Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

ALLERLEI

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

ALLERLEI

De vereischten voor het rechte bidden

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

»Ten eerste, als ons bidden den hoogen en heiligen God behagen zal, dan zullen wij ook moeten hebben een diepen indruk van de ontzaglijke hoogheid des Heeren, waarvan de dichter zingt: „God is grootelijks geducht in den raad Zijner heiligen, en vreeselijk boven allen, die rondom Hem zijn". (Psalm 89 vers 8. Waarlijk, deze indruk van des Heeren hoogheid wordt bij den blinden zondaar gemist. Die beseft de afstand niet en ziet des Heeren heiligheid niet aan, maar bidt even onverschillig, alsof hij tegen zijns gelijken spreekt. En menigmaal is hij onder zijn bidden meer werkzaam met z'n beroep of z'n koophandel, dan met Hem, Wiens oogen zien naar „waarheid in het binnenste" (Psalm 51 vers 8). En niet alleen is het zoo oneerbiedig gesteld bij den dooden zondaar, maar ook is hier zoo groot gebrek bij den wedergeboren en levend gemaakten zondaar. Maar dan moet ik tegen goddeloozen en vromen zeggen : als wij zoo koud en achteloos bidden, behoeven wij geen verhoor ing te verwachten ; maar wij maken ons dan schuldig aan schromelijke zonden en spotternij met den Heere.
Ten tweede is er tot recht bidden noodig een waarachtig gezicht in en indruk van onze diepe ellende. Zoo lezen we van een arm en boetvaardig zondaar, die z'n oogen niet durfde opheffen naar den hemel, maar in nederigheid uitriep : „O God, wees mij zondaar genadig!" (Luik. 18 vers 13). Dezelfde zielsontdekkende genade woonde in den godvreezenden Abraham en deed hem op deze wijze tot den Heere bidden : „Zie toch, ik heb mij onderwonden om te spreken tot den Heere, hoewel ik stof en asch ben" (Genesis 18 vers 27). En waarlijk, deze zielsvernederende genade zal er ook tot een recht gebed vereischt worden. Daarom belooft de Heere ook aan dezulken de verhoor ing, zeggende, „dat Hij Zich wenden zal tot het gebed desgenen, die gansch ontbloot is" (Psalm 102 vers 18). Trap en mate van deze zielsvernedering kunnen wij echter niet bepalen. Ook zeg ik niet, dat deze Godverheerlijkende gestalte altijd in den vrome gevonden wordt. Ach, neen; de droeve ondervinding leert het mij geheel anders. Maar dit zeg ik : het toehoort gevonden te worden, en het wordt ook gevonden in zulke gebeden, die den Heere behagen.
Ten derde is er tot recht bidden noodig eene innige begeerte naar den Drieëenigen God, als het hoogste goed, zoodat de ziel met Asaf zeggen mag : „Wien heb ik nevens U in den hemel ? Nevens U lust mij ook niets op aarde" (Psalm 73 vers 25). En met David: „Gelijk een hert schreeuwt naar de waterstroomen, alzoo schreeuwt mijne ziei tot U, o God ! Mijne ziel dorst naar God, naar den levenden God. Wanneer zal ik ingaan en voor Gods aangezicht verschijnen ? " (Psalm 42 vers 2 en 3). Nu zeg ik weer niet, dat dit van binnen bij de vromen altijd zoo gesteld is, maar dit zeg ik : 't Is gruwzaam, dat het zooveel gemist wordt, en dat wij daarom met al ons zondige bidden zoo weinig voordeel doen.
Ten vierde, ook is het volstrekt noodig, dat de bidder, in al zijne begeerten, alléén steunt en leunt op de hoogepriesterlijke gerechtigheid en voorbidding van den Heere Christus, waarvan Paulus zegt: „Hij kan volkomenlijk zalig maken allen, die door Hem tot God gaan, alzoo Hij altijd leeft, om voor hen te bidden" (Hebr. 7 vers 25). Hij is 't alléén, die den weg tot den genadetroon geopend heeft, en door Wien een arm zondaar met vrijmoedigheid tot den heiligen God naderen mag. Zal dan de zondige mensch tot den heiligen God komen, het zal door Jezus moeten zijn; zal de arme ellendeling verhooring op zijn gebed verkrijgen, het zal om Jezus' wil zijn. Daarom is het ten allen tijd de werkzaamheid der heiligen geweest, om alzoó op dien Middelaar te steunen en om Zijnentwil de verhooring te verzoeken. Gelijk de geloovige Asaf zegt: „O God der heirscharen ! Keer toch weder ; aanschouw uit den hemel, en zie, en bezoek dezen wijnstok en den stam, dien Uw rechterhand geplant heeft, en dat om den Zoon, dien Gij U gesterkt hebt" (Psalm 80 vers 15, 16). En dit was óok de grond, waarop de profeet Daniël het huis zijner hope bouwde, daarom zegt hij : „En nu, o onze God ! hoor naar het gebed Uws knechts en naar zijne smeekingen, en doe Uw aangezicht lichten over Uw heiligdom, dat verwoest is om des Heeren wil" (Dan. 9 vers 17).
Ten Vijfde : tot alle deze zaken, die tot bet gebed vereischt worden, en waartoe wij van ons zelven onbekwaam zijn, is het bovenal noodig, dat de Heere ons schenkt Zijn bekwaammakenden Heiligen Geest, van welken Paulus zegt: „En desgelijks komt ook de Geest onze zwakheden mede te hulp : want wij weten niet, wat wij bidden zullen, gelijk het behoort, maar de Geest Zelf bidt voor ons met onuitsprekelijke zuchtingen" (Rom. 8 vers 26). Deze almachtige Heilige Geest kan in het bidden niet gemist worden, maar wordt daarom ook uit vrije genade aan zondige menschen beloofd. „En Ik zal" (zoo zegt de Heere) „over hen uitstorten den Geest der genade en der gebeden" (Zach. 12 vers 10). Missen de vromen den gevoeligen invloed van dien Geest, o dan is er geen lastiger arbeid dan het bidden, maar als ook dit heilig vuur van binnen brandt, dan ondervinden zij in het bidden eene zaligheid, waarbij de waarden van duizend werelden niet in aanmerking komt«.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 30 januari 1936

De Waarheidsvriend | 10 Pagina's

ALLERLEI

Bekijk de hele uitgave van donderdag 30 januari 1936

De Waarheidsvriend | 10 Pagina's