Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

RONDOM DE LEESTAFEL

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

RONDOM DE LEESTAFEL

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

ONDER EIGEN VAANDEL, drie-maandelijksch theologisch tijdschrift, onder redactie van prof. dr. Th. L. Haitjema en ds. A. B. te Winkel. Uitgave : H Veenman & Zonen, Wageningen.
Elke aflevering begint met een „Stichtelijke overdenking" of „Schriftbeschouwing". Zoo ook deze. En het is nu ds. H. Schroten, van Suawoude (Fr.), die schrijft over „De Enge Poort" en een verhandeling geeft over Mare. 10 vs. 26, 27: En zij. werden nog méér verslagen, zeggende tot elkander : Wie kan dan zalig worden ? Doch Jezus hen aanziende, zeide : Bij de menschen is het onmogelijk, maar niet bij God ; want alle dingen zijn mogelijk bij God". Want een bezitter kan zalig worden, is het thema. En de ingang in Gods Koninkrijk wordt bezien in het licht van : 1. Zelfkennis, en 2. Godskennis. Het is een knap stuk van den jongen dominé van Suawoude. „De mensch zegt: die poort is te nauw : het oog van een naald !'" God zegt: die poort is ook geen ingang voor rijke menschen, veel minder dan een naald-oog is een doorgang voor kameelen". En Christus zegt: zalig zijt gij, armen ! want uwer is het Koninkrijk Gods !" Dat is Gods mogelijkheid : diezelfde poort — maar het is een ander mensch, die daardoor binnenkomt. —
Ds. ten Boom, de Joden-dominé, geeft een studie-artikel over ; „Het woord genade in het Oude Testament." Een interessant artikel, handelend in hoofdzaak over de twee woorden genade in het O. T. : chesed en cheen ; (het werkwoord „chanan", in „Jochanan = Johannes, dat beteekent: onverwacht zich naar iemand overbuigen". Het hangt ook samen met het Arabische woord „channa"' enz.). Ps. 84 : „Hij zal genade (cheen) en eere geven". Het woord „chèsed" wordt ook dikwijls door „goedertierenheid" vertaald. Dat woord is daarom van zoo groot belang, omdat het de grondslag is van het N. Testamentische gebruik van het woord „genade", zooals het b.v. bij Paulus voorkomt. Ook het woord „charisma" moet in dezen Hebreeuwschen zin verstaan worden. Het is een goddelijk „bevorderingsmiddel"", waarmede Christus Zijn gemeente bemoedigt op haar dikwijls moeilijken pelgrimstocht. . De dankbaarheidskreet van de dagen der ballingschap is het ééne refrein, in Ps. 136 in 26 variaties herhaald, luidende : Looft den Heere, want Hij is goed, want Zijn chesed („goedertierenheid") is in der eeuwigheid"'. Ook in het rijk der natuur was Gods „chesed" wijd en zijd verbreid. „Ja, de aarde is vol van de goedertierenheid (chesed) Gods" (Ps. 33:5). De „chesed" Gods draagt alles, dwars door de oordeelen heen ; „roemen tegen het oordeel", Jac. 2 : 13. Hij zal hen, die vergaan onder Zijn toorn, in den morgenstond met Zijn goedertierenheid (chesed) verzadigen! (Ps. 90:14).
Ds. G. C. van Niftrik van Vollenhove geeft een artikel over „Akt oder Sein". Het begint, : „Er schuilt een ontroerende tragiek in de theologische ontwikkeling van de groote mannen der dialectische theologie, te weten: Barth—Brunner —Gogarten. Na één in geest en bedoelen te - zijn begonnen, zijn deze drie thans „geschiedene Leute". Elk hunner gaat in een andere richting. Eens stonden deze drie naast elkaar, schouder aan schouder, in den zwaren strijd, dien zij als kleine groep tegen twee fronten te voeren hadden. Het ging er hun om de theologie des Woords in reformatorischen zin weer in eere te brengen tegenover het theologische liberalisme, het cultuurprotestantisme, dat de harmonie tusschen geloof en weten, rede en openbaring, wereld en kerk, cultuur en christendom tot stand wilde brengen. In het bijzonder Gogarten heeft als een leeuw tegen Troeltsch gestreden. Het moest weer duidelijk worden, dat er geen sprake kan zijn van immanentie van het goddelijke in den menschelijken geest — dat het geloof iets anders is als inspanning van het denken of beroering van het gevoel. Boven alles : het Woord Gods moest zijn rechtmatige positie in de theologie herkrijgen. Dat was het ééne front". „Dat de Heilige Schrift zeer zeker het Woord Gods is, maar daarom nog niet als zoodanig direct door vrome menschen gegrepen en in bezit genomen kan worden ; dat geloof. Kerk en Woord Gods niet van deze wereld zijn, ook niet van de vrome wereld, en ook niet worden !" „Tegenover links en rechts moest worden geponeerd, dat de vrome en onvrome altijd voor God staat met leege handen ; dat de mensch van genade alléén leeft". „De dialectische theologie, gerepresenteerd door Barth, Brunner en Gogarten, beteekende een nieuwe prediking van het oude : solus Christus, sola fide, sola gratia, sola, souptura". „Nu is de éénheid verbroken. Barth is geworden de groote Einaedler, zooals Kohlbrugge inrnier geweest is." „Bnmner's boekje : „Natur und Gnade", in 1934 verschenen, heeft de controvers met Barth voor aller oog geopenbaard". „Ook de breuk met Gogarten is volkomen. Gogarten ging over tot de Duitsche christenen. Deze stap heeft de opheffing van „Zwischen den Zeiten" tengevolge gehad". Gogarten zag bij Barth het gevaar van „een tijdlooze, zich zelf genoegzame theologie" dreigen. Het ontbreken van een anthropologie was het eigenlijke gemis bij Barth. Uitvoerig is Barth in zijn Kirchliche Dogmatik op het probleem der gelukkig of ongelukkig ontbrekende anthropologie ingegaan. In 1932 verscheen ongeveer gelijktijdig met Earth's 'Dogm'atik de Politische Ethik van Gogarten. — En nu staat de titel van het artikel van ds. van Niftrik (zie blz. 36 en 37) in verband met het openbaringsbegrip: geopenbaardheid — öf het spreken Gods „bevrijd" uit de omklemming van het „gegevene". Een actualistisch openbaringsbegrip, waarin de Goddelijke openbaring zich wel door het „gegevene" heen kan manifesteeren, maar toch ook jeniseits van het gegevene blijft als een stem, als de werkelijkheid Gods. De keuze is dus : een actueele, contingente openbaring öf een vastliggende, omiklemde openbaring. Loopen wij — aldus ds. van Niftrik — niet allen het gevaar, dat wij „ingeklemd raken tusschen de diverse geopenbaardheden, en tot Gods eigen-lijke openbaring niet meer geraken kunnen ? Het is een kiezen tusschen Akt (Barth) en Sein (Gogarten). „De theologie heeft haar vrijheid verloren. Zij is niet meer stricto sensu openbartingstheologie. Het is de groote verdienste van Barth, dat hij de theologie stelt voor de keuze : Akt Oder Sein ? De controvers met Gogarten stelt deze dingen nog weer eens in een helder licht", (blz. 37).
Verontrustend is — zegt ds. van Niftrik — als we zien hoeveel er in ons goede land uit het Sein, uit het wedergeboren zijn en uit het geopenbaard zijn wordt afgeleid buiten de actueele, contingente openbaring Gods om (Akt). Hebben Bilderdijk en Kohlbrugge tevergeefs geleefd ? „Steeds weer gaat het om de keuze : Akt Oder Sein ? theologia erucis of theologia gloriae (blz. 40).
Ds. W. A. Dekker van Scharnegoutum geeft een uitgewerkt artikel over :  Bisschoppen van Debrecen" (Hongaarsche Kerk). Dit artikel hebben we nog niet gelezen.
In de Kroniek schrijft ds. A. B. te Winkel over: Collecten, een vergeten artikel, en : wat dan? (dit laatste handelt over de Reorganisatie, maar is geschreven vóór de beslissing van de Synode).
Onder Eigen Vaandel is een tijdschrift dat er mag zijn. Voor jonge predikanten zeer aanbevolen, omdat het tot zelfstudie prikkelen kan en het ons telkens stelt voor „de dingen van den dag".
De Uitgever zorgt voor uitnemend werk.

GEREF. THEOLOGISCH TIJDSCHRIFT.
Het Januari-nummer van het Gereformeerd Theol. Tijdschrift (adm.-adres „De Graafschap", Aalten) wordt geopend met een artikel van dr. J. Thijs, van Zwolle, getiteld': De Logos. Prof. Grosheide geeft een bespreking van het omvangrijke werk van den Weenschen hoogleeraar Josef Bohatec over Calvijns leer inzake staat en kerk. Dr. Sietsma bespreekt in zijn kroniek weer verschillende actueele zaken.

IN WEER EN WIND, uitgave van W. L. & J. Brusse te Rotterdam.
De Januari-aflevering van In Weer en Wind is zeer aantrekkelijk van inhoud en illustratie. R. A. Maas Geesteranus geeft bij fraaie foto's op groote schaal bijzonderheden over insecten van het zandgebied ten Zuiden van de Zuiderzee.
A. J. de Boer zorgde voor een alleraardigst artikel over Deventer met tal van leuke afbeeldingen (foto's en teekeningen) en Tinbergen leert ons, door foto's en een uitvoerige beschrijving, nog toegelicht met penteekeningen, de techniek verstaan van het katjak-duikelen. Van W. J. Dingeldeln is er het begin van een artikel over het „Losse Hoes" (Groot Bavel). Ook bij dit artikel weer zijn de afbeeldingen fraai evenals die bij een praatje van W. A. v. B. over het fotografeeren van winterlandschappen.
 

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 27 januari 1938

De Waarheidsvriend | 10 Pagina's

RONDOM DE LEESTAFEL

Bekijk de hele uitgave van donderdag 27 januari 1938

De Waarheidsvriend | 10 Pagina's