ONDERWIJS

, ; ; : irMen nieuw Onderwijsplan IV.

Als de leerlingen van onze scholen voor G.L.O. het 6e leerjaar met voldoende vorderingen hebben doorlopen, gaan ze als regel naar het voortgezet Onderwijs. Enkelen, die een paar klassen hebben gedoubleerd, hebben na het 6e leerjaar, of reeds eerder, hun acht jaren er op zitten en zijn dus niet verplicht, hog verder onderwijs te volgen. De meerderheid heeft echter nog 2 jaar leerplicht voor de boeg en bovendien zijn er nog heel wat, die, al hebben ze aan de bepalingen der leerplicht voldaan, met het oog op hun toekomstig beroep verder onderwijs nodig hebben. Voor hen zijn bij ons tegenwoordig stelsel, verschillende richtingen, waarnaar zij over kunnen gaan, n.L;

a. het 7de leerjaar van hun eigen school ;

b. scholen voor V.G.L.O. ;

c. ambachtsscholen ;

d. huishoud- en industriescholen voor meisjes ;

e. U.L.O.-scholen ;

f. H.B.S., gymnasium en lyceum (deze drie na voldoend afgelegd toelatingsexamen). Hoe zou dit alles nu gaan, als de richtlijnen gevolgd worden, die in de Nota zijn uitgestippeld ?

Reeds is eerder in de Nota gewezen op de moeilijkheid van schoolkeuze na het Basisonderwijs. ^Inderdaad is dit bij tamelijk veel leerlingen erg lastig. Dit wordt nog verergerd door de omstandigheid, dat er ouders zijn, die hun kind met alle geweld willen laten „doorleren" (dat. betekent in dit verband op U.Ë.Ö. of H.B.S.), ook al hebben deze kinderen daarvoor te weinig capaciteiten. Met allerlei bijlessen moet dan geprobeerd worden de zaak te redden ; als regel komt het dan toch verkeerd uit. Nog te weinig wordt het begrepen, dat een goed vakman (voor wie tegenwoordig tal van prima wegen open staan), •heel wat meer waard is, dan al het getob om een .^Intellectueel" te maken van iemand, die er niet behoorlijk voor geschikt is. De Minister wil een meer verantwoorde oplossing van het probleera der schoolkeuze. Hij geeft daartoe aan.: Tfi^y^t..

1. Het Hoofd der school voor Basisonderwijs volge de ontwikkeling der leerlingen gedurende de gehele schooltijd, maar vooral in het 6de leerjaar, om behoorlijk advies te kunnen geven. Zijn advies toch is voor de schoolkeuze van het grootste belang.

2. Om de juistheid van de adviezen te toetsen, zij er een regelmatig contact tussen de afleverende en de ontvangende school.

3. In twijfelachtige gevallen geschiede een psychologisch onderzoek door een deskundige.

4. De schoolkeuze vinde _plaats einde 6de leerjaar.

5. Soms kan op deze leeftijd nog moeilijk eèri betrouwbaar oordeel worden gegeven ; daarom moet het eerste leerjaar bij de verschillende vormen van Voortgezet Onderwijs ongeveer hetzelfde zijn ; in elk geval er mag geen te groot onderscheid tussen zijn. Blijkt de keuze van school verkeerd te zijn geweest, dan kan de leerling met weinig of geen vertraging naar een ander schooltype overgaan.

6. Het Voortgezet Onderwijs sluite didac­ tisch en methodisch aan bij het Basisonderwijs. ' • • "

Behalve voor het E.V.O., zullen voorlopig nog wel toelatingsexamens of proefklassen wenselijk blijven. Bij algehele doorwerking van bovengenoemde gedachten zullen deze evenwel kunnen vervallen. Misschien dat ze voor het uitgebreid technisch Onderwijs en voor het voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs kunnen worden gehandhaafd, maar dan niet verplicht en alleen voor Nederlandse Taal en rekenen.

Het onder 1—6 genoemde is wel aan de practijk ontleend. Wij mogen aannemen, dat het onder 1. genoemde ook thans reeds als regel gebeurt ; punt 2. is vrijwel nieuw, als het practisch uitvoerbaar is, dan is het een stap vooruit. Punt 3. vindt ook nu reeds veel toepassing, vooral in de steden, door inschakeling van de bureaux voor beroepskeuze. Punt 5. kan een hele verbetering geven. Het onder 6. genoemde is een zeer belangrijk punt. Tot dusver leverde het totaal anders zijn van de meeste vormen voor voortgezet Onderwijs voor vele leerlingen grote bezwaren op ; als we denken aan het stelsel van vakleraren en aan de dikwijls grote hoeveelheden huiswerk, dan weten de ouders wel, hoe groot de overgang naar U. L. O. en vooral H.B.S. voor de leerlingen is. Of verandering mogelijk is? De Minister doet een ernstige poging, om tenminste bij: sommige schooltypen de bezwaren weg te nemen of te verminderen. • '

Het voortgezet Onderwijs splitst zich volgens de nieuw voorgestelde richtlijnen in de volgende onderdelen: i'

a. Eenvoudig voortgezet Onderwijs (E. V.O.) ; .: , 0.: et. ... , .

1. op een E.V.O.-school ;

jfs'.*2.' Op een E. V. O.-afdeling in een school voor lager technisch onderwijs ;

3. E.V.O.-afdeling in huishoudschool ;

4. E.V.O.-afd. in school voor eenvoudige administratieve werkkringen ;

5. aanvullend E.V.O.

b. Technisch Onderwijs (lager, uitgebreid, middelbaar, aanvullend) ;

c. Huishoudonderwijs (lager, uitgebreid, middelbaar, aanvullend) ;

d. Voortgezet Onderwijs voor eenvoudige administratieve werkkringen (dagonderwijs, avondonderwijs) ;

„e. Voortgezet Onderwijs voor algemene , , .., ^dpeleinden :

1. algemene middelbare school ;

2. middelbare meisjesschool ;

3. aanvullend Onderwijs.

f. Voorbereidend wetenschappelijk Onderwijs (gymnasium, H. B. S., Lyceum, Avondlyceum) ;

g. Opleiding van Onderwijskrachten :

1. leidsters bij het kleuteronderwijs ;

2. Onderwijskrachten bij het Basisonder'wijs en het E.V.O. ;

3. leraren technisch Onderwijs ;

4. leraressen huishoudonderwijs.

h. Opleiding voor maatschappelijk werker.

Met aanvullend Onderwijs worden cursussen bedoeld bij dag of 's avonds, voor de nietmeer-leerplichtige jeugd.

Opm. In het vorige artikeltje gelieve men bij de vakken van het Basisonderwijs ook te voegen : Eenvoudige kennis der natuur.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen