Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

VRAGEN BUS

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VRAGEN BUS

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Vraag : Wat is »het Plan van den Arbeid« en hoe hebben wij daarover te oordeelen ?
Antwoord : Wij kunnen .die vraag (vragen) zoo maar niet beoordeelen. Aan deze dingen zit nog al heel wat vast, waarbij wij persoonlijk onmogelijk kunnen uitmaken wat juist en niet juist is. Maar we verwijzen naar brochures van den laatsten tijd, die uitnemend goed ten opzichte van deze dingen kunnen inlichten. We noemen de brochure van prof. Diepenhorst, van den heer V. Frankenhuizen en we verwijzen ook naar het tijdschrift „Antirevolutionaire Staatkunde", 12de jaargang. Juni 1936 (uitgave van de Dr. Kuyperstichting), waar drs. J. Modderaar een artikel geeft over Het Plan van den Arbeid".
Laat ons iets er van zeggen. Maar men moet op ons niet afgaan als autoriteit.
Het Plan van den Arbeid dankt z'n ontstaan aan een resolutie van het 40ste Congres van de S.D.A.P. in 1934. De maatschappelijke ellende roept om maatregelen. Het democratisch Socialisme heeft door een Commissie uit de S.D.A.P. en het N.V.V. (Ned. Vakverbond), dat „rood" is) een stel maatregelen gegeven en dat noemt men „het Plan van den Arbeid", waarvoor alles wat rood is, warm loopt
Het doel van het Plan is een economisch diepgaande hervorming. Men wil aan het volk bestaanszekerheid verschaffen bij een behoorlijk levenspeil. De geesel der werkloosheid moet verdwijnen (333.000 werkloozen in 1935 — in Juni 1931 was dat 97.500). Bijna 1/2 van de arbeidersbevolking in Nederland is werkloos. Dat een politieke Arbeiderspartij zich hiermee inlaat, mag dus niemand verwonderen. Men wil daarom : een economisch diepgaande hervorming naast een oogenblikkelijke bestrijding van de crisis en zijn gevolgen. Dadelijk wil men wat en dan in de toekomst een radicale verandering en verbetering. Daarom vallen de maatregelen, die het Plan voorstelt, in twee groepen uiteen : 1. directe werkloosheidsbestrijding, met name door werkverschaffing op groote schaal door industrialisatie, d.i. door het in het leven roepen van allerlei industrieën enz. 2. maatregelen voor de toekomst door ordening van den bestaanden toestand door socialistische hervormingen in het maatschappelijk leven.
Men wil aanstonds 200.000 werkloozen werk geven. Allerlei groote werken moeten direct aangepakt en uitgevoerd worden. In drie jaren wil men daarvoor uitgeven : 600 miljoen gulden ; dus ƒ 200 miljoen per jaar. Waar men het geld — en niet zoo weinig — vandaan moet halen, wordt niet zoo erg duidelijk gezegd. Men wil het door Staatsleeningen zien te krijgen. Men vertrouwt dat alle particulieren dadelijk enthousiast hun geld er voor zullen leenen. De Staat zal dan straks nog veel méér dan ƒ 600 miljoen binnen krijgen, zóó happig zullen allen zijn, om hun geld te leenen ! Dat zal het economisch leven ópveeren. En 200.000 arbeiders hebben een baan ! Fabrieken van materialen en machines zullen als paddestoelen uit den grond verrijzen. De loonen gaan de hoogte in. De winkels kunnen alles inslaan en vlot verkoopen. Kleeding en voedsel zal beter en ruimer worden. De werkloosheid is weg en het levenspeil gaat omhoog.
Daarbij zal men technisch zorgen voor „systematische industrialisatie". De Staat zal de leiding nemen over de fabrieken, de industrie, de handel. Nieuwe bedrijven zal de Staat in 't leven roepen. En de bestaande zullen worden uitgebreid. Niet, dat dus alles, wat nu lam geslagen lig; t, weer leven zal worden ingeblazen, maar er zullen nog tal van andere bedrijven, fabrieken, industrieën enz. bij de bestaande komen. En alles zal bloeien als een roos. Als de Staat maar wil, en als de menschen maar 600 miljoen gulden willen leenen.
De huidige handelspolitiek moet dan natuurlijk veranderd worden (alles moet trouwens anders worden naar 't oordeel der roode heeren en dames).
Ook moeten de huren, pachten, kapitaalrente enz. verlaagd worden, 't Moet meer in handen komen van de arbeiders enz., die er dan voor zorgen dat niet alles „gepot" wordt, maar meer direct wordt uitgegeven. Dat geeft leven aan de maatschappij ! Geen „kapitalisten".
Er zit nu ook te veel „golfbeweging" of conjunctuur in het economisch leven : op-en neergang. Dat moet veel gelijkmatiger en vaster worden. Geen stijgings-en dalingsperioden meer (hoog-en laag conjunctuur). De wateren moeten effen en zachtjes vloeien in het maatschappelijk leven. Dan ook geen crisissen meer. Geen oorlog. Rustig verkeer nationaal en internationaal. Ieder een huis met veel zon. Men mag geen kapitalen opleggen, in 't binnenland niet, maar ook in 't buitenland niet. En alles : balans-, afschrijvings-en dividendpolitiek staat onmiddellijk onder toezicht van den Staat, die voor alles z'n mannetjes heeft; een leger van accountants enz. Ook de effectenmarkt komt onder Staatstoezicht.
Dan ook: rationalisatie. De fabrieken, de arbeidsgelegenheden moeten onder Staatstoezicht geregeld worden en alle arbeid, industrie, enz., naar 't model van den Staat. Men mag maar niet werken, zooals men wil ! Want dan krijgt men weer het kapitalisme enz. Men moet overal krijgen een : rationeele fabricatiemethode. En het spreekt vanzelf, dat alleen de Overheid de doelmatigheid van nieuwe methoden enz. kan beoordeelen.
Vandaar de Staatsaccountantsdienst! Zoo verdwijnt de crisis én zoo voorkomt men in de toekomst alle crisissen ! Men kweekt allerlei reserves in de goede tijden en men heeft dan een „appeltje voor de dorst" als er (maar dat zal niet zoo dikwijls meer voorkomen bij een bestendige conjunctuur) onverhoopt nog eens een minder voordeelige tijd mocht komen
Is dit alles nu niet heerlijk ? Wij kunnen ons voorstellen dat de menschen enthousiast zijn. Dadelijk 200.000 menschen aan 't werk. Nieuwe fabrieken en industrieën. Geen rijken en armen meer. Hooger loonen, hooger levenspeil. Een huisje met veel zon. Geen crisis meer. Geen groote zorgen voor de toekomst. De Staat is de vader, die voor al z'n kinderen zorgt. Dadelijk geven de menschen daarvoor 600 miljoen gulden. Wat wil men nog meer ? Wij kunnen ons voorstellen, dat dichters geïnspireerd zijn en dat de massa zingt en schreeuwt achter het vaandel van het Plan van den; Arbeid ! „En alleen een beet're toekomst stelt aan 't euvel paal en perk — Steunt daartoe het Plan van d' Arbeid, dat de redding brengt door werk !" Zoo zingt de roode volksmenigte. „Met z'n allen, tien, en, honderd duizendtallen — achter 't vaandel van 't Plan, vallen wij de crisis an". „Doe als Chris, die uitkomst zag toen hij liep achter de vlag van 't Plan en strijd óok mee met Partij en N.V.V."
Gelukkig, dat er óok nog verstandiger menschen zijn.
We hebben andere leidslieden noodig dan de S.D.A.P. en het N.V.V.
 

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 30 juli 1936

De Waarheidsvriend | 10 Pagina's

VRAGEN BUS

Bekijk de hele uitgave van donderdag 30 juli 1936

De Waarheidsvriend | 10 Pagina's