Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

STAAT EN MAATSCHAPPIJ

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

STAAT EN MAATSCHAPPIJ

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

ALARM
Er wordt in de pers alarm gemaakt over de militaire maatregelen, die Duitschland aan de Oostgrens van ons land treft.
De Amerikaansche journalist Edgar A. Mowzer, die langer dan 10 jaren Berlijnsch correspondent van zijn blad, de Chicago Daily News is geweest en uit dien hoofde dus geheel op de hoogte kan zijn, van wat in Duitschland voorvalt, doet over de militaire maatregelen van onzen Oostelijken nabuur opzienbarende mededeelingen.
Aanleiding tot deze mededeelingen gaf de indiening door het Kabinet-Colijn van het wetsontwerp tot Instelling van het fonds tot verbetering van de materieele uitrusting van de landen zeemacht, welk fonds de bijzondere aandacht van den Amerikaanschen journalist getrokken had. Deze wlide eens nagaan, wat de reden van de Nederlandsche Regeering kon zijn voor de indiening van 't Weerfonds van 54 millioen gulden. Hij stelde daartoe een onderzoek aan onze grenzen in en kwam daarbij te weten, dat: Ie. binnen 60 a 80 K.M. van de Nederlandsche grens de Duitschers op zijn minst 15 officieele vliegcentra bezitten. Deze 15 centra vormen een aanzienlijke constellatie ter beschikking van militaire of andere piloten, die van Duitschland Westwaarts koers zetten. Bovendien zijn er nabij onze grens nog 24 andere velden, voor sportvliegtuigen bestemd ;
2e. in de Nederlandsche sfeer (kring) ten behoeve van de concentratie van Duitsche troepen nieuwe garnizoenen werden gelegd en oude garnizoenen werden versterkt;
3e. over de Rijn, hij Duisburg, op een afstand van ongeveer 20 K.M. vanaf den uitspringenden hoek van Venlo, een vaste brug van 80 M. breed werd gebouwd; 4e. nieuwe breede autowegen de verbinding tot stand brengen van de Rijnprovincie en Westfalen met de Nederlandsche grens;
5e. geluidswaarschuwers langs de Duitsche zijde van onze Oostgrens zijn opgesteld voor net snel melden van naderende Vliegtuigen, afdeelingen spoorwegpolitie gelegerd zijn in stellingen buiten de verkeerscentrale en betonnen platforms op verrassend groote schaal zijn uitgebracht, en eindelijk,
6e. werk-en andere kampen tot een aantal van 59 zijn ingericht als verblijfplaatsen ten behoeve van de lichamelijke, zedelyke en politieke opvoeding van de Duitsche jeugd. Achter deze kampen bevinden zich woeste gronden, arm aan wegen, die de mogelijkheid openen om in alle stilte gemotoriseerde strijdkrachten op te stellen, zonder dat over de grens iets daarvan wordt bespeurd.
Zooals vanzelf spreekt, is onze Regeering van den militairen toestand aan de Oostelijke grens volkomen op de hoogte. Zelfs bevatten de militaire maatregelen, die daar door Duitschland getroffen worden, voor velen in ons land weinig nieuws. Toch is het goed, dat het Nederlandsche volk nog eens nadrukkelijk gewezen wordt op het groote gevaar, dat uit het Oosten voor onze veiligheid dreigt. In dien zin verrichtte de Amerikaansche journalist uitnemend, werk, door op al deze dingen nog eens uitvoerig de aandacht te vestigen.
De Regeering schrijft in de stukken, die bij het Weerfonds gevoegd werden, dat de ontwikkeling der internationaal-politieke omstandigheden niet zonder eenige bezorgdheid worden gadegeslagen, daarom dienen — .aldus de Regeering — alle krachten te worden ingespannen om de weermacht paraat te doen zijn.
Het is van algemeene bekendheid — en wij wezen daar vroeger al eens op — dat bij het uitbreken van een nieuwen Europeeschen oorlog, waarin Duitschland weer tegenover België en Frankrijk zou komen te staan, een frontaanval van het eerste Rijk op de beide laatstgenoemde landen vrijwel uitgesloten is. In België zijn langs de geheele Oostgrens werken aangelegd, die als een verlengstuk van de Fransche fortenlinie kunnen worden beschouwd. Deze werken, die vanaf Bazel tot Maaseik loopen en een betonmuur naar de zijde van Duitschland vormen, zijn èn in Frankrijk èn in België zoó sterk bewapend, dat een Duitsche legermacht bij een opmarsch naar het Westen gedwongen zal zijn, of om de Zuidelijke vleugel der versterkingen, d.i. door Zwitserland, of om de Noordelijke vleugel, d.i. door Brabant of Limburg te trekken.
De Duitsche Generale Staf zal ongetwijfeld met grooten ernst overwegen, welke omtrekkende beweging, hetzij dat deze plaats heeft door Zwitserland, dan wel door Nederland, de meeste kans van slagen biedt.
Nu staat de Zwitsersche Regeering op het standpunt, dat Zwitserland meer dan ooit zijn neutraliteit en onafhankelijkheid moet handhaven en daarvoor op zijn weermacht moet vertrouwen. Het moet duidelijk laten blijken, zoo sprak in 1934 Minister Motta, dat het zich tegen lederen aanval. zal verdedigen. En de daad bij het woord voegend, werden in dat jaar in Zwitserland 85 millioen francs, d.i. 42, 5 millioen gulden, aangevraagd en gevoteerd ten behoeve van den aankoop van zware kanonnen, vliegtuigen en ander oorlogsmateriaal meer. Intusschen bleef Nederland ten achter.
Een eventueele Duitsche inval in België, als opmarschlijn naar Frankrijk, zou thans slechts kans van slagen hebben, als deze zou worden beproefd langs het gedeelte van ons land, dat gelegen is tusschen Roermond en Nijmegen. De 100 K.M. breede strook tusschen beide plaatsen zal de invalspoort worden van het Duitsche leger naar België.
Om deze ramp voor ons land te voorkomen, zal thans met groote snelheid en met groote doortastendheid te werk moeten worden gegaan om de weermacht hier te lande zoó uit te rusten, dat deze in staat zal zijn de haar toevertrouwde taak onder Gods zegen te vervullen en te volbrengen.
Om dit nu mogelijk te maken, dient het Weerfonds, dat thans bij de Staten-Generaal in behandeling is.
En van dit Weerfonds geldt het, dat met de uitvoering onmiddellijk moet worden begonnen. Hier spericulum in mora, of m.a.w. hier is dringend gevaar bij dralen.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 13 februari 1936

De Waarheidsvriend | 10 Pagina's

STAAT EN MAATSCHAPPIJ

Bekijk de hele uitgave van donderdag 13 februari 1936

De Waarheidsvriend | 10 Pagina's