Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Zware tijden

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Zware tijden

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het werd eeuwen geleden al door den apostel Paulus aan Timotheüs geschreven, dat er in de laatste dagen zware tijden ontstaan zouden. Wat de apostel Paulus heeft voorspeld, komt geheel en al overeen met datgene, wat door Christus is voorzegd.

Het werd eeuwen geleden al door den apostel Paulus aan Timotheüs geschreven, dat er in de laatste dagen zware tijden ontstaan zouden. Wat de apostel Paulus heeft voorspeld, komt geheel en al overeen met datgene, wat door Christus is voorzegd.

In Matth. 24 vers 6 en 7 lezen we, dat de Heere Jezus heeft gezegd : En gij zult hooren van oorlogen en geruchten van oorlogen : ziet toe, wordt niet verschrikt ; want alle die dingen moeten geschieden, maar nog is het einde niet. Want het eene volk zal tegen het andere volk opstaan en het ééne koninkrijk tegen het andere koninkrijk en daar zullen zijn hongersnooden en pestilentiën en aardbevingen in verscheidene plaatsen. Doch alle die dingen zijn maar een begin der smarten. Als we deze woorden van den Heere Jezus en die van den apostel Paulus en vele andere uitspraken der Heilige Schrift beluisteren, zal het wel heel moeilijk wezen om die in overeenstemming te brengen met de zoogenaamde leer van het Chiliasme. Neen, noch Paulus, noch de Heere Jezus hebben de komst van een rijk van duizendjarigen vrede voorspeld. De decenniën, die aan de verwoesting van Jeruzalem in het jaar 70 voorafgingen, spreken ons inderdaad van oorlogen en geruchten van oorlogen en hongersnooden en pestilentiën en aardbevingen. De ondergang van de heilige stad Jeruzalem zelf moest er echter nog op volgen. En dat is een gebeurtenis in de wereldgeschiedenis zonder weerga. Wat is er toen veel geleden. En al, wat er zich heeft afgespeeld tusschen het sterfjaar van Christus en de verwoesting van Jeruzalem, is wel eens het praeludium (voorspel) van het wereldeinde genoemd. Zijn de woorden van Christus reeds in vervulling gegaan met het oog op den ondergang van de Heilige Stad, de volkomen vervulling gaan we nog tegemoet, als straks de eindtijd komt en we zijn gekomen dicht bij het einde van de wereldgeschiedenis. Geen wonder, dat men in tijden van oorlogen en rampen en andere wereldellende zich meer dan ooit heeft afgevraagd of de eindtijd niet reeds veel dichter bij ons is, dan menigeen vermoedt. Ook nu hoort men menigmaal vragen of 't einde aller dingen niet vlak bij is. We moeten hiermede natuurlijk voorzichtig zijn. De geschiedenis van de Christelijke Kerk kan ons in dit opzicht veel leeren. Om maar eens een voorbeeld te noemen : in. de dagen van de Fransche revolutie, toen men op den weg der goddeloosheid zoover gegaan was, dat men zelfs den godsdienst officieel afschafte, om dien te vervangen door den dienst der rede, heeft men ook vaak gedach!, dat de dagen van de Christelijke Kerk voorgoed geteld waren. De vervolgde Kerk heefi vaak gedacht, dat de hemel zou scheuren en dat Christus zou wederkomen om een einde te maken aan den gruwel der verwoesting. Toch volgde op dien donkeren tijd van de Revolutie, waarin zoovele geestelijke waarden zijn vernietigd geworden, die heerlijke tijd van Reveil, die ook voor ons land ten zegen was, al zijn we er niet blind voor, dat ook aan dat Reveil bezwaren verbonden waren. Welnu, zoo is het ook nu. Men kan wijzen op allerlei schrikkelijke gebeurtenissen, die er nu plaats vinden, doch men zij voorziclitig om hieruit positieve conclusies te trekken. Van den dag en de ure van het wereldeindc weet immers niemand ; de engelen niet, de Zoon niet ; de Vader echter alleen weet het. Welnu, de Vader alleen weet het of er voor de Christelijke Kerk nog betere tijden te verwachten zijn, tijden, waarin het Woord des Heeren opnieuw weer heerschappij zal voeren over de menschheid. We moeten echter ook een open oog hebben voor de mogelijkheid, dat de rampen en de wereldellende zullen toenemen en dat dit alles een voorspel zal kunnen wezen van het . naderend wereldeinde. Nog eens, we moeten voorzichtig zijn met voorspellingen. Vast staat echter dit, dat al die oorlogen en geruchten van oorlogen en aardbevingen en pestilenties én hongersnooden de profetieën zijn van het naderend wereldeinde (daargelaten of het nog lang of kort zal duren). In al deze dingen kan het geloof der Kerk het geluid beluisteren van de nadering van des Konings voetstappen, waarmede Hij ten gerichte komt. En daarom mogen we elkander wel toeroepen in deze veelbewogen tijden, dat we zullen letten op de teekenen, waaraan deze tijd zoo rijk is. In de eerste plaats denk ik aan de verschrikkelijke oorlogen. De conferenties in het Vredespaleis te 's-Gravenhage, de vergaderingen van den Volkenbond in Geneve hebben het losbarsten van den gruwelijken krijg niet kunnen verhinderen. Wat we in 't klein zien, zelfs op de kleinste dorpjes en gehuchtjes, dat zien we in 't groot onder de volkeren. Men is hatelijk en elkander hatende, gelijk de apostel Paulus het eens met recht heeft uitgedrukt. Het is niets anders dan de openbaring van het boos en arglistig hart van het menschenkind. En of nu de sympathieën van de lezers aan den kant van de Engelschen of aan den kant van de Duitschers staan, laat ik rusten. Voor de Russische zaak neemt wellicht geen enkele lezer van De Waarheidsvriend het op. Overal hoort men luide beweren, dat het recht in dezen oorlog aan hunne zijde is. Toch geloof ik, dat achter dit alles openlijk of bedekt een imperialistisch streven tot dezen gruwelijken krijg heeft geleid. Wanneer zal het einde zijn ? Of hebben we te verwachten, dat er hoe langer hoe meer volkeren in dezen rampzaligen krijg zullen worden betrokken ? Zal ons land gespaard blijven ? Zal 't misschien één groote wereldbrand worden ? Ziedaar, allemaal vragen, die zich aan ons voordoen. De gevolgen van dezen krijg zullen niet uitblijven. Het economisch evenwicht onder de volkeren begon zich voor het eerst na den grooten oorlog van 1914—'18 eenigermate te herstellen, doch ziet, op schrikkelijke wijze is dit evenwicht opnieuw verbroken. De Heere weet, voor hoe lang. Ook al mocht de oorlog door Gods genade nog een einde nemen, dan zijn de volkeren van Europa door dezen krijg zoodanig verarmd, dat de schuldenlast der naties misschien ondragelijk wordt. Millioenen en nog eens millioenen menschen worden over het rond der aarde aan de productie onttrokken. Ze hébben het er thans alleen op gemunt om de goederen der aarde te vernietigen. In sommige landen openbaren zich nu reeds de gevolgen van den krijg in de voedselvoorziening. Steeds krassere rantsoeneering staat voor de deur. En op maandenlange rantsoeneering van de naties moet natuurlijk lichamelijke verzwakking volgen, 't Is dan ook niet te verwonderen, dat de ruiter op het roode paard werd gevolgd door den ruiter op het zwarte paard, door den honger, en deze op zijn beurt weer door den ruiter op het vale paard, n.l. door den dood. Wat heeft de Spaansche griep tengevolge van de ondervoeding een vat gehad op de naties van Europa in de jaren 1914—'18. Het weerstandsvermogen van de menschen moest door ondervoeding wel afnemen. Het gevaar dreigt, dat ook de tuberculose weer zal oplaaien in de breede lagen van ons volk. En als dan een groote verarming en versobering het gevolg van dezen wereldbrand zal wezen, vragen we met schrik ons af, wat daarvan het gevolg zal zijn. We kunnen het helaas niet anders inzien of, indien de Heere het niet verhoedt, zal het een welige voedingsbodem blijken te wezen, waarin het zaad van ongeloof en revolutie kan worden uitgezaaid en o zoo gemakkelijk kan ontkiemen. Dat begrijpen die dappere Finnen heel goed, dat het niet alleen gaat om hun land, maar ook om het recht voor allen, ja, om hun dierbaar geloof in het Woord Gods. De Finnen strijden niet alleen voor hunne onafhankelijkheid, maar ze strijden ook voor zedelijke en cultureele waarden. Zoo blijft Rusland de haard, waaruit de zaden van ongeloof en revolutie kunnen worden uitgezaaid. Eer we hierover in een volgend artikel meer hopen te zeggen, wijzen we u ook op de schrikkelijke aardbevingen en uitbarstingen van vulkanen. Ge hebt toch stellig gelezen van de schrikkelijke aardbevingen, die Turkije geteisterd hebben en die duizenden menschenlevens hebben gekost. Lezers, zegt niet, dat het toevallig is. Het is alsof de aarde beeft, nu ze geteisterd wordt door de oordeelen Gods. De aarde heeft gebeefd, toen Christus stierf aan het kruis. De aarde heeft ook gebeefd, toen Hij uit de groeve der vertering opstond. Tegen het einde aller dingen zal ze wederom beven van blijdschap, als we het eens dichterlijk mogen zeggen, omdat de dag nadert, waarin de vloek, die over haar in het paradijs is uitgesproken, weer zal worden opgeheven. O lezers, gij, die 't maar niet kunt begrijpen dat er oorlogen woeden, dat er hongersnooden heerschen en dat gevreesde krankheden zooveel slachtoffers maken en dat de aardbevingen de menschheid teisteren, o gij, die u over dat alles verwondert, de Heiland heeft gezegd, dat gij er u niet over zult verwonderen. In kalme majesteit heeft Hij het wereldgebeuren van Zijne dagen overzien en het in kalme rust uitgesproken : Alle die dingen moeten geschieden, maar nog is het einde niet.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 4 januari 1940

De Waarheidsvriend | 10 Pagina's

Zware tijden

Bekijk de hele uitgave van donderdag 4 januari 1940

De Waarheidsvriend | 10 Pagina's