Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Heidelbergsche Catechismus

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Heidelbergsche Catechismus

naar de verklaring van ZACHARIAS URSINUS (22)

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

God is dus geen oorzaak van de zonde. Het kwaad ontstaat niet uit God ; maar uit den duivel en de vrije keuze des menschen, bedorven door de leugen des duivels. En dit kwaad is van de eerste ouders overgegaan op de geheele nakomelingschap. En zoo ontstaat de zonde niet van elders, maar uit onsze.ven, door het ingeven des duivels en ons verdorven oordeel en onzen verdorven wil.
De kwade wortel toch, het eerste bederf, brengt ook een kwade vrucht voort, met zijn aard overeenstemmende. Tevergeefs zou satan werken, indien wij ons niet door onzen bedorven aard overgaven, doende den wil des vleesches.
Deze zonde heet erfzonde, omdat wij ze overerven van onze voorouders. Uit moeders schoot brengen wij deze zonde met onze natuur in dit leven mee. „Zie, ik ben in ongerechtigheid geboren en in zonde heeft mij mijne moeder ontvangen". Psalm 51 vers 7. Christus Zelf zegt dan ook : „Gij zijt uit den vader den duivel, en wilt de begeerten uws vaders doen ; die was een menschenmoorder van den beginne, en is in de waarheid niet staande gebleven : want geene waarheid is in hem. Wanneer hij de leugen spreekt, zoo spreekt hij uit zijn eigen : want hij is een leugenaar, en de vader derzelver leugen". Joh. 8 vers 44:
Nu moet men niet tegenwerpen : de duivel is door God geschapen en dus is de zonde uit God. Want God heeft wel goede engelen geschapen, maar geen duivel. Alles was in den beginne zéér goed. Maar door vrijwillige en moedwillige afval is deze goede engel satan geworden, dat is tegenstander van God, z'n eigen beginsel verlatend. Er staat immers : dat hij in de waarheid niet staande is gebleven. Vóór den val stond hij dus in de waarheid.
Ook moet men niet tegenwerpen: God heeft Adam geschapen, dus ook Adams zonde. Want God is wel de Schepper van het goede, maar het kwade is er bij gekomen : is niet in de natuur van den mensch gegrond, maar een verwording, een bederf van de natuur, die goed door God geschapen was. De mensch heeft de rechtschapenheid van God ontvangen en daarna zelf deze verworpen en zich zelf bedorven. Dat komt niet voor Gods rekening, maar voor rekening van den mensch.
Men zegt dan wel eens : maar de wil en de macht, die Adam bezat, waren van God, en dus dan is de zonde met dien wil gedaan, óok van God. Maar de stelling is dan weer niet zuiver. Immers, niet de wil van Adam, voorzoover hij van God was, maar voorzoover hij vrijwillig henen neigde naar het woord des duivels, was de oorzaak van de zonde. God verbood het kwade en heeft niet den kwaden wil geschapen. Toen God de wet gaf aan den mensch, door Hem goed geschapen, verbood Hij de zonde. Adam heeft zelf den wil en het vermogen, die hij goed van God ontvangen had, door ze, tegen de waarschuwing Gods in, verkeerd te gebruiken, slecht gemaakt. Een verkwistend zoon heeft geld van zijn vader ontvangen niet om het weelderig door te brengen, maar om het goed te gebruiken. Indien hij dat geld nu doorbrengt en verliest, wordt hij ongelukkig door eigen schuld, niet door de schuld des vaders. De dief en de moordenaar, die het verstand en de krachten van God ontvangen, misbruikt tot het kwade, kan God de schuld niet geven van zijn misdaad !
Een laatste tegenwerping is dan dikwijls nog : God heeft den mensch zóó geschapen, dat hij vallen kon ; in de rechtheid der natuur heeft Hij. hem niet bevestigd. Derhalve wilde God, dat de mensch viel of zondigde. Maar hier komt de Schrift zeer beslist tegen op, en zegt : „Maar toch, o mensch, wie zijt gij, die tegen 'God antwoordt ? " (Rom. 9 vs. 20). En : „wee dien, die met zijn Formeerder twist !" (Jesaja 45 vers 2).
God heeft den mensch goed geschapen, maar met de mogelijkheid tot vallen. Niet dus zonder dat de mensch zelf vrijwillig betoonen zou God te willen gehoorzamen. Want wat ware de waarde van die liefde geweest, indien de mensch gedwongen ware geworden in zijn liefde ? Adam is niet een God, maar mensch, en God wilde, hem goeddoende, dat de mensch Hem vrijwillig zou liefhebben en gehoorzamen in dankbaarheid. God stelde door een wet vast, wat Hij goed vond en wat Hij van den mensch wilde. (Gen. 2 vs. 17). Niet van elders, maar van God, zou de mensch de wet ontvangen, die ten leven was.
En God, die den val des menschen te voren geweten heeft, heeft Adam niet gedwongen tot den val, maar juist hem gewaarschuwd, hem alles gevend wat tot zijn geluk noodig was. Adam is niet gestraft, omdat God te voren den val wist, maar omdat Adam vrijwillig en moedwillig gezondigd heeft en gevallen is. Zoo spreekt Ambrosius b.v. ook inzake den doodslag van Kaïn : „Al wist God van te voren hoeverre de verwoedheid en de dwaasheid zou gaan, toch werd de misdaad van zijn wil niet noodwendig hierdoor gedwongen". En Augustinus zegt: „God is geen bewerker van het kwaad, maar Hij is een rechtvaardig wreker".
Welke zijn de gevolgen van de zonde ?
De gevolgen van de zonde zijn tijdelijke en eeuwige straffen ; en omdat God zonden met zonden straft, zijn ook de zonden, die volgen, vruchten van de zonden, die vooraf gingen om. 1 VS. 24 ; 2 Thess. 2 vs. 11 ; Matth. 13 VS. 12. Het gevolg van den eersten val in het paradijs was de schuld van de geheele menschelijke natuur en de verdorvenheid of de smet der zonde, of het verlies van het beeld Gods. En het gevolg van de erfzonde zijn alle dadelijke zonden. Rom. 7 vs. 17.
Het gevolg van de dadelijke zonden, die vooraf gingen, zijn de dadelijke zonden, die daarna komen, daar, naar Gods rechtvaardig oordeel, de menschen van de eene zonde in de andere vallen. Rom. 1.
Ook hebben dikwijls de zonden van den een de zonden van den ander ten gevolge ; de een wordt door den ander slechter gemaakt. „Kwade samensprekingen bederven goede zeden". 1 Cor. 15 VS. 33.
Op de zonde volgt eeniglijk een boos geweten en vrees voor het goddelijk oordeel. Rom. 2 VS. 15 ; Jesaja 57 vs. 21.
Alle rampen dezes levens en ook de lichamelijke dood zelf, zijn vruchten der zonde, omdat zij wegens de zonde aan het menschelijk geslacht worden toegediend, naar het woord, dat uit des Heeren mond is uitgegaan: „ten dage als gij daarvan eet, zult gij den dood sterven". Gen. 2 vs. 17. De eeuwige dood is het laatste en het grootste gevolg van de zonde bij allen, die door Christus' verdienste daarvan niet zijn bevrijd. Deut. 27 vs. 26 ; Daniël 12 vs. 2 ; Matth. 25 vs. 41.
Alle zonden, hoedanig zij ook zijn, verdienen naar haar aard den eeuwigen dood, hetwelk blijkt uit vele plaatsen der Heilige Schrift. Deut. 27 vs. 26 ; Jac. 2 vs. 10 ; Matth. 5 VS. 26.
En toch zijn de zonden niet gelijk, maar worden ze ook in Gods oordeel naar graden onderscheiden ; gelijk wel blijkt uit Matth. 12 VS. 31 : „Daarom zeg Ik u : Alle zonden en lastering zal den mensch vergeven worden ; maar de lastering tegen den Geest zal den menschen niet vergeven worden". Joh. 19 vs. 11 : „Daarom, die Mij aan u heeft overgeleverd, heeft grooter zonde".
Aldus zullen er ook graden zijn in de helsche straffen, al zullen ook alle straffen eeuwig van duur zijn. Matth. 11 vs. 22 : „Doch Ik zeg u, dat het Tyrus en Sidon verdragelijker zal zijn in den dag des oordeels dan u". Luc. 12 VS. 47 : „En de dienstknecht, welke geweten heeft den wil zijns heeren en zich niet heeft bereid, noch naar zijn wil gedaan heeft, die zal met vele slagen geslagen wor­den".
(Wordt voortgezet.)

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 11 mei 1939

De Waarheidsvriend | 10 Pagina's

De Heidelbergsche Catechismus

Bekijk de hele uitgave van donderdag 11 mei 1939

De Waarheidsvriend | 10 Pagina's