Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

RONDBLIK BUITEN DE GRENZEN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

RONDBLIK BUITEN DE GRENZEN

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het is reeds meermalen opgemerkt, dat we een zeer vreemdsoortigen oorlog beleven. Zelfs officieele persoonlijkheden, die door hun houding mede het karakter van dezen krijg bepalen, stemmen het toe. Het bloedig „conflict" tusschen Duitschland en Polen, dat voor Engeland en Frankrijk de aanleiding was om het Derde Rijk den oorlog te verklaren, heeft in korten tijd meer slachtoffers geëischt, en had ook meer van een oorlog weg, dan de „wereld-oorlog", welke nu weer reeds maandenlang woedt. Het spreekt vanzelf dat men zich over het betrekkelijk vreedzaam verloop, dat de oorlog tot nog toe te zien geeft slechts verheugen kan. De ellende en rouw zijn zoo waarlijk reeds groot genoeg. Maar „de geringe activiteit", waarvan de legerberichten telkens gewag maken, wijkt zoozeer af van hetgeen men aan daadwerkelijk oorlogsgeweld meende te moeten vreezen, dat men zich, met een angstig en verwonderd hart afvraagt hoe lang deze betrekkelijke rust nog duren kan.

De officieele oorlogsverklaring, welke aan de doorloopende oorlogs-dreiging (en niet-officieele oorlogs-d aden) een einde bedoelde te maken, heeft nog niet tot dit resultaat geleid. Het uitbreken van den „echten oorlog" beteekende tot nog toe evenmin dat de partijen nu, over en weer, duidelijk werden geformeerd en de „zenuwen-oorlog" tot het verleden behoorde. Integendeel : men blijft elkander bestoken met felle redevoeringen die ook de „buitenstaanders" in onrust bedoelen te brengen. En het ontsteken van den oorlogsbrand op een bepaalde plaats, wil allerminst zeggen dat nu de overige vuurhaarden zijn gedoofd, of dat men het vuur, slaat het eenmaal in vlammen uit, binnen zekere grenzen zou kunnen houden. Onverwacht is in het hooge Noorden de oorlogsfakkel ontbrandt en het vuur wordt slechts „met een slang op de waterleiding", (voorzoover het althans buitenlandsche hulp betreft) bestreden. En nog smeult het hier en ginds en elders .....

Het behoort mede tot het „wonderlijke" van dezen oorlog, dat partijen die er niet bij betrokken zijn, het meest van direct oorlogsgeweld te lijden hebben. Althans voor wat hun scheepvaart aangaat. Honderden „neutrale" schepen zijn reeds vernield door mijnen, die uiteraard geen onderscheid tusschen neutralen en oorlogvoerenden maken. Doch ook aan doelbewuste torpedeering staan de koopvaardijschepen van landen, die niets met dezen oorlog uit te staan hebben, bij herhaling bloot. In ergere mate zelfs dan die van de belligerenten. Deze kunnen hun schepen door wel-bewapende oorlogsbooten doen convoyeeren. Maar tot dezen maatregel mogen de „neutralen" niet overgaan, willen zij zich niet aan „oorlogsdaden" schuldig maken. Theoretisch heeft het oorlogsrecht (wie lacht daar ? ) deze netelige kwestie, op een voor de neutralen tamelijkbevredigende wijze, geregeld. Maar het heeft nauwelijks zin om zich op dat „recht" te beroepen. Of de neutrale schepen al dan niet vrijen doorgang kon worden verleend, zou aanvankelijk afhangen van de lading welke vervoerd werd. Er werd een contrabande-lijst opgesteld ; een lijst dus van goederen welke niet vervoerd mochten worden, wilde men niet met de oorlogvoerende partijen in hardhandige aanraking komen.

Veel houvast gaf deze lijst echter niet, wijl ze herhaaldelijk en willekeurig gewijzigd en uitgebreid werd. Maar nu heeft het gebeurde met de „Arendskerk" bovendien aangetoond dat ook het uitsluitend vervoeren van toegelaten lading, nog geen waarborg voor een veilige overtocht biedt. De „papieren" waren in orde, doch het doel van het Nederlandsche schip stond de Duitschers niet aan : De „Arendskerk" wilde naar Afrika. Afrika leeft met Duitschland op voet van oorlog, „dus" werd het neutrale schip door enkele torpedo's naar den kelder gezonden.

Toen de Nederlandsche scheepvaart op, laten we maar zeggen : onregelmatige wijze door het Britsche oorlogsapparaat werd gehinderd, blies het Duitsche Nieuwsbureau hoog van den toren : de neutralen mochten zich, wilden ze neutraal blijven, niet zoo door Engeland op den kop laten zitten. Een waarschuwing die op Nederland niet veel indruk maakte waar we, reeds toen, zeker niet minder reden hadden om ons over „onregelmatige" bejegening van Duitsche zijde te beklagen. Maar merkwaardig is, dat Engeland zich nu tot een soortgelijke waarschuwing aan het adres der neutralen geroepen voelt. Volgens Churchill, de befaamde Britsche minister van Marine moesten de kleine onzijdige Staten, die zich nu maar kalmpjes door de wreede Duitschers laten misbruiken, zich maar liever onder Britsche bescherming stellen. Dan werden hun schepen afdoende geconvoyeerd en dedeii zij althans meer dan zich „troosten met de gedachte, dat Engeland en Frankrijk wel zullen winnen". De neutralen zouden zelfs, wanneer we Churchill mogen gelooven, niet meer doen dan hun plicht, welke het Volkenbondspact hun voorschrijft, wanneer ze „met de Britsche en Fransche rijken optrokken teqren de agressie". Naar het inzicht der neutralen heeft de Britsche minister echter wel een eigenaardig moment gekozen om aan het Volkenbondspact te herinneren. Wanneer de Britsche actie „tegen agressie", geheel op het Volkenbondspact gegrond was, dan had deze „actie" reeds in vroegere gevallen behooren te zijn ingezet en ook in het huidig „conflict" een gansch ander verloop moeten hebben. Hoe dit zij: voor wat Nederland betreft wordt de neutraliteitspolitiek door een te sterke overtuiging gedragen en met te groote nauwgezetheid in de practijk toegepast, dan dat daarin door felle redevoeringen, van welke zijde dan ook, verandering kan worden gebracht.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 25 januari 1940

De Waarheidsvriend | 10 Pagina's

RONDBLIK BUITEN DE GRENZEN

Bekijk de hele uitgave van donderdag 25 januari 1940

De Waarheidsvriend | 10 Pagina's