Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De ambten van den Middelaar

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De ambten van den Middelaar

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

(Vervolg en slot).
III.

De drie ambten liggen in Christus vereenigd. Hij is de Priester-Koning, waarvan Zacharia reeds heeft voorspeld en tevens is Hij de hoogste leeraar Zijner Kerk. Welk een wijsheid was er in Hem, die in de schoot des Vaders volkomen de wil Gods verstond ! Reeds als twaalfjarige knaap verbaasde Hij de Rabbijnen door Zijne verstandige vragen. En opgetreden op 30-jarigen leeftijd, verbaasde Hij de scharen door Zijn welsprekendheid. In den meest bevattelijken vorm ontsluierde Hij de diepten van Gods welbehagen.
In sprekende gelijkenissen bracht Hij de eeuwige dingen nabij. Geen wonder, dat de scharen zich rondom Hem verdrongen, 't zij Zijn predikstoel gevestigd was op een berg of op een schip of in een particuliere woning. zoo machtig was Zijn woord, dat de knechten van den hoogepriester, uitgezonden Hem te vangen, geen hand aan Hem sloegen, maar terugkeerden met de belijdenis : „Nooit heeft een mensch gesproken gelijk deze mensch". En aan het eind Zijns levens sprak Hij over de toekomst van Jeruzalem, ja van de geheele wereld, in Zijn eschatologische redenen.
De Middelaar heeft ook het priesterambt bediend. Schijnbaar is dit niet zoo. Hij, gesproten uit de stam van Juda, kon het Levietische priesterschap niet bedienen. Wij belijden echter, dat dit priesterschap in zichzelf ijdel was, slechts beteekenis had in verband met, slechts afbeelding was van het priesterschap des Heeren Jezus.
Daarom belijdt de Catechismus in Zondag 12 zoo juist, dat onze Middelaar de eenige Hoogepriester is. Hij is werkelijk priester, als Hij het werkelijke offer op Golgotha offert. Alle vroegere offers zijn slechts schijnoffers. Daarom moesten zij ook telkens herhaald worden. De Middelaar heeft echter met een eenige offerande voor immer Zijn Kerk verzoend met den Vader.
Het werk van den priester was om in voorbede het volk te gedenken. Welnu, in de eenzaamheid zijn er worstelingen voor Zijn Kerk geweest. Op Golgotha bad Hij voor zijn moordenaren en in den hemel gezeten leeft Hij om voor Zijn Kerk te bidden. Ook het Koninklijk ambt heeft Christus vervuld. Hij treedt op de golven, Hij wekt de dooden op. Hij ontsluit op Golgotha aan moordenaren het paradijs.
Na Zijn opstanding echter en met Zijn hemelvaart treedt het Koninklijk ambt meer op den voorgrond. Hij heerscht in Zijn opstandingi over den dood en wordt de machtige Levensvorst. En bij Zijn hemelvaart ontvangt Hij van Zijn Vader alle macht om in Zijn Naam het heelal te gebieden.
Het valt niet te ontkennen, dat in de openbaring der ambten van Christus een zekere volgorde is. De Middelaar begint om Zijn profetisch ambt te ontsluiten als Hij Juda en vooral Galilea bezoekt met Zijn jongeren, die weldra op aarde Zijn boodschap moesten doorgeven.
Bij Zijn lijden treedt het priesterambt meer naar voren, omdat de tijd van het brengen der offerande nabij was. Niet alsof de Middelaar buiten het profetische ambt stond. Immers de ambten zijn niet te scheiden. Profetisch was Zijn woord tot het Sanhedrin, als Hij getuigde van een zien van Hem op de wolken des hemels. Profetisch was ook Zijn woord tot de weenende vrouwen, als Hij Jeruzalem's zware val voorspelde. Maar bovenal werd Zijn priesterambt merkbaar in de jubelkreet : „Het is volbracht”.
De Middelaar wordt dan openbaar als de Koning van het heelal.; En de koninklijke luister van den Middelaar zal pas volheerlijk openbaar worden, als Hij zal komen op de wolken en alle knie zich voor Hem zal buigen, ook van degenen, die Hem doorstoken hebben.
Nogeens, de ambten van Christus liggen niet gescheiden, maar vereenigd. Hij is de wijze en meelevende Koning. Hij is de machtige en Zijn taak verstaande priester.
Hij is de deelnemende en machtige Leeraar. In het leven der geloovigen wordt de ambtsverrichting van den Middelaar openbaar. Immers Christus oefent Zijn drievoudig ambt, Hem door den Vader opgedragen, uit, opdat Hij 's Vaders raadsplan, dat tot inhoud heeft de zaligheid van Gods kinderen, volvoeren zou.
De Middelaar heet Jezus, Zaligmaker, en dat toont Hij door de werking der ambten in het leven der kinderen Gods. Hij begint als leeraar ons Gods heilige wil te openbaren, waardoor wij kennis krijgen aan onze schuld en onreinheid. Door deze profetische bediening leert de mensch den tollenaar nabidden : „O God, wees mij zondaar genadig”.
Doch daar Christus meer dan één ambt bedient, ontdekt Hij aan den verlegen zondaar den rijkdom van Zijn priesterambt, o.a. gelegen in het feit, dat Hij voor een mensch, die niets tot zijn zaligheid doen kan, de volkomen zaligheid verworven heeft, zoodat de mensch door het geloof in Zijn volbracht offer redding mag vinden. Hij heeft een volmaakt werk tot stand gebracht voor hen, die het ontdekken, dat al hun beste werken met zonden besmet zijn. Steeds meer openbaart Hij het wonder van Zijn Hoogepriesterlijke bediening. Immers Hij leeft om te bidden voor een volk, dat geen gebed, ja geen enkele zucht tot zijn zaligheid kan opzenden. Wat een zegen, als wij gelooven mogen, dat de Heiland achter het wolkenvoorhangsei bezig is het reukaltaar des gebeds te bedienen.
Gelukkig mensch, die gelooven mag voor zichzelven het woord van den Middelaar : „Vader, Ik weet, dat Gij Mij altijd hoort". Doch het Koninklijk ambt van Christus is het hoogst. De beide ambten van Christus moeten dienen, opdat Hij als Koning zal heerschen. Gods verlichtende genade dient om Gods volk steeds meerder eigen armoede te ontdekken. Hoe meer licht wij ontvangen, hoe meer wij bespeuren dat wij van nature onbekwaam zijn tot eenig goed en geneigd tot alle kwaad.
Het is hard, om steeds meer te ontdekken dat wij in onszelven geen macht hebben om Satan weerstand te bieden en de zonde van ons hart te beteugelen. Daarom is de openbaring van Christus' Koninklijk ambt zoo zalig. Immers Hij zal het hart blijven neigen tot de vreeze van Gods Naam. Hij is niet alleen gegeven tot wijsheid en gerechtigheid, maar ook tot heiligmaking en volkomen verlossing. Daarom zal Hij niet rusten voordat Hij Zijn volk, Zijn eigendom zal gebracht hebben in het Paradijs van rust en vrede.
Laat het dan gaan door een leven van voortdurenden strijd, laat het dan gaan door den hangen dood en de ontbinding van ziel en lichaam henen, de Koning zal triumfeeren en in Hem en met Hem al degenen, die tot Zijn onderdanen werden gemaakt. Gelukkig, die door Christus in Zijn ambten gediend mag worden. Hem gaat steeds meer licht over den naam „Jezus", d. i. Zaligmaker, op.

Rotterdam.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 17 december 1936

De Waarheidsvriend | 10 Pagina's

De ambten van den Middelaar

Bekijk de hele uitgave van donderdag 17 december 1936

De Waarheidsvriend | 10 Pagina's