Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Apocriefe Boeken

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Apocriefe Boeken

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wie onder ons de Nederlandse Geloofsbelijdenis kent, niet alleen bij name maar óok wat de inhoud betreft, weet dat er in het 6e artikel van dit schone kerkelijke stuk iets te lezen staat over het bovengenoemde onderwerp. In de beginartikelen van onze belijdenis gaat het over de Heilige Schrift als het middel, waardoor wij God kennen. Klaarder en volkomener dan door het boek der schepping geeft Hij Zich te kennen door Zijn heilig en goddelijk Woord. Van dit Woord Gods zegt artikel 3, dat het „niet is voortgebracht door de wil eens mensen, maar de heilige mensen Gods, door de Heilige Geest gedreven zijnde, hebben het voortgebracht", zoals de heilige Petrus schrijft. Door Zijn bijzondere zorg die God draagt voor ons en onze zaligheid, heeft Hij de profeten en apostelen geboden Zijn geopenbaard Woord bij geschrift te stellen en daarom noemen wij zulke schriften heilige en goddelijke schrifturen.

In artikel 4 zijn de canonieke boeken der Heilige Schriftuur vermeld, en zo lezen we daarin de lijsten van de bijbelboeken van het Oude en Nieuwe Testament. In artikel 5 wordt beleden, dat het gezag van deze bijbelboeken, waarvan wij de inhoud zonder enige twijfeling geloven, niet rust in het gezag der Kerk, , maar rust in het getuigenis, dat de Heilige Geest geeft in onze harten, dat ze namelijk , , van God zijn", waarbij ook de uitkomst van de goddelijke voorzeggingen de waarheid van Gods Woord bevestigt.

Nu volgt op deze artikelen een zesde, dat handelt „Over het onderscheid tussen de canonieke en apocriefe boeken". Dit artikel luidt als volgt:

, , Wij onderscheiden deze heilige boeken van de apocriefe, als daar zijn: het derde en vierde boek van Ezra, het boek Tobias, Judith, het Boek der Wijsheid, Jezus Sirach, Baruch, hetgeen bijgevoegd is tot de historie van Esther, het gebed der drie mannen in het vuur, de historie van Suzanna, van het beeld Bel van de Draak, het gebed van Manasse en de twee boeken der Maccabeeën. Dewelke de Kerk wel lezen kan en daaruit ook onderwijzingen nemen, voor zoveel als zij overeenkomen met de canonieke boeken; maar zij hebben zulk een kracht en vermogen niet, dat men door enige getuigenis van deze enig stuk des geloofs of der Christelijke religie zou kunnen bevestigen; zover is het vandaar, dat ze de autoriteit van de andere heilige boeken zouden vermogen te verminderen".

Een probleem.

Historisch ligt hier in de Kerk het probleem, of de genoemde boeken te rekenen zijn tot de verzameling der heilige en goddelijke schrifturen — of ze, , hoewel van enigszins minder aanzien, toch te erkennen zijn als goddelijk en canoniek, — of dat ze zonder meer als menselijke geschriften moeten worden aangemerkt en dus gelezen moeten worden met een onderscheidend oordeel, dat de toets aanlegt van de leer der Schriften naar de canon, die genoemd is in artikel 4 onzer belijdenis. We weten reeds, dat de Kerk der Reformatie ten deze geen onzeker geluid heeft laten horen.

Maar wie de kerkhistorie op dit punt nagaat, komt de tegenstelling tegen met Rome, die aan de apocriefe boeken vasthoudt als aan boeken met goddelijk gezag. De aanhanger der belijdenis zal nu willen weten, op welke gronden de verwerping der apocriefe boeken berust. Want al is het, dat artikel 6 van deze boeken zegt: , , Dewelke de Kerk wel lezen kan, en daaruit ook onderwijzingen nemen", hetzelfde artikel zegt verder, dat men door enig getuigenis uit de apocriefe boeken geen geloofsstuk kan bevestigen en nog veel minder kan bestrijden of verzwakken. De apocriefe, boeken moeten onderworpen worden aan het gezag der canonieke, zoals dit het geval is met alle geschriften van menselijke oorsprong.

Het spreekt vanzelf, dat wij bij de overweging van dit vraagstuk dus staan voor de vraag naar de vaststelling van de canon en zo nemen wij ons dan voor over de , , canongeschiedenis" een en ander mee te delen. Maar om dat met enige vrucht te kunnen doen, is het nodig eerst over de apocriefe boeken wat naders te vertellen.

Waar komen ze vandaan ?

Sedert omstreeks de derde eeuw voor Christus is een Griekse vertaling ontstaan van het Oude Testament, omdat de grondtaal van het Oude Testament voor zeer velen onbekend begon te worden. Deze vertaling wordt genoemd de Septuaginta (waarover later) en in deze vertaling waren behalve de boeken, die bij ons bekend zijn als de boeken van het Oude Testament, ook opgenomen de boeken, die opgesomd worden in het zesde artikel van de belijdenis. In deze vertaling, waarvan de verspreide Joden zich bedienden, lazen ook verreweg de meeste christenen van de eerste Kerk. Ook de oude Latijnse Bijbelvertaling, de zogenaamde Vulgata, die nog steeds bij de Roomse Kerk in gebruik is en in deze Kerk volkomen gezag heeft, staan dezelfde boeken als in de Septuaginta, dus de canonieke en de apocriefe. Het is zo te begrijpen, dat de christenen der eerste eeuwen gewend waren aan deze „apocriefe" boeken. Ze genoten in vele streken en in vele kringen groot aanzien. De Roomse Kerk heeft op het concilie van Trente de banvloek uitgesproken over iedereen, die het waagde te twijfelen aan de canoniciteit van deze toevoegingen.

De naam.

Het woord „apocrief" betekent „verborgen". Men kan iets verbergen, omdat het van zeer grote waarde is. Of, omdat het van gevaar is. In deze laatste betekenis werd het woord apocrief inde oude Christelijke Kerk al spoedig toegepast op heel wat geschriften, die in omloop waren en die zich een plaats trachtten te verwerven naast de boeken van het Oude en Nieuwe Testament. Allerlei schrifturen, die verbreid werden, waren van onbekende oorsprong ; men kende de schrijver niet en dus werden zij het vertrouwen niet waardig geacht. Of zij waren uitgegeven op een valse naam, om onder gezag van, een aanzienlijk schrijver ingang te vinden. Of de inhoud ervan was duidelijk van een gehalte, dat twijfel wekte aan hun geloofwaardigheid.

Het zal ons blijken, dat al deze redenen aanwezig zijn met betrekking tot wat wij , , de" apocriefe boeken noemen. Daarom lijkt het nuttig, eerst over de afzonderlijke boeken iets mee te delen.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 24 november 1955

De Waarheidsvriend | 8 Pagina's

De Apocriefe Boeken

Bekijk de hele uitgave van donderdag 24 november 1955

De Waarheidsvriend | 8 Pagina's