Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Vermaand en verplicht

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vermaand en verplicht

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

De sacramenteele band, welke de gedoopte lidmaten bindt, draagt, gezien van uit het wezen der kerk een uitwendig karakter. Dit volgt trouwens ook uit den symbolischen aard van het Sacrament. Het is een teeken en zegel van een geestelijke zaak, een zichtbare voorstelling van een onzichtbare werkelijkheid. En deze werkehjkheid wordt door de instelling van het Sacrament aangewezen. Wij mogen van het Sacrament niet iets anders maken, dan wat Christus daaromtrent heeft bevolen.

Als Hij beveelt te doopen in den Naam des Vaders en des Zoons en des Heiligen Geestes, is de Christelijke Doop daarmede vastgesteld. Een doop in een anderen Naam dan dien van den Drieëenigen God en onder een andere formule gebracht, is ten eenenmale geen Christelijke Doop en heeft geen recht op zoodanige erkenning.

Christus zet de kerk hier op een fundament des geloofs, waarmede zij staat of valt. En reeds uit dit oogpunt verdient de apostolische belijdenis de waardeering, welke daaraan wordt toegekend als de algemeene belijdenis van Christus' kerk, omdat zij dezen door Christus gegeven grondslag bewaart. In dit uiterst belangrijke punt onderhoudt zij een door God aangewezen onderscheiding van de kerk en wat de kerk niet zijn kan.

Wij hebben hier dus niet van doen met een dogma der kerk, maar met een goddelijk bevel. Dit slaat zoowel op het bevel om te doopen, als op de doopformule. Christus beveelt te doopen en beveelt dat te doen in den Drieëenigen Naam.

Noch de Doop, noch de belijdenis der Drieëenheid gaan terug op een kerkelijke beslissing, maar op het Woord des Heeren. Dat kenmerkt niet alleen den Doop tot een Sacrament, maar heeft ook wat te zeggen aangaande den sacramenteelen band der gedoopten.

Zooals reeds werd opgemerkt, maakt niet het gedoopt zijn de gemeente. Zij is niet Christus' gemeente, omdat zij gedoopt is, maar zij wordt gedoopt, omdat zij Christus' gemeente is. De gemeente wordt openbaar door de roeping Gods. Hij vergadert haar uit de wereld door Zijn Woord en Geest. Zij is gemeenschap des geloofs. Dat is het eerste. Zij wordt vereenigd in het geloof in den Drieëenigen God tot kennis Zijner zaligheid in den Christus.

In deze openbaarwording in de wereld door het geloof neemt zij naar het bevel van Christus den Doop aan. Haar geloof wordt door het Sacrament beteekend en verzegeld. Het woord Sacrament staat niet in de Heilige Schrift. Het beteekent eigenlijk eed: de eed van trouw, die de Romeinsche soldaat in handen van den veldheer placht af te leggen. De keuze van dit woord wijst er dus op, dat men het teeken des Doops ook op een dergelijke wijze heeft gevoeld. De gedoopte heeft zich onder de banier des Kruises geplaatst en zich verbonden tot gehoorzaamheid en trouw aan den Koning der kerk.

De sacramenteele band vermaant en verplicht tot gehoorzaamheid en trouw in den geestelijken strijd. Het formulier wijst daarop: „zoo worden wij vermaand en verplicht tot een nieuwe gehoorzaamheid''.

Het leven der gemeente drijft niet op het Sacrament des Doops, maar door het geloof uitgedreven naar het Sacrament, wordt zij door den sacramenteelen band voortdurend bij haar geloof bepaald, daarin versterkt en bevestigd.

De belijdenis in de Doopformule legt voorts niet alleen een goddelijken grondslag van het geloof, maar geeft daarin een onderscheiding van de ware en de valsche religie. De sacramenteele band verplicht de kerk in haar geheel en iedere gedoopte in het bijzonder deze onderscheiding in eere te houden. Dit raakt niet het minst dengenen, die door God bij de kerk zijn gezet, d.i. dengenen, die door geboorte bij de kerk zijn. Daaruit moet volgen, dat ook de kerk haar zorgen over de gedoopten laat gaan. De gedoopte moet niet in de eerste plaats worden herinnerd aan het feit, dat hij gedoopt is, maar dat hij door Gods leiding tot de kerk werd vergaderd en onder den eisch des Verbonds werd gesteld.

Men hoort soms eigenaardige uitvluchten, b.v. : als mijn ouders lid van een andere kerk waren geweest, dan zou ik in die kerk gedoopt zijn, nu zijn mijn ouders Hervormd en nu ben ik dus Hervormd gedoopt. Dat is echter de zaak niet. De band des Doops verbindt niet aan de een of andere kerk, maar aan de kerk, welke op aarde tot openbaring komt. Er is slechts één Heere, één geloof, één Doop.

Allen, die gedoopt zijn met den Christelijken Doop, dat is overeenkomstig de instelling van Christus, zijn — onverschillig tot welke kerk zij behooren — door één en denzelfden sacramenteelen band gebonden en door den Doop tot eenzelfde gehoorzaamheid geroepen en verplicht.

ledere kerk, welke ook, heeft de goddelijke roeping om te waken over het geloof, dat den heiligen werd overgeleverd, en de belijdenis, waarvan de Doop een teeken en zegel is, rein te bewaren.

Indien de gedoopte tot de jaren der onderscheiding is gekomen, is het mogelijk, dat hij bezwaar heeft tegen de kerk, bij welke hij behoort, omdat zij naar zijn overtuiging haar roeping verzaakt. Het is mogelijk. Doch ook in dat geval zij hij niet haastelijk bereid zich van haar af te scheiden. Hij late zijn licht schijnen, opdat zij zich van de dwaling haars wegs bekeere. De Christelijke Doop geeft hem daartoe grond en uitgangspunt in de belijdenis, waarop deze is gezet: n.l. het geloof in den Drieëenigen God, die Zich in Christus heeft geopenbaard en de zaHgmakende genade in den eenigen Middelaar. De Doop toch wordt niet vergeefs het bad der wedergeboorte genoemd.

Zoo moge door de sacramenteele band, die alle in den Drieëenigen Naam gedoopten verbindt, als teeken van de gemeenschappelijke roeping Gods en van het algemeen en ongetwijfeld Christelijk geloof, een uitwendig karakter dragen, de vermaning en verplichting, welke van het Sacrament uitgaat, moet een prikkel zijn voor het leven der kerk in tweeërlei zin : naar buiten en naar binnen.

De gedoopte met den Doop van Christus is bij de kerk van Christus ingelijfd. Nog eens : niet, omdat hij gedoopt is, maar door zijn doop werd dat openbaar bevestigd. Hij kan dat verbergen, veronachtzamen, vergeten, niet weten, niet erkennen, maar ongedaan maken kan hij dat niet. Hij is door dezen sacramenteelen band aan de kerk verbonden en verplicht. Hij kan daarvan geen mensch een verwijt maken, maar bepaalt zijn houding tegenover dit feit op eigen verantwoordelijkheid.

De kerk is geroepen hem aan deze dingen te herinneren, hem te vermanen, en desnoods, zoo hij dat verkiest, hem over te geven aan zijn wil. Hij kan echter ook de kerk geen verwijt maken, als zij dat doet, want zij volgt in haar roeping geen geboden van menschen, maar Gods bevel.

De sacramenteele band heeft voor de openbaring der kerk als geheel naar buiten een overeenkomstigen zin. Zij is in de eerste plaats geloofsgemeenschap, maar het geloof, dat haar innerlijk bindt, neemt het Sacrament uit den mond van Christus aan, en verkrijgt daardoor een uitwendig verband. De kerk wordt daardoor geteekend als het volk des Verbonds, als het volk des Heeren, dat Zijn Drieëenigen Naam en de zaligheid door genade alleen in den eenigen Middelaar en Verlosser Jezus Christus belijdt.

Het behoeft niet meer gezegd, dat de bezinning op deze dingen stimuleerend moet werken op de openbaring des geloofs naar buiten, maar ook op den herderlijken arbeid binnen de kerk, opdat een iegelijk worde bepaald bij de roeping Gods, welke daarvan uitgaat en velen mogen komen tot kennis der zaligheid.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 10 april 1941

De Waarheidsvriend | 8 Pagina's

Vermaand en verplicht

Bekijk de hele uitgave van donderdag 10 april 1941

De Waarheidsvriend | 8 Pagina's