Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Onderwijs

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Onderwijs

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

OPLEIDING.

De klacht wordt nog al eens gehoord, dat er in tal van bedrijven gebrek is aan geschoolde krachten. Dat zijn mensen, die zowel theoretisch als practisch goed zijn onderlegd en voor hun werk kunnen staan. Gaandeweg meer wordt daarom gedaan op de vakscholen en in de bedrijven zelf, door z.g. leerscholen, om in deze toestand verbetering te brengen. Dit is een eis van goed beleid, maar ook een eerste voorwaarde om tot verhoging van de productie te komen en tevens tot het kunnen afleveren van een beter product.

Wat nu voor de bedrijven geldt, is zeker in niet mindere mate van toepassing op het gebied van het onderwijs.

Daar klemt de eis van een goede opleiding van het personeel eigenlijk nog te meer, omdat de te vormen leerkrachten straks te maken zullen hebben met „levend materiaal", hetwelk nog weer bijzondere voorzieningen nodig maakt. Reeds vele tientallen jaren geldt dan ook de regeringsbepaling, dat het onderwijzend personeel in het bezit moet zijn van de nodige , , bevoegdheden", om in de school onderwijs te mogen geven. Voor het openbaar onderwijs werd personeel opgeleid door de van rijks- of gemeentewege opgerichte normaallessen. Toen het Christelijk onderwijs begon op te komen, kwam ook daar de opleiding aan de orde. Veel belangrijk werk is er in de eerste tijd verricht door de hoofden van Christelijke scholen. Ik heb er gekend, die helemaal allèèn jongelui hebben opgeleid voor het onderwijzersexamen. Als regel evenwel staken verschillende collega's de koppen bij elkaar en openden een Christelijke Normaalschool, of liever Christelijke normaallessen. Soms 's morgens vóór 8 uur en 's avonds na 5 uur, ook wel alleen Woensdag- en Zaterdagmiddag werd daar les gegeven. Een groot deel van de resterende tijd waren de leerlingen als kwekeling in de school werkzaam en leerden daarmee het schoolwerk van de grond af. Van af het verrichten van allerlei kleine karweitjes tot aan het onderwijs geven en de schooladministratie toe. Waren ze eenmaal geslaagd voor het acte-examen, dan stonden ze niet als vreemden in school. Honderden zijn op deze wij'ze opgeleid en hebben met ere him plaats in de school ingenomen. Nog zijn er heel wat hoofden van scholen en onderwijzers, die op deze, wijze hun arbeid in de school zijn begonnen. Theoretisch stond misschien veelal deze opleiding niet zo hoog als tegenwoordig, maar zeer groot was de ambitie om door studie zich verder te bekwamen en dit zeker in de regel niet ten koste van het schoolwerk. Practisch echter leerden ze, uitstekend , , de knepen" van het vak.

Ongetwijfeld past ook hier een eresaluut aan deze mannen en vrouwen, die, laat het dan zijn met een gebrekkige opleiding, toch —• en dat wel te midden van een harde schoolstrijd — met volle overgave hun werk hebben gedaan ert de naam onzer Christelijke Scholen een goede klank hebben gegeven. In een tijd, toen het op vele plaatsen iets minderwaardigs werd geacht om een Christelijke School op te richten of er als leerkracht aan te werken, hebben zij onder biddend opzien tot God hun leven er aan gewijd. Velen van hen hebben de „ruimte" niet meer beleefd. Vele anderen hebben wél de vrije ontwikkeling mee mogen maken en hebben daardoor ook financieel de gunstige gevolgen mogen ondervinden.

Tegenwoordig zijn het de' Kweeicschol& n, die in de opleiding van personeel voorzien. Er zijn nog wel hier en daar particuliere cursussen, die voor het Staatsexamen-onderwijzer opleiden, ook nog wel z.g. , , avondkweekscholen". Maar als regel is er nu toch de kweekschool, met haar eigen eindexamen. Er zijn er die uitgaan van het Rijk, of van de Gemeente, maar ook de Bijzondere Kweekscholen, waaronder een 25-tal Protestants-Christelijke zijn. De, meeste zijn in bevolkingscentra opgericht of wel opgekomen uit vroegere normaallessen. De behoefte, om ook buiten deze centra leerlingen aan te kunnen trekken kan tegenwoordig vervuld worden, doordat bestaande kweekscholen parallelklassen elders kunnen geopend worden. Hieraan dankt ook de nieuw te openen Kweekschool op de Veluwe, althans de nieuw in te richten parallelklassen, haar ontstaan. Moge ze grote levensvatbaarheid hebben, vooral door een grote toeloop van candidaten, die straks als Hervormd onderwijzer van Gereformeerde belijdenis onze scholen willen dienen.

Voor de Kweekscholen is sinds 26 Juli 1952 een nieuwe wet in werking getreden. Met 1 Sept. a.s. gaat deze, nieuwe wet nu z'n 3de jaar in. De twee jaren voorbereiding zijn nu vooiibij en de kweekschool gaat in het 3de jaar eigenlijk beginnen met het practische onderwijzers-opleidings-werk.

Om dit te begrijpen moeten we even dieper op de nieuwe regeling van de kweekschoolwet 1952 ingaan. Ik hoop, dat dit velen zal interesseren, omdat we toch mogen verwachten dat ons Herv. Geref. volk wat warm gaat worden voor de opleiding van onderwijzers en onderwijzeressen, nu er zo'n dringende roep is om Herv. Geref. onderwijzers en nu er kansen zijn die benut moeten worden.

De vroegere regeling der onderwij-

zersop'leiding was opgenomen in de Lager Onderwijswet. Deze is er nu uitgelicht en vormt een afzonderlijke wet, die iweekschoolwet. De vereiste bevoegdheden voor de leraren zijn op hetzelfde peil gebracht als die van het Middel- Ibaar Onderwijs en de Gymnasia ; zo ook -de salariëring.

Volgens deze wet is het nodig, dat, Tvie onderwijzer wil worden, een zodanige algemene ontwikkeling moet hebben als gelijkstaande met die voor andere intellectuele beroepen, dus einddiploma H.B.S., Middelb. Meisjesschool of Gymnasium. Dan volgt een 3-jarige vakopleiding, waarna men volledig onderwijzer is. 't Leek echter de wetgever toch te gewaagd om het evengenoemde einddiploma als toelatingseis tot de kweekschool, of liever als enige toelatingseis te stellen. Met recht kan de vraag gesteld worden, of er dan wel genoeg candidaten zich zouden aanmelden, Im'mers met dit einddiploma kan men zovele kanten uit.

Daarom is een andere regeling getroffen.

De nieuwe kweekschool is verdeeld in 3 leerkringen. De eerste leerkring is toegankelijk voor degenen die het volledig ULO-diploma hebben of daarmee gelijk te stellen ontwikkeling. Dit laatste zal moeten blijken uit een toelatingsexamen.

Deze leerlingen volgen dan de 1ste .leerkring, die 2 jaar duurt en in die 2 jaar is het de bedoeling een ontwikkelingspeil te bereiken, ongeveer gelijkstaande aan het einddiploma 5 j. HBS. -Er wordt dan ook onderwijs gegeveri in de vakken : Nederlands, Frans, Duits, Engels, Gesch., Aardr.-, Natuurk., Wiskunde, Tekenen, Nat. Hist., kortom in •de vakken van de HBS.

Heeft de leerling deze leerkring doorlopen, d.i. dus in normale gevalleij in 2 jaar, dan kan hij de 2de leerkring gaan volgen. Deze is ook toegankelijk voor jongelui.met einddiploma 5 j. HBS, MMS en Gymn.

Nu begint de eigenlijke vakopleiding. Dat blijkt ook uit de leervakken : Paedagogiek. Psychologie, Ned. Taal en Letterkunde, Schrijven, Tekenen, Muziek, Handenarbeid, Lich, Ofening. Benevens Culturele, Maatschappelijke en Didactische vorming.

Hier dus alléén die vakken, die rechtstreeks van belang zijn voor het onderwijs. Geen moderne talen meer. Ook •geen wis- en natuurkunde.

Het eiinddiploma van deze 2-jarige .leerkring verklaart de leerling bevoegd om onderwijs te geven aan een lagere school tot en met het 6e leerjaar. Verder niet. Dus eigenlijk nog een onvolledige bevoegdheid.

Maar er volgt nog een 3de. leerkring, die 1 jaar duurt. Daar omvat het onder- "wijs alleen Paedagogiek en Psychologie, Ned. Taal en Letterkunde en kennis van het Culturele en Maatschappelijk leven. Voorts veel practisch werk en bezoek aan verschillende scholen.

Wie deze leerkring met vrucht heeft doorlop'en, wat blijken moet uit het einddiploma, is volledig bevoegd voor ULO, VGLO en BLO en kan Hoofd ener school worden. De tegenwoordige Hoofdacte zal daarmee vervallen. Natuurlijk pas na een overgangstijd van •«nkelei jaren. Dit ge'ldt ook voor het 'Oude onderwijzersexamen, dat nog in 1956 zal worden afgenomen. Maar dan ook — als inmiddels geen nadere bepalingen volgen — voor 't laatst.

Nu begrijpt u, waarom 1 Sept. a.s. voor de kweekschool een belangrijke datum is. De Ie voorbereidende Ie leerkring is nu afgelopen en de practische 2de leerkring begint voor 't eerst.

U kunt aannemen, dat elke kweekschool-directeur met z'n staf veel werk heeft moeten verzetten om straks alles regelmatig te doen beginnen en verlopen.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 26 augustus 1954

De Waarheidsvriend | 8 Pagina's

Onderwijs

Bekijk de hele uitgave van donderdag 26 augustus 1954

De Waarheidsvriend | 8 Pagina's