Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Rondblik buiten de Grenzen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Rondblik buiten de Grenzen

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het is Mussolini waarschijnlijk toch een beetje al te gortig geworden met die Middellandsche Zee-controle. Of hij er aanvankelijk op gerekend heeft dat Engeland en Frankrijk op 't laatste oogenblik wel voor zijn dreigement om niet aan de controle-werkzaamheden deel te nemen, opzij zouden gaan ? We weten het niet. In ieder geval : toen beide landen rustig hun gang gingen en saampjes de oude wereldzee met een complete oorlogsvloot vol stopten, is Mussolini toch maar bijgedraaid. Toen de Britsche en Fransche vertegenwoordigers te Rome met een eerlijk gezicht verklaard hadden dat het niet in de bedoeling van Parijs en Londen heeft gelegen om Italië's positie als groote Middellandsche Zee-mogendheid te miskennen, heeft de Duce medegedeeld, dat Italië dan toch maar aan de patrouille-diensten deel zal nemen : tenminste aan de besprekingen, welke hierover nu plaats vinden. Waarschijnlijk zullen Londen en Parijs nu wel zoo vriendelijk zijn om Rome een wat ruimer deel toe te wijzen.
de feiten wordt daardoor niet veel veranderd. Het gaat bij de houding, welke de verschillende mogendheden tegenover de Spaansche kwestie e.a. aannemen, echter zelden om de feiten alleen. Het gaat, gelijk, we reeds eerder uiteen hebben gezet, om den achtergrond der feiten, en om de machtsverhoudingen, welke zich daarop afteekenen. Het behoeft niet betwijfeld te worden dat Mussolini zich min of meer gepiqueerd gevoelde dat Londen en Parijs zich zoo zelfstandig ten opzichte van „zijn" Middellandsche Zee gedroegen. De duce zou zich echter over deze teleurstelling wel hebben weten heen te werken, als het hem raadzaam had geleken om Engeland en Frankrijk te trotseeren. In dat geval was het zelfs een geslaagde demonstratie geweest van Mussolini's zelfgenoegzaamheid, die zich de wet niet laat voorschrijven. En hij had dan bij voorbaat op applaus van Berlijn kunnen rekenen.
Het kon echter wel eens zijn dat Mussolini, juist in verband met zijn bezoek aan Duitschland, op het laatste oogenblik besloot om de uitnoodiging van Frankrijk en Engeland tot deelname aan de controle te aanvaarden. Duitschland mocht eens denken dat Italië geen andere vriendjes in de wereld heeft dan het Derde Rijk. Een goed zakenman, of hij nu in sajet of in politiek handelt, voelt zich altijd sterk wanneer hij kan zeggen : „als ge me overvraagt, kan ik ook elders nog terecht".
En het gevolg is nu, dat Italië, net als alle groote Middellandsche Zee-mogendheden, te Parijs zal gaan confereeren met Engeland en Frankrijk, zonder dat het Duitsche boezemvriendje mee mag spelen.
't Is niet mooi van Mussolini.
Men leide uit het bovenstaande s.v.p. niet af, dat Duitschland van eenige ontstemming ten opzichte van Italië heeft blijk gegeven.
De Duce is door autoriteiten en bevolking van het Derde Rijk op grandioze wijze ingehaald. Het is trouwens de vraag, of de Duitsche bevolking wel iets over de symptomen van toenadering tusschen Rome en Parijs—Londen aan de weet zijn gekomen. De lezers der Duitsche couranten hebben zooveel hoerah-artikelen over de komst van den Duce te slikken gekregen, dat het gewoon niet meer bij hen opkwam dat Italië er ook nog andere vriendjes op na zou kunnen houden. Wie de laatste dagen een der Duitsche radiozenders beluisterd heeft, kreeg zoo'n beetje een indruk van de grootsche wijze waarop Mussolini is ontvangen. De omroepers kwamen woorden tekort om den „bouwer van het nieuwe Italië" naar waarde te beschrijven. De Führer en de Duce werden in één adem genoemd, en door de honderdduizenden toeschouwers gelijkelijk bejubeld.
Eerst is München bezocht, de bakermat van het nationaal-socialisme, toen Berlijn, de hoofdstad van het Derde Rijk, en voorts Essen, waar „de Staats-smitse" ijverig wapens smeedt. Er zit waarlijk genoeg symboliek in deze combinatie.
Zooals te doen gebruikelijk is, hebben Hitler en Mussolini over en weer woorden van lof gesproken aan het adres van Italië en Duitschland, alsmede natuurlijk aan 't adres van de beide staatshoofden. Hitler maakte niet de veelzeggende vergissing der Duitsche bladen. Tijdens het gala-diner heeft hij zich herinnerd dat Mussolini officieel niet het Italiaansche staatshoofd is en daarom ook en allereerst een dronk ingesteld op Mussolini's „hoogen souverein". Die „hooge souverein" zal bij de verdere besprekingen tusschen Hitler en Mussolini overigens wel geen groote rol gespeeld hebben.
Gememoreerd worde nog, dat Hitler eerekorporaal van de fascistische militie geworden is en dat Mussolini den Duitschen Adelaar mee naar huis kreeg.
Wat beiden in 't openbaar zullen zeggen, is ons op dit oogenblik nog niet bekend. En aan de veelvuldige geruchten, in dit verband verspreid, zullen we nog maar geen aandacht schenken.
Uit den Chineesch-Japanschen oorlog valt met name te vermelden, dat de geweldige luchtaanvallen op Kanton en Nanking in de geheele wereld sterk de aandacht trekken en protesten hebben gaande gemaakt. Bij deze luchtaanvallen werden geweldige vrachten bommen geworpen op de dichtbevolkte wijken dezer steden, waarbij natuurlijk het aantal dooden onder de non-combattanten zeer groot is. Er worden bij deze bombardementen ook wel militaire doeleinden getroffen, maar het meerendeel schijnt toch veeleer het doel te hebben om de Chineesche bevolking te demoraliseeren. Vooral in Amerika en ook in Engeland wekt dit helftigen afkeer. Ook Rusland heeft te Tokio scherp geprotesteerd.
Duidelijk is, dat de Japanneezen zooveel mogelijk haast maken en daardoor elk middel te baat nemen, teneinde zoo ver mogelijk gevorderd te zijn, vóórdat bijv. het Russische gevaar voor hen accuut wordt. Dat Japan sterker is, is duidelijk. Aan het Noord-front en te Shanghai dringen zij de Chineezen terug. Ook in de lucht zijn zij veel sterker, en een succesje der Chineezen in Sjansi vindt slechts zeer matige bevestiging.
 

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 30 september 1937

De Waarheidsvriend | 10 Pagina's

Rondblik buiten de Grenzen

Bekijk de hele uitgave van donderdag 30 september 1937

De Waarheidsvriend | 10 Pagina's