VRAGEN BUS

Vraag : Hoe komen we aan de woorden Gemeente en Kerk, en welk woord moeten wij gebruiken?
Antwoord : In onzen Bijbel komt in het oorspronkelijke voor het woord „bijeengeroepen vergadering" (ecclesia, eglise, Kerk). De Statenvertalers gebruiken daarvoor het woord Gemeente: de Gemeente te Jeruzalem, de Gemeente te Colosse, enz. enz. Het woord Kerk komt in de Statenvertaling niet voor; er staat nooit: de Kerk van Corinthe, de Kerk van Laodicea, enz. enz. De Staten-vertalers gebruiken liever het woord Gemeente, omdat in dat woord meer wordt uitgedrukt, dat we te doen hebben met de gemeenschap der geloovigen. Daarom zal een dominee in z'n preek ook nooit zeggen : Kerk van , maar hij zal wel telkens zeggen : Gemeente!
In de Staten-vertaling komt het woord Kerk maar een enkele maal voor en dan in een zeer bijzondere beteekenis en in een samengesteld woord, b.v. „Kerkbewaarster" (zie Hand. 19 vs. 35 en 37), waar in de geschiedenls van Demetrius, de zilversmid te Efeze, gesproken wordt van Efeze, de „Kerkbewaarster" en ook van „Kerkroovers”).
Wij gebruiken tegenwoordig het woord Gemeen te en Kerk door elkaar; we spreken van de Gemeente te Amsterdam en van de Kerk te Amsterdam, enz. Maar bij Kerk denken we dan aan het instituut der geloovigen, onder leiding van de ambten, aan de plaatselijk geïnstitueerde Kerk — dus met haar kerkelijke organisatie — terwijl we bij het woord Gemeente denken aan de vergadering der geloovigen, zooals wij die ons saamvergaderd denken, de dus bijeenhoorende verzameling van geloovigen, zooals we die b.v. bij de prediking aantreffen.
In onze Hervormde Kerk wordt gesproken van de plaatselijke Gemeente van Utrecht, Ermelo, Leeuwarden, enz., terwijl dan al de plaatselijke Gemeenten, saam genomen, de Nederlandsch Hervormde Kerk vormen. De Nederduitsch Hervormde Gemeente te Rotterdam, met het plaatselijk verband, de Nederlandsch Hervormde Kerk van geheel ons land; en dus met het nationale verband.
Het woord Kerk staat in verband met Kurios, wat de naam van den Heere Jezus is „onze Heere". Het woord Kerk beteekent dan: het huis des Heeren Jezus Christus, waar Hij het Hoofd van is. Dus weer de gedachte van georganiseerd en geïnstitueerd met de ambten van leeraar, ouderling en diaken, met Christus als het Hoofd der Kerk. De Kerk, die georganiseerd naar buiten optreedt, en maar niet alleen een vergadering van geloovigen is, zonder organisatie.
 

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen