Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De droom als Openbaringsinstrument

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De droom als Openbaringsinstrument

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

III.

Kan men derhalve geen vaste grenzen trekken tussen de toestand van waken en dromen, zo zijn er toch wel aanmerkelijke punten van onderscheid aan te wijzen. Het voornaamste is wel, dat in de droom de redelijke en zedelijke controle van het zelfbewuste ik ontbreekt. De centrale heerschappij is verbroken. Er ontstaat een toestand van anarchie. Het is of de bewustzijnswerkingen fragmentarisch uitéén vallen, zodat verschijnselen ontstaan als verdubbeling van de persoon, verdichting, omzetting, affectverschuiving, omkering of verlegging en vreemdsoortige associaties.

Een in het wakend leven onderdrukte begeerte of wens, een aandrift, een psychische of een somatische prikkel neemt heerschappij over de bewustzijnstoestand. Daarbij kunnen diep verborgen strevingen en herinneringen over de drempel van het bewustzijn worden gebracht.

Dit alles geeft de indruk, dat de mens in de slaap is overgeleverd aan zijn natuur. De tot heerschappij geroepene persoonlijkheid, het verborgen ik, sluimert, terwijl de psychische en somatische (lichamelijke) drijfkrachten, voor zover de biologische toestand gedoogt, ongebonden werkzaam zijn.

Deze werkzaamheid in een droom saam te binden, schijnt de functie van de droom te zijn, opdat de slaap wordt mogelijk gemaakt. Er ligt iets schoons in de gedachte van Freud, welke de droom de „Hüter der Schlafe" noemt. Iets schoons, als wij denken aan de zondeloze mens, wiens psychisch en somatisch leven harmonisch was gebonden door de. heerschappij van zijn zuivere religieuse grondgevoelens.

In deze harmonie sliep hij de slaap des gerusten en wij kunnen ons voorstellen, dat zijn slaap zoet was, gebonden in de droom, die in het licht verscheen van Gods beeld en de sluimering onderhield, terwijl God over hem waakte.

Doch toen deze harmonie door de zonde werd verbroken, kon het niet anders, of de verdorvenheid zijner natuur moest ook in de slaap en in zijn dromen die ontwrichting openbaren. , , Het gif der zonde, , , eenmaal in zijn levensaderen ingedrup- , , peld, baarde echter een verderf, dat in , , alle openbaring van zijn zielsbestaan in- , , dringen moest". ^®).

De biologische toestand van het lichaam in de slaap, en de gebroken toestand van het bewustzijn, welke daarmede althans ten dele moet samenhangen, de werkingen van de psychische drijfkrachten, driften, affecten, emotionele spanningen en grondgevoelens, oefenen tezamen een eigenaardige invloed uit op het droombeeld, waarbij zich ook een typische droomsymboliek kan openbaren.

Het is bekend, dat de Weener hoogleraar Freud als opnieuw de aandacht op deze dingen heeft gevestigd en zich veel moeite heeft gegeven om het droombeeld te analyseren (ontleden) en de droomaanleiding en zijn latente inhoud op die wijze te ontdekken.

Voor zijn onderstelling, dat zich in de droom veelal een onderdrukte wens manifesteert, is veel te zeggen, doch deze schier zonder uitzondering te zoeken in de sexuele aandrift, waardoor zijn gehele visie op het droomleven beheerst wordt, komt ons met anderen niet alleen eenzijdig voor, doch gaat te ver en betekent een negatie van zovele andere drijfkrachten, die in het leven werken.

Het zal trouwens jpiet zonder invloed gebleven zijn 'op de .beschouwingen van Freud, dat hij overwegend op het onderzoek Van pathologisphe gevallen moet steunen. g

Ontkend kan niet, Idat het sexuele leven een zeer grote invloed uitoefent, wellicht meer'en meer verborgen dan velen vermoeden, doch Freud zelf geeft voorbeelden van typische dromen b.v. eet- en drinkdromen, die toch van andere aard zijn. Wij wezen er reeds op, dat de Heilige Schrift juist deze droom noemt.

Bovendien wijst de Schrift er op, dat het religieuse en zedelijke leven, de tucht des Heeren, wijsheid en bedachtzaamheid hun invloed in de slaap laten gelden, gelijk dat blijken kan uit Spreuken 3. ^°).

Het kan ook niet anders verwacht worden, of een functie van zo centrale betekenis en invloed als het religieus grondgevoel moet ook in de teruggetrokken toestand van het droombewustzijn op de een of andere wijze zijn werking uitoefenen. Dat zich deze werking met het sexuele leven vermengt is een verschijnsel, dat niet alleen aan het droombewustzijn kan worden opgemerkt.

Gaat men nu de beelden van de droomsymboliek, waaraan men een sexuele betekenis wil hechten na, dan ziet men, dat symbolen voor God, kerk, pastoor, beloofde land, gebed, duivel, dood, hel, daarbij een rol spelen. ^^).

Moeilijk zal men kunnen ontkennen, dat de spontane wet der symboliek, welke wij niet kennen, maar die er wezen moet, in deze beelden in eerste instantie uitdrukking geeft aan religieuse gevoelens, welke door hun symbolisch . equivalent : in het sexuele aannemen kunnen en dat ook vaak doen. Men heeft hier misschien ook met een geval van verschuiving of verlegging van doen, hetwelk de droom eigen pleegt te zijn en het kan de vraag zijn, of dit in het primitieve droom- en denkleven niet als regel plaats heeft n.l., dat de religieuse affecten verschoven worden en overgedragen op iets anders b.v. op mensen, dieren en planten.

Inderdaad brengt de droomsymboliek ons op een glibberig terrein, wijl ook deze onder de werking der zonde is ontstaan. Het verwondert ons daarom niet, dat men in schier alle droomsymbolen iets sexueels kan zien uitgedrukt. In de banale spreektaal kan hem, die daarin genot heeft, ook alles dienen om het verderf van het mensenhart te manifesteren.

W^ij vragen echter ruimte voor de onderstelling, of niet het menselijk leven in zijn sociale vormen, waaronder die van het huwelijk de tederste is, in zijn heilige gestalte als zodanig een levende symboliek van het religieuse leven en de gemeenschap met God is, als zodanig heenwijst op de eeuwige geestelijke werkelijkheid en waardoor ook de mens gericht werd op de kennis van God en zijn gemeenschap door het ware kennen en leven der religie.

De verschuiving op het lagere affect wordt dan gewaardeerd als een omkering van het ontwrichte zieleleven, waarheen ons ook de Heilige Schrift leidt: En (zij) hebben de heerlijkheid des onverderfelijken Gods veranderd in de gelijkenis eens beelds van een verderfelijk mens, en van gevogelte, en van viervoetige en kruipende gedierten." '^).

Wat overigens de symboliek als zodanig betreft, ligt het voor de hand, dat in haar wezen een psychologische verborgenheid schuilt. Er moet toch een zeker spontaan verband zijn tussen een gewaarwording of gevoelen en zijn vertolking b.v. in klanken en klankverbindingen. Dit spontaan verband, dat aan een gewaarwording of gevoel een zekere voorstelling en waardering schenkt en dit psychisch verschijnsel weer aan een eigen symbool verbindt is ook in de taal werkzaam, zowel in die vart de kunst als in de spreektaal en schrijftaal.

Tracht men zich een ogenblik de zo gecompliceerde organisatie der ziel voor te stellen, waar in zovele aandriften, grondgevoelens, affecten en emoties een eigen verborgen grond hebben, waaruit zij opleven. Bedenkt men, dat zij hun werkzaamheid in symbolen naar eigen aard en wezen zoeken te vertolken ; het religieuse, aesthetische, het zedelijke, het sexuele, geheel die verscheidenheid van innerlijk leven zoekt zijn uitdrukking en verwezenlijking ; hoe samengesteld is dan het symbool ener complexe voorstelling, b.v. de voorstelling boom. Verschillende gevoelens en affecten hebben daarin hun symbool, evenals de verschillende zintuigen.

Uit dien hoofde kan eenzelfde symbool op verschillende psychische toestanden teruggebracht worden. Mogelijk dient het symbool boom vaak een sexueel affect, doch waarom ook niet een aesthetisch, een zedelijk, een religieus grondmotief ? Wij denken aan de schriftuurlijke uitdrukking : eikeboom der gerechtigheid, aan het beeld van de wijnstok, het mosterdzaad, de olijf­

boom.


19) Dr H. Visscher. De Schepping. Zwolle. 1930. Blz. 11. ^°) Men zie vs. 24 : Zo gij nededigt, zult gij niet schrikken, maar gij zult nederliggen en uw slaap zal zoet wezen. ='^) Vgl. Dr Ganon, t.a.p. blz. 22. ^2) Romeinen 1 : 23.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 29 januari 1953

De Waarheidsvriend | 8 Pagina's

De droom als Openbaringsinstrument

Bekijk de hele uitgave van donderdag 29 januari 1953

De Waarheidsvriend | 8 Pagina's