevolutionaire dagblad De Zeeuw, eveneens voorkomende in het nummer van ons blad van 8 Nov.
In dit overgenomen stukje wordt iets medegedeeld uit een redevoering, die de ex-communist, thans propagandist van de N.S.B., de heer Frenay, te Santpoort op 10 September hield.
De inzender van het ingezonden stuk deelt nu mede, dat de heer Frenay na zijn rede onmiddellijk door de leiding van de N.S.B. is geschorst geworden en dat hij nog tijdens het onderzoek voor de Beweging bedankte.
Wij brengen deze rectificatie gaarne onder de aandacht onzer lezers, hoewel ze in de eerste plaats in de kolommen van De Zeeuw thuis behoorde.
Intusschen blijkt ook uit het gebeurde met den heer Frenay, dat de N.S.B, niet voorzichtig genoeg kan zijn met het kiezen van hare vertegenwoordigers in de openbare Vergaderingen.
Met dit al neemt het echter niet weg, dat in verband met hetgeen wij hierboven schreven, de titel van het overgenomen stukje intact kan blijven : D e N.S.B, revolutionair.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen