Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Een nieuw lied

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een nieuw lied

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

„Het oude is voorbijgegaan, ziet, het is' alles nieuw geworden". II Corinthe 5 vs. 17.

IN deze woorden wijst Paulus op de grote omkeer in het leven van degenen die in Christus hebben leren geloven.

Zo dan, indien iemand in Christus is, die is een nieuw schepsel. In diens hart komen nu andere verlangens dan vroeger. Waar zo iemand voorheen geen lust in had, dat wordt nu zijn zielsvermaak. En de wereld, met al haar betovering, verliest zijn glans voor hem of haar.

Wie Christus waarlijkt kent als zijn. Middelaar en door het geloof met Hem verenigd is, die is door de Geest van Christus wederomgeboren; die kan alleen gelukkig zijn in de nabijheid des Heeren. Die beoordeelt de mensen en omstandigheden anders. Niet meer naar vleselijke, maar naar geestelijke maatstaf, Die begeert te leven voor Christus, die voor ons gestorven en opgewekt is.

Paulus heeft zélf deze grote omkeer in zijn leven meegemaakt. Want eertijds vervolgde hij Christus, doordat hij de gemeente vervolgde. Maar nu schrijft hij in' vs. 14: de liefde van Christus dringt ons.

In het aangezicht van Jezus Christus heeft hij kennis gekregen van de heerlijkheid van Gods deugden.

Van Zijn gerechtigheid - , want (vs. 21) : Dien, die geen zonde gekend heeft, heeft Hij zonde voor ons gemaakt, Van Zijn liefde tevens ; want hij vervolgt in hetzelfde vers : opdat wij zouden worden rechtvaardigheid Gods in Hem. En Paulus weet zich het voorwerp van Gods liefde in Christus. Wat was dat een overgang, toen hij dat leerde geloven ! Want wie zich leert kennen als de voornaamste der zondaren, die verwacht wel Gods rechtvaardige toorn, maar niet Gods liefde te ondervinden. Ik ben Uw gramschap dubbel waardig, is dan de klacht van een verbroken hart.

Maar Paulus heeft het wonder van Gods nederbuigende goedheid ervaren. Door de Heilige Geest is hem de Christus geopenbaard, de Gekruisigde, die tot een vloek is geworden, opdat een vloekwaardig zondaar van de vloek zou verlost worden en delen in Gods zegeningen in Christus.

Paulus heeft Hem met de armen des geloofs leren omhelzen. Welnu, dat was het grote wonder, de wonderheerlijke overgang, waarop hij het oog heeft, wanneer hij in de tekst zegt: het oude is vooribijgegaan, ziet, het is alles nieuw geworden.

Het oude is voorbijgegaan : daar tobben juist zoveel mensen over. Dat het oude voorbij gegaan is ; en dat we het nooit meer kunnen terug halen ; dat we de blijde dingen niet meer kunnen terughalen, maar dat we óok de droeve, de verkeerde dingen uit ons leven niet meer over kunnen doen.

Hoe menigeen zegt het bij zichzelf: kon ik het nog maar eens overdoen! En dan ziet zo iemand op datgene, dat hij in z'n leven bedorven heeft; en dat hij misschien in het leven van anderen kapot gemaakt heeft.

Dat kan zoveel zijn. In de jeugd leven we er vaak over heen. Maar we zijn albedervers van nature. Niet alleen werken we dan blindelings voort aan, ons eigen verderf; niet alleen vergaderen we onszelf toorn als een schat, maar door ons zondig hart en zondig begeren kunnen we zo licht iets onherstelbaar in anderer leven verwoesten. Misschien is er wel iemand onder de lezers, die hier even het blad neerlegt en nadenken moet over de zonde in eigen leven, en het verdriet dat daardoor in anderer leven is aangebracht. Qude wonden doen opnieuw pijn.

""En nu: het oude is voorbijgegaan! Kon ik het nog maar eens overdoen, zucht iemand in stilte voor zich heen — dan zou ik het anders doen! Maar op hetzelfde ogenblik weet u het: ik kan het niet meer overdoen ; het oude is voorbijgegaan.

Maar weet u óok al, geleerd op de leerschool des Geestes, dat u het er toch niet beter af zou brengen, ook al zoudt u uw leven kunnen overdoen ? Hebt u gezien, dat uw hart — zonder wederbarende genade — 't zelfde blijft, óok al zoudt u van voren afaan kunnen beginnen?

Het oude is voorbijgegaan. Paulus denkt hier terug aan zijn eigen verleden. Wat is dat een donker verleden geweest! Hij heeft de gemeente Gods, hij heeft de Christus zelf vervolgd. Wat heeft hij bij vele families een doodsangst en peilloze smart gebracht, doordat hij de gelovigen vervolgde. Ziende op dat oude, zegt Paulus : ik, de voor­naamste der zondaren. Doch, Gode zij dank, óok: mij is genade bewezen.

Hij is door de Heere neergeworpen, zodat hij z'n zonde moest belijden, zodat hij wist rechtvaardig verloren te zijn. Maar hij heeft óok ervaren hoe grondeloos diep de genade van Christus reikte. Want de Heere heeft hem alles vergeven. Dat Paulus zulk een briesende leeuw geweest was tegen Christus en Zijn Kerk, het is hem alles vergeven. En zo mag Paulus nu terugdenken aan het verleden.

Dat is het oude. Maar gelukkig, het oude dat voorbijgegaan is. Voor eeuwig voorbij. O, welk een rijkdom! Want het is zó voorbijgegaan, dat het verzoend is ; dat de schuld er uit is weggenomen en door Christus aan het kruis gedragen.

Zo ligt er in de woorden van Paulus een diepe blijdschap : het oude is voorbijgegaan !

Lezers, hoe is dat bij u? Hoe staat u tegenover het oude ? Misschien denkt u wel met heimwee terug aan het oude; aan uw onbezorgde jeugd. Kon ik het nog eens even meemaken, het oude en vertrouwde! Kon ik nog eens even zitten bij mijn lieve ouders !

Toch komen we daar niet verder mee. Denkt u ook wel eens aan de zonden van het oude ? Is die u tot smart geworden? Dan moeten we ons in zo menig opzicht schamen voor God over het oude. Dan zien we steeds meer dingen, waardoor we Hem vertoornd hebben.

Als het zo bij u is, dan nodigen we u dringend uit om tot Christus te komen. Blijf niet ver van Hem. We mogen Hem toch prediken, zoals Paulus het deed: Christus en Dien gekruisigd. En wie met z'n nood en zonde tot Hem komt, zal ervaren hoe groot de liefde van God is voor een verloren mens. U zult ervaren dat uw zonde niet te groot is, maar dat er om het zoenoffer van Christus vergeving bij God voor u is.

U zegt: er is in mijn leven zoveel gebeurd ; daar is geen vergeving voor! Maar dan mogen we u zeggen : niemand kan te zondig zijn, of hij kan nog gereinigd worden.

En dat is nu juist het wonder, waar Paulus ons op wijzen wil in onze tekst. Vandaar het woordje „ziet". Ziet, - het is alles nieuw geworden!

Beziet het toch eens aandachtig: het is een wonder!

Het is iets dat we niet verklaren kunnen, Gods genade in Christus is ondoorgrondelijk. En toch mag Paulus, de eertijds briesende leeuw, in deze genade delen. Ziet, het is alles nieuw geworden ! Hij zingt het mee, het nieuwe lied:

de schuld Uws volks hebt G' uit Uw boek gedaan;

ook ziet Gij geen van hunne zonden aan.

God wil juist in de verlossing van een zondaar bewijzen hoe groot Zijn genade is. En hoe groter zondaar u zijt, die in verslagenheid tot Christus komt, en zich aan Hem overgeeft, hoe meer God er in verheerlijkt wordt.

, , Waar de zonde meerder geweest is, daar is de genade veel meer overvloedig geweest".

U zult geen verwijt van Zijn lippen horen. Maar genade is op Zijn lippen uitgestort.

Zo zijn wij dan gezanten van Christus' wege, alsof God door ons bade wij bidden van Christus' wege: laat u met God verzoenen.

Door het geloof in Christus alleen zeggen wij het Paulus na: het oude is voorbijgegaan, zie, het is alles nieuw geworden. Dan is het nieuwe leven in ons, dat uit Christus is. Dan is alles nieuw. Dan strekt zich voor ons uit een nieuwe toekomst, waar alles bestraald wordt door Gods vriendelijk aangezicht.

Dan wordt de angst en de wroeging over het oude weggenomen. Dan mogen we ons verblijden in Zijn liefde.

Dan is de nieuwe begeerte in ons hart om ons leven als een dankoffer Hem te wijden.

Dan genieten we met Paulus wel een voorsmaak van hetgeen God bereid heeft voor degenen die Hem vrezen, zoals Paulus in vers 1 zegt: want wij weten, dat, zo ons aardse huis dezes tabernakels gebroken wordt, wij een gebouw van God hebben, een huis niet met handen gemaakt, maar eeuwig in de hemelen.

Ja, er is nog meer.

Eens zullen allen, die in Christus met God verzoend zijn, mogen binnengaan de heerlijkheid van het nieuwe Jeruzalem.

Lees maar na Openb. 21 : 4 en 5 : en God zal alle tranen van hun ogen afwissen ; en de dood zal niet meer zijn, noch rouw noch gekrijt, noch moeite zal meer zijn ; want de eerste dingen zijn weggegaan.

En die op de troon zat, zeide : Zie, ik maak alle dingen nieuw!

Dan is het woord van onze tekst ten volle vervuld: het oude is voorbijgegaan ziet, het is alles nieuw geworden.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 7 juli 1955

De Waarheidsvriend | 8 Pagina's

Een nieuw lied

Bekijk de hele uitgave van donderdag 7 juli 1955

De Waarheidsvriend | 8 Pagina's