Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Raad Gods.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Raad Gods.

Het Semi Pelagianisme.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het Semi Pelagianisme.
We hebben in een vorig artikel reeds opgemerkt, dat de eeuwen na Augustinus een geweldig verzet hebben zien openbaren tegen diens leer van de onmacht van den mensch en de praedestinatie van een souverein God.
In het klooster te Hadrametum in Noord- Afrika, verklaarden de monniken, dat ze de leer van de praedestinatie gevaarlijk achtten. De zedelijkheid kwam er door in gevaar, volgens hunne meening. Aan den goeden wil des menschen, om nog weer zalig te worden, moest toch een groote verdienste worden toegekend. Een mensch kon volgens hunne opvatting alleen dan zalig worden, als God en mensch met elkander samenwerkten.
Bij het verzet van het klooster te Hadrametum bleef het niet. De beide meeningen zijn vooral in Zuid-Frankrijk scherp tegenover elkander komen te staan. In het klooster te Massilia heeft Johannes Cassianus, de abt van dat klooster, zijn scherpe pijlen gericht op de leer van Augustinus. De leer vaii Augustinus vond hij veel te hard, maar het standpunt van Pelagius was hem weer veel te slap en te oppervlakkig. Hij koos den middelweg. Vandaar ook de naam van Semi-Pelagianisme. Semi beteekent half, gelijk we in een vorig artikel reeds mededeelden. Zijn standpunt komt dus hierop neer, dat er in den mensch nog heel wat deugden en gerechtigheden zijn overgebleven, die met behulp van de genade Gods weer tot volle openbaring kunnen komen.
Het Semi-Pelagianisme wil er niet van weten, dat de wil van den mensch gansch en al verdorven is, gelijk Augustinus op grond van de Schrift had geleerd en in eigen leven had ervaren. Het erkende wel, dat die wil niet meer zoo zuiver was, als Pelagius had geleerd, maar het veronderstelde, dat de wil van den mensch alleen wat verzwakt was.
De mensch bezat nog wel het vermogen om het goede te willen, maar om dat goede te volbrengen, had hij den bijstand van Gods genade noodig.
Ziehier de poging van Johannes Cassianus om van het probleem van praedestinatie en wilsvrijheid een oplossing te geven. Men wil wel van praedestinatie blijven spreken, maar eigenlijk is praedestinatie niets anders geworden dan voorwetenschap. Omdat God de Heere te voren weet, hoe elk mensch handelen zal, weet Hij ook daardoor voor elk mensch zijn lot te beschikken, zoo leert Cassianus. Maar ge gevoelt onmiddellijk, dat dit heel iets anders is dan wat Augustinus op grond van de Schrift over de praedestinatie heeft geleerd. Het raadsbesluit Gods wordt bij deze opvatting afhankelijk gemaakt van de daden der menschenkinderen.
Als we dan ook vragen naar den stand van zaken in de eerste eeuwen, die op Augustinus volgen, dan kunnen we gerust zeggen, dat verreweg de meesten veel dichter bij Pelagius dan bij Augustinus kwamen te staan. Hoezeer men Augustinus in de Kerk blijft vereeren, zijn hoofdgedachte laat men los.
Men laat het monergisme los en kiest het synergisme. Men maakt er bedenkingen tegen, dat men alleen zou zalig worden door genade ; men wacht het weer van het synergisme, d.w.z. van de samenwerking tusschen God en mensch.
Toch moet men niet denken, dat de beschouwing van Augustinus nu geheel van het tooneel verdwenen is. Gedurig geeft God aan Zijn Kerk weer mannen, die zullen pogen om weer het licht op den kandelaar te zetten.

Gottschalk.
Ik denk hier in de eerste plaats aan den bekenden monnik Gottschalk.
Om u van zijn levensgeschiedenis iets te vertellen, acht ik het 't beste om u iets uit de Kerkgeschiedenis te citeeren :
Gottschalk was een jonge geestelijke, een zoon van een Saksischen graaf Berno, die door zijn ouders reeds als kind is geplaatst in het door Bonifacius gestichte en voor de beoefening en ontwikkeling der wetenschap beteekenisvolle klooster van Fulda. Doch Gottschalk gevoelde zich, toen hij zich zelf meer bewust werd, in 't klooster niet thuis. Het ideaal van het monnikenleven kon hem niet bekoren. Zijn hart hunkerde naar het volle leven buiten de enge kloostermuren, terwijl nog een andere, zeer gewichtige factor zijn afkeer verscherpte. In het klooster was hij Augustinus gaan lezen en de bestudeering van diens geschriften opende zijn oogen voor de groote dwaling van het half-Pelagiaansche stelsel, dat ook te Fulda gehuldigd werd. Hij begon in te zien, dat de heerschende beschouwing lijnrecht inging tegen hetgeen de groote denker der oude Christelijke Kerk met zooveel gloed had verdedigd en deze ervaring werkte niet mee, om zijn tegenzin tegen het kloosterleven te overwinnen. Zij verergerden zijne vijandschap. Hij deed alle moeite om zijn gelofte te kunnen verbreken, doch er was geen sprake van, dat zijn poging mislukte. Wel neigden, op de Synode te Mainz, in 829 gehouden, de bisschop Otgar en zijn ambtgenooten er toe, om Gottschalk ter wille te zijn, maar de bekende en gevreesde abt van het Fuldaklooster, Rabanus Maurus, weigerde beslist. Hij wilde niet voor een zijner monniken buigen. De jonge weerstrevende geestelijke mocht zijn zin niet krijgen en Gottschalk was al bijzonder blij, dat hem werd toegestaan om het strenge klooster van Rabanus te verlaten en een schuilplaats te zoeken in het Fransche klooster te Orbais, in de diocese Soisson.
Tot zoover een artikel van een Kerkhistoricus.
In het klooster te Orbais heeft Gottschalk zich verdiept in de geschriften van Augustinus. Ook Gottschalk heeft zich geworpen op de bestudeering van de Heilige Schrift. Ook met zijn ervaringen, met zijn innerlijke zielsworstelingen komt hij ten slotte uit bij het eeuwige souverein welbehagen.
En hij hield zijn meening niet verborgen. Op al zijn reizen, die zich uitstrekten tot in t Noorden van Italië, heeft hij de beginselen ^an Augustinus verbreid en weer den nadruk gelegd op het absolute van de genade Gods. Hij is dientengevolge in 848 op de Synode te Mainz gedaagd. Met grooten moed heeft hij zich op die Synode beroepen op de Heilige schrift, doch Rabanus Maurus, het hoofd van het klooster te Fulda, trad fel tegen hem op.
Gottschalk is op de Synode van Mainz veroordeeld. Aan den wreeden Hinkmar van Rheims is opgedragen om den afvallige te kastijden. Eén . jaar later is het standpunt van Gottschalk en daarmede dat van Augustinus opnieuw veroordeeld. Maar de beslissing op deze Synode van Quiersy was voor Gottschalk verschrikkelijk. Men heeft hem overgegeven aan de wreedste folteringen en daarna heeft hij 20 jaren moeten zuchten in den Kerker.
Op allerlei manieren heeft men gepoogd om eenen „koppigen" monnik van zijn standpunt af te brengen. Doch alles bleek te vergeefs. Al die folteringen, die wreede gevangenisstraf heeft Gottschalk juist alleen geduldig kunnen dragen door zijn onwrikbaar geloof aan den eeuwigen aanbiddelijkèn Raad Gods.
En nu moeten we niet denken, dat het met den dood van Gottschalk gedaan is. Men moge hem een eerlooze begrafenis hebben gegeven, de beginselen, die hij had beleden en omhelsd, werden weer door anderen uitgedragen. Het zou ons te ver voeren. Anders zouden we kunnen spreken over Prudentius van Troyes, Remigius van Lyon en vele anderen, die het standpunt van Augustinus blijven verdedigen. Op de Synode te Valence in het jaar 855, hebben alle aanhangers van Augustinus zich nog weer eens duidelijk uitgesproken. Aldaar zijn de artikelen van Quiersy veroordeeld. Zoo ging men verder de middeleeuwen in, terwijl men op het stuk der praedestinatie fel tegenover elkaar bleef staan.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 juni 1939

De Waarheidsvriend | 10 Pagina's

De Raad Gods.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 juni 1939

De Waarheidsvriend | 10 Pagina's