Recensie.

Dr A. van Deursen. De Heilandsverwachting der volkeren. Uitgave van J. H. Kok N.V., Kampen. 40 blz.

Een kort overzicht van de „heilbrengers" bij verschillende volken. Inderdaad heeft de schrijver gelijk, dat deze „heilbrengers'' slechts een enkelen vagen trek vertoonen, waarin eenige overeenkomst kan worden gevonden met den Messias der Schriften. De verschillen zijn daarentegen veel grooter. Vooral in de adventsdagen een ge­schikt boekje.

Kerstboekjes. Uitgaven van G. F. Callenbach N.V., te Nijkerk.

De vraag : wat zullen we met Kerstfeest uitdeden ? is dit jaar moeilijker te beantwoorden dan anders. Maar Callenbach zorgt er voor, dat onze Zondagsschoolkinderen niet met ledige handen huiswaarts behoeven te gaan. Een keurcollectie van kinderboeken is uit Nijkerk heel 't land doorgegaan en voor groot en klein is er overvloed. De omslag is aantrekkelijk, de illustraties zijn mooi, ingenaaid, gecartonneerd, gebonden naar keus, en de inhoud van vele boekjes is goed, best zelfs van onderscheidene geschriften. Natuurlijk zullen de smaken verschillen, en er zullen er zijn, die zeggen : dat en dat boekje moeten we niet hebben. Maar er zijn er vele, waarvan men zal getuigen : best, stuur ze ons maar. En in de gezinnen zullen er blijde gezichten en dankbare harten zijn. Voor de allerkleinsten zijn er lieve boekjes (die taartjes-geschiedenis, door Carla verteld, b.v.). Voor niet al te groote meisjes en jongens zijn er weer andere boekjes (Zo'n Brombeer, door Riek ter Braake b.v.). Nel van der Vlis (nu Mevr. Verschoor) heeft ook haar deel weer geleverd. A. Kappers gaf een prachtig boekje : Helpen maakt blij; G. van Bokhorst schreef: De Verrekijker; en voor de jongens vooral gaf A. Wapenaar : Naar zee! Anne de Vries is en Wapenaar : Naar zee! Anne de Vries is en blijft een fijne verteller. Zijn nieuwe, keurige boekjes over bijbelsche geschiedenis bewijzen dat weer opnieuw, Van Jozef en David vertelt hij de kleintjes zoo aardig. En „toen Jezus geboren werd" is ook zoo mooi. (Deze drie deeltjes zijn zóó rijk geillustreerd, dat ze bijna tegelijk prentenboekjes zijn !). Marijke's brief van T. Wiersema, Een avontuur op het Water door Nel Verschoor—van der Vlis, Op verboden Pad door J. W. de Vries. In de grijze Toren van A. M. de Moor—Ringnalda. De Beste van de Klas door Leny Palm—Boelens, De Verkeerde Weg van Jan van Groningen, Alkmaar in 1573 door Chr. de Bonter, Jonker op de vloot van Houtman door K. Norel, Ons zonnig Thuis door T. Bokma. Veertien man in een boot door Hugo Kingmans, Gerdientje door W. G. v. d. Hulst (wie kent dit boekje niet? ), enz., bevelen we hartelijk aan. En dan hebben we b.v. nog niet eens genoemd een groot en schitterend boek als Kwikkie van Hellevoetsluis door J. C. van der Does (een verhaal uit den tijd der Hugenoten).

We zijn Uitgever en schrijvers en schrijfsters zéér dankbaar, dat er weer voor goede kinderlectuur gezorgd is. Een goed boek is een rijk bezit voor nu en later !

Kerstboekjes, Uitgaven van W. D. Meinema te Delft.

Bij Meinema verschenen 21 nieuwe deelen en 25 herdrukken op aanmerkelijk grooter formaat (23 x I6 1/2 c.m.) en dikker papier. Excelsior! En dat in deze moeilijke tijden. Maar Meinema moest geen Meinema zijn als het anders en — minder was geworden dit jaar. Waarvan onze Zondagsscholen nu kunnen profiteeren. We noemen de volgende boekjes voor kleinere en grootere kinderen, die we hartelijk aanbevelen : H. te Merwe : Een droeve en blijde avond; Zendingstocht en Wat Koos ontdekt (5de druk) ; M. van der Hilst : Toen het winterde. K. S. Pomp: Mooie Fluitjes en God hoort. J. Smelik: Wie zich verhoogt; A. Warnaar : Die zijn Verbond houden (5de druk). A. van Atten: De Geuzentroep (4de druk) en De Minste (4de druk). Marya : Twee Buurjongens. D. van der Stoep : Jan Vermeer (4de druk) ; M. v. d. Hilst: Roselientje (4e druk) en Het Sultanskind. J. S. Dondorp—Tazelaar: Harries eerste schooljaar. Joke van Kuipers : De rode glasscherf (een moderne „Jessica") J. H. Huisman—Schippers : Toen Go bij Oom en Tante was. Hugo Kingmans : De Abelsen (de eerste Watergeuzen). J. Snoep: Naar 't Nieuwe Vaderland. A. vati Hulzen. De Drie en het eenzame Huisje, enz.

Wij hopen, dat er op het a.s. Kerstfeest veel licht en vreugd mag verspreid worden door onze Zondagsscholen, mede door deze Zondagsschoolboekjes die zullen worden uitgedeeld.

Boekbeoordeeling van Kinderlectuur van „Jachin", onder redactie van Ds J. A. Tazelaar e. a. 56ste jaargang. Uitgave W. D. Meinema te Delft.

Wie over Kinderlectuur voor de Zondagsschool nader wil ingelicht worden, bestelle en leze deze van ouds bekende Boekbeoordeeling. De prijs is 25 cent.

666, Het getal eens menschen, door Ds D. A. van den Bosch. Uitgave : N. V. Gebr. Zomer en Keuning's Uitg. Mij., Wageningen.

In benauwde tijden wordt er dikwijls gevraagd : wat zal de toekomst ons brengen ? De verlichte eeuw heeft teleurgesteld. De werkelijkheid van het kwaad, de realiteit van de zonde is openbaar geworden. En wat staat er nu nog te komen? Iets, dat veel erger nog is?

De horoscoop wordt getrokken. Waarzeggers worden geraadpleegd. Ook wordt er gegrepen naar de Schrift. Maar hoe vaak ? Jammerlijk verkeerd dikwijls ! Deed men het maar meer met de bede des harten : „Och, schonk Gij mij de hulp van uwen Geest".

Het boek de Openbaring en dan het 13e hoofdstuk wordt vaak ter hand genomen ; en in het brandpunt der nieuwsgierigheid staat dan het 18de vers. „Hier is de wijsheid''. Nu zal het komen. En men zal goed doen het ter harte te nemen. Maar hoe? Want een van de typische trekken van de Apocalyptiek, d. i. „het in beeld brengen van de dingen der groote toekomst" is, om personen en verschijnselen bedektelijk, onder symbolische namen en getallen te teekenen. En dan is „geheiligd verstand" noodig ; dan mag het ons aan geestelijk inzicht niet ontbreken. „Indien iemand ooren heeft, die hoore, wat de Geest tot de gemeenten zegt".

Geen concrete naam wordt ons in Openbaring 13 vers 18 genoemd, en wij moeten dus ook maar niet probeer en met namen te puzzelen, 't Komt vast verkeerd uit. Er staat: „het is een getal eens menschen". Er staat dus niet: het is de naam eens menschen''; maar : een getal eens menschen. En dat wil in de taal van de Openbaring (zie b.v. 21 vers 17) zeggen : „een gewoon getal, onder de menschen gebruikelijk" (zooals 21 VS. 17 „een gewone maat, bij de menschen wel bekend").

En het getal is 666, wat dan een getal is, zooals het onder ons menschen gebruikt wordt. Het gaat dus niet om een naam van een mensch, maar om de beteekenis van het getal 666. Het Beest zal van hetzelfde wezen zijn als de beteekenis van het menschelijk getal 666 is. Het draait dus om het getal 6. Het is éénmaal 6, en tienmaal 6 of 60, en tienmaal tienmaal 6, of 600, tezamen 666. Zes eenheden, zes tientallen, zes honderdtallen ; zes opgevoerd tot de hoogste macht; maar het komt toch niet uit boven de zes.

En nu moet men niet gaan filosofeeren, of men hier den naam van Nero, of van Calligula, of van Paus Leo X of van Mohammed, of van Napoleon of van wien ook uit fabriceeren kan, want dan slaat men toch de plank altijd mis. We moeten niet met Hebreeuwsche of Grieksche of Latijnsche of Fransche of Duitsche letters gaan goochelen, neen, we moeten de Schrift nemen zooals zij is ; en de Schrift, die van t goddelijke en heilige getal zeven spreekt, spreekt van het menschelijke getal zes. De zevende dag is de dag des Heeren, de zes dagen zijn voor den mensch voor den menschelijken arbeid. En nu zal het Beest uit de Openbaring, de Antichrist, de hoogste spanning van het aardsche, van het menschelijke, en nu van het zondige en antigoddelijke, openbaren, zes tot het hoogste opgevoerd. Maar zes is geen zeven, en zal nooit zeven overtreffen. En zóó zal de anti-christelijke macht, straks de Antichrist zelf, de hoogste krachtsontwikkeling aan den dag leggen — het is ons niet verborgen, in al de vreeselijkheid — maar de toekomst is niet aan het Beest, maar aan den Christus. Dat is het doemvonnis over Satan. Hij zal het nooit kunnen winnen maar moet het altijd verliezen. Hoezeer zijn brute kracht, zijn duivelsche wijsheid, zijn helsche pogen te vreezen is, hij zal nooit boven 666 kunnen uitkomen; zes zes, zes ! En Christus is en blijft Overwinnaar. Hij heeft Satan de kop vermorzeld. Hij heeft Satan zien vallen als een bliksem uit den hemel. , Christus Victor ! Christus is Overwinnaar!

Neen, het beest is Hem niet gelijk. Het beest is bekleed met groote macht en ontwikkelt groote kracht en nóg is het einde niet.

Maar het Lam is ten brandoffer bereid; zie het Lam Gods, dat de zonde der wereld wegneemt; het Lam, dat geslacht is, heeft overwonnen ; de Leeuw, die uit de stam van Juda is, heeft overmocht.

Gelijk de Bruidskerk gezongen heeft, ook nu zingt, en eeuwig zingen zal.

Hij overwon met leeuwenmoed De hel en al haar machten. Hij kocht ons Gode met Zijn bloed uit allerlei geslachten.

Of ook :

Het Lam, voor ons op aard geslacht. Is eeuwig waard te ontvangen Ds wijsheid,  rijkdom, eer en macht En dankh're lofgezangen.

Zalig zijn zij, die — neen, niet zitten te puzzelen met het getal 666, maar die kennen het Lam en die Hem verwachten, als Hij komt.

Zóó ongeveer lazen we het boek 666 van Ds D. A. van den Bosch, 't mooie boek : „Het getal eens menschen'', dat zoo goed verzorgd is uitgegeven door Gebr. Zomer en Keuning te Wageningen.

Neem dat boek en lees het. Het kan velen, vooral nu, tot een zegen zijn, door te leiden in rechte sporen en ware wijsheid te leeren.

Hartelijk aanbevolen.

Om het bezit, van Ignatia Lubeley. Uitg. J. H. Kok, Kampen.

Dit boekje beschrijft een familietafereel in het jaar 1796, de tijd van de Fransche overheersching.

Het familiebezit aan geld werd oorzaak van verwijdering tusschen verschillende leden dier familie. Dit werd ook het struikelblok voor twee jonge menschen, die elkaar hadden lief gekregen. Zij bleven elkaar trouw en legden alles in 's Heeren hand. Een huwelijk uit berekening, waardoor het bezit versterkt zou worden, begeerde Catrijntje niet. Haar voogden, die het geld secuur belegd meenden te hebben, zagen dit door allerlei tegenspoed verloren gaan. Dit beteekende de bevrijding voor hen, die gescheiden moesten blijven. Dat bezit aan liefde meer is dan bezit van geld, wordt door dit verhaal duidelijk in het licht gesteld.

Dit boekje laat zich goed lezen. Ik wilgelukkig zijn, van Nelly van Dijk—Has. Uitg. J. H. Kok, Kampen.

Het leven van een vader en dochter, die nauw aan elkaar verbonden waren, wordt door 'n tweede huwelijk en ernstige ziekte van den vader zeer op de proef gesteld. De levensharmonie raakt zoek en in bitterheid keert men zich van elkander en ook van God af. Bij het zoeken naar levensgeluk denken allen slechts aan zichzelf. Toch vindt de vader na veel bitterheid en eenzaamheid in schuldbelijdenis den weg tot zijn God en zijn naaste. Voor zijn dochter komt het geluk door het huwelijk. De toon van liefdeloosheid moet eindelijk wijken voor het elkander in liefde begrijpen en verdragen.

De figuren van stiefmoeder en zuster zijn grof geteekend; dit doet onaangenaam aan.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen