Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

MEDITATIE

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

MEDITATIE

SLANGENZAAD EN VROUWENZAAD

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

Want Herodes zal het Kindeke zoeken, om hetzelve te dooden. Mattheüs 2 vers 13b.

Het is opmerkelijk, dat het scheppingswerk Gods in hoofdzaak bestaat in het maken van scheiding.
Schepping en scheikunde zijn hierdoor nauw aan elkander verwant.
God begint met scheiding te maken tusschen hemel en aarde, licht en duisternis.
Diezelfde scheiding en tegenstelling zien we ook weer bij de herschepping, tusschen licht en duisternis, tusschen Vrouwenzaad en slangenzaad, tusschen Christus en den Antichrist, tusschen Kerk en wereld, leven en dood. En Johannes getuigt er van: Het Licht heeft in de duisternis geschenen en de duisternis, heeft hetzelve niet begrepen.
Terstond na de verschijning van het Licht der wereld, kwam de scheiding duidelijk openbaar, en de strijd tusschen licht en duisternis zal voortduren tot aan de voleinding toe, wanneer het licht de volkomen overwinning zal behaald hebben.
In het licht van den Kerstnacht is de scheiding klaar en duidelijk en de oude Simeon profeteert bij dat Licht:
„Zie, Deze wordt gezet tot een val en opstanding veler in Israël, tot een teeken, dat wedersproken zal worden”.
En onze dichter Vondel zingt er van :
O, Kerstnacht, schooner dan de daegen, Hoe kan Herodes 't licht verdraegen Dat in uw duisternisse blinckt.
Hadden de herders dat licht rechtstreeks uit den hemel gezien, de Wijzen zagen het door middel van een ster, doch beiden worden door hetzelfde licht geleid naar Bethlehem.
De Heere laat Zijn uitverkorenen uit Joden-en heidendom niet onbekend met de plaats, waar hun Zaligmaker geboren is.
Dus wordt des Heeren volk geleid, Door 't licht, dat nu ontstoken is. Tot kennis van de zaligheid, In hunne schuldvergiffenis.
De wereld ziet het niet en de Schriftgeleerden zijn verblind, ofschoon de Schriften van Hem getuigen. En zoo zullen ze komen van Oosten en Westen en zullen aanzitten met Abraham, Izaak en Jakob, maar de kinderen des Koninkrijks zullen buitengeworpen worden, omdat ze in Hem niet geloofd hebben. Moest de Heere Jezus het later niet uitspreken, dat Hij zoo'n groot geloof in Israël niet gevonden had, als onder de heidenen ?
Zie, de Wijzen uit het Oosten! Ze wisten van de profetie niets af; ze zagen slechts een ster, en door het geloof volgden ze die ster en kwamen met hun geschenken te Bethlehem, om den geboren Koning der Joden te aanbidden.
Calvijn zegt: Wanneer echter de Wijzen bij het zien van de ster zóó levendig aangegrepen werden, wee ons dan, wanneer wij koud en traag zijn, om Christus te zoeken, terwijl Hij zich aan ons in Zijn koninklijke majesteit te kennen gegeven heeft.
Toch heeft die ster niet altijd helder geschenen voor de Wijzen; in het bizonder boven Jeruzalem scheen de duisternis het gewonnen te hebben van het licht. Ze begeven zich naar het Koninklijke paleis te Jeruzalem, niet wetende, dat ze in het hol van de vos terecht kwamen.
Zoo weet de Satan ook nu nog menigmaal Gods kinderen te misleiden, dat ze in de handen van de vijandige wereld vallen, zonder dat ze het vermoeden. We kunnen begrijpen, dat Herodes ontroerde en heel Jeruzalem met hem. Want hij kende, evengoed als heel Jeruzalem, de profetie aangaande den komenden Messias en Zijn Koninkrijk, en hij wist wel, dat de vervulling van deze profetie voor hem den ondergang beteekende. Vroeger had hij misschien met de wereld gelachen om al die Joodsche voorzeggingen, maar nu hij die karavaan van Oostersche magiërs voor zich ziet staan, nu slaat hem de schrik om het hart, en hij wordt vervuld met een slaafsche vreeze. Maar de kinderen der duisternis zijn voorzichtiger dan de kinderen des licht en daarom : hij verkleedt zich in een engel des lichts, met voorbedachten rade, om. 't Kindeke straks om te brengen.
En wie Herodes kent met al zijn listen, valschheid en wraakzucht, moet met vreeze en beving uitroepen: de komst van het Koninkrijk Gods is voor goed verijdeld. Het stormsein geheschen : Weest op uw hoede!
Hij doodde bij wijze van tijdverdrijf Hyrcanus, den grootvader van zijn vrouw, daarna vermoordde hij zijn eigen vrouw Mariamme, vervolgens slachtte hij haar beide zonen Alexander en Aristobulus, daarna zijn eigen zoon Antipater. Ook gaf hij bevel, dat de edellieden, die om zijn doodsbed hadden gestaan, allen vermoord zouden worden, opdat er een algemeene rouw zou zijn na zijn overlijden. Van datzelfde sterfbed zocht hij straks het Kindeke te dooden.
Moeten we dan niet uitroepen: Het zal een wonder zijn, als het Kindeke ontsnapt aan de muil van dezen leeuw ?
Dat is al weer het begin van den strijd tusschen de duisternis en het licht, en die worsteling gaat door tot de voleinding der wereld toe. Heeft de Heere Jezus het later niet gezegd: Ik ben niet gekomen om vrede te brengen, maar het zwaard.
Overal waar de Christus zelf verschijnt, of voorgesteld wordt in de prediking, daar komt de scheiding en verdeeldheid openbaar. Waar dat Kindeke in het hart geboren wordt, daar komt de vijandschap van de goddelooze, maar ook van de vrome wereld aan het licht.
Herodes laat de .Qverpriesters en de Schriftgeleerden bij zich komen en ondervraagt hen, waar de Messiaskoning geboren zou worden.
En zie, de vrome wereld stelt zich terstond in dienst van de synagoge des Satans, om hun Schriftkennis te misbruiken tegen Hem, van Wien die Schriften getuigen.
Nu het den pasgeboren Messias geldt, zijn ze spitsvondig nauwkeurig in de uitlegging van de Profetie, maar als Jezus straks openlijk optreedt als Machthebbende, als Vervuiler van Wet en Profeten, dan trachten zij met al hun listen diezelfde Schrift te verdraaien.
De eigengerechtigde Parizeer stemt alles toe, zoolang het algemeene waarheden geldt, maar als de Waarheid zelve hem persoonlijk aanpakt en veroordeelt, dan komt de drieste vijandschap voor den dag en dan is hij in zijn listen en wreedheden nog erger dan de goddelooze. Zoolang het vrome vleesch gestreeld wordt, eerbiedigen zij het Woord Gods, maar als Christus hun witgepleisterde graven opent en hen ontdekt aan die grijpende wolven van eerzucht, hebzucht, hoogmoed, valsche grond van vertrouwen, huichelarij en bedriegerij, dan barst de vulkaan los.
Zoo komt het openbaar, dat de duisternis geen gemeenschap kan hebben met het licht. Daarom kunnen we het goed begrijpen, dat noch Herodes, noch de Overpriesters en Schriftgeleerden, met de Wijzen meegaan naar Bethlehem, om den geboren Koning der Joden te aanbidden.
Herodes zoekt Hem als Kindeke en de Overpriesters en Schriftgeleerden vinden Hem straks als Man, om Hem te dooden.
De Schriftgeleerden hebben hun dienst gedaan en nu zal Herodes het verder alleen wel uitzoeken met die Wijzen, die gekomen zijn om te aanbidden. Hij roept ze „heimelijk" bij zich en vraagt naar den tijd, waarop ze de ster waargenomen hebben, en dan laat hij ze gaan, om een onderzoek in te stellen naar de plaats, waar de geboren Koning zich bevindt, maar opdat ze hem gelooven zullen, begint hij nog vroom te worden ook : Als gij zult gevonden hebben, boodschapt het mij, opdat ik ook kome en datzelve aanbidde.
Och, de wereld is sindsdien nog niet veranderd en daarom, kind des Heeren, weest op uw hoede, als ge met de wereld in aanraking komt, bedenkt, dat ge met Herodes te maken hebt.
Weest ook voorzichtig met de Schriftgeleerden, die u wel kunnen vertellen, waar de Christus als uw Borg en Zaligmaker geboren moet worden, maar zelf niet met u meegaan, die den weg weten, maar dezelve niet bewandelen. Weest vertrouwd, maar vertrouwt niemand dan God alleen, Die u door den Heiligen Geest der Waarheid getuigenis geven zal.
Het waren terecht Wijzen, want ze beloofden niets aan Herodes, maar ze gingen heen, geleid door de ster, die hen voorging naar Bethlehem.
Ja, Herodes, ge hebt te veel vertrouwen in die Wijzen gesteld, anders hadt ge wel iemand van het hof met hen meegezonden om u te laten overtuigen van de plaats, waar de Messiaskoning geboren was. Met al uw listen wordt ge nog misleid, want de Heere staat voor Zijn eigen werk in. Hij, Die de harten doorzoekt, Wiens oogen doorloopen de gansche aarde, Hij maakt de Zijnen bekend met de listige omleidingen van den vorst der duisternis, en Hij zal er voor zorgen, dat Zijn Koninkrijk komt en het rijk der duisternis verbroken wordt.
Door goddelijke openbaring wordt aan de Wijzen een andere terugweg gewezen en aan Jozef de redding van het Kindeke.
Zoo verijdelt de Heere alle beraadslagingen tegen Zijn heilig-Kind Jezus en tegen al de Zijnen:
Nooddruftigen zal Hij verschoonen; Aan armen, uit gena. Zijn hulpe ter verlossing toonen; Hij slaat hun zielen ga. Als hen geweld en list bestrijden. Al gaat het nog zoo hoog; Hun bloed, hun tranen en hun lijden Zijn dierbaar in Zijn oog.
Nauwelijks het levenslicht op deze aarde aanschouwd, of Hij moet al vluchten dwars door woestijnen en over bergen naar het verre Egypte.
Hoe moeilijk is het al niet, om een gewoon kind door alle bezwaren en tegenheden heen te helpen, waaraan het onvermijdelijk bloot staat, zelfs bij goede oppassing en nauwlettende zorgen — en bedenkt dan eens, waaraan dat Goddelijke Kind was blootgesteld, waar Hij tegen alle wetten der hygiëne Zijn eerste levensdagen hier op aarde doorbracht in een beestenstal, onvoldoende beschermd tegen de koude van den Oosterschen nacht, en daarna vele dagen voortrijdend onder een gloeiende tropische zon, en daarbij de vrees, door den moordenaar achterhaald te worden.
„Doodt Hem!" zoo klonk straks het bevel van Bethlehem tot Caïro toe. Als Hij ergens in de straten van Bethlehem gevonden wordt, slaat Hem dood tegen de steenen. Wordt Hij gevonden in de woestijn of op de bergen: werpt Hem te pletter op de rotsen ! Weg met Hem !
Maar het Kindeke kwam behouden terug, en ging van de eerste kindschheid tot de jeugd over, en van de jeugd tot den mannelijken leeftijd, en van de timmermanswinkel tot het Messiasschap, en van het Messiasschap tot de Troonsbestijging, en ontving een Naam boven alle naam, opdat alle tong zou belijden, dat Jezus is de Christus, de Zoon des levenden Gods.
Want eeuwig bloeit de gloriekroon Op 't hoofd van Davids grooten Zoon.
O, Wijze mannen uit het Oosten, uw nagedachtenis zal door de Kerk van alle eeuwen bewaard blijven!
Welk een wijsheid, dat ge den koninklijken schurk te Jeruzalem niet zijt gaan boodschappen, waar het Kindeke was, want de bloedhonden zouden het Lam weldra in stukken gescheurd hebben.
Welk een wijsheid, dat ge niet alleen wierook en mirre, maar ook goud aan den voet van de kribbe hebt neergelegd, want hoe zouden anders Uw reis-en verblijfkosten en die van Jozef en Maria betaald worden op die lange en gevaarlijke vlucht naar Egypte en terug ?
Het is niet voldoende, dat wij de wierook en de mirre van onze gebeden en dankzeggingen aan de voeten van den Heere Jezus brengen, maar Hij vraagt ook ons goud, waardoor het mogelijk gemaakt wordt, dat het Evangelie verkondigd en uitgebreid wordt onder alle creaturen.
Zalige mislukking!
Straks leidt de Geest Hem andermaal in de woestijn, om van den Satan verzocht te worden, doch: Zalige mislukking!
Gethsémané : Zalige mislukking !
Golgotha : Zalige mislukking !
De Satan heeft ook ulieden zeer begeerd te ziften gelijk de tarwe, maar Ik heb voor u gebeden, dat uw geloof niet ophoude.
Wïj steken 't hoofd omhoog en zullen d' eerkroon dragen. Door U, door U alleen, om 't eeuwig welbehagen.
Ouddorp (Z.-H.)

J. HOVIUS.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 7 januari 1937

De Waarheidsvriend | 18 Pagina's

MEDITATIE

Bekijk de hele uitgave van donderdag 7 januari 1937

De Waarheidsvriend | 18 Pagina's