Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

ONS BEZWAAR TEGEN DE WERELDRAAD VAN KERKEN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

ONS BEZWAAR TEGEN DE WERELDRAAD VAN KERKEN

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Misschien zullen alle lezers van De Waarheidsvriend niet eens weten, dat. er een Wereldraad van Kerken bestaat.

Inderdaad is er een Wereldraad van Kerken. Alle kerkeraden in onze Ned. Herv. Kerk krijgen van tijd tot tijd het verzoek om voor het werk van die Raad een collecte te houden. Ook onze Ned. Herv. Kerk heeft zich namelijk bij die Wereldraad aangesloten.

De Gereformeerde en Christelijk Ger. Kerken en de Gereformeerde Gemeenten hebben zich echter daarbij niet willen aansluiten.

De Gereformeerde Bond is geen kerk, maar slechts een vereniging van mensen, die de gereformeerde belijdenis lief hebben. De Gereformeerde Bond kan zich uit de aard der zaak niet als kerk bij de Wereldraad van Kerken aansluiten, gesteld al dat hij daartegenover sympathiek stond.

Helaas kan hij de kerkeraden van onze bondsgemeenten in de Ned. Herv. Kerk ook niet opwekken om het werk van die Wereldraad van Kerken financieel te steunen. Want de Gereformeerde Bond kan zich onmogelijk stellen achter de oecumenische gedachten, die door die Wereldraad worden verbreid. Op zich zelf genomen is dit zeer te betreuren.

Wat is het een mooie gedachte, om te zoeken alle christelijke kerken over de hele wereld tot één groot lichaam samen te verenigen.

Het ongeloof trekt in deze twintigste eeuw op als één machtige phalanx tegen de Kerk van Christus.

In de haat tegen het kruis van Christus leggen vele wereldlingen een krachtige eenheid aan de dag.

Waarom zouden dan ook de christelijke kerken zich niet aaneensluiten tot één machtig front ? Zou er dan ook op het wereldgebeuren van onze tijd door zulk een samenwerking van kerken niet een machtige invloed kunnen Aworden uitgeoefend, zodat de wereld de kracht des Evangelies zou opmerken.

Ja lezers, zo zou het moeten zijn. Maar helaas moeten we van die Weleldraad van Kerken hetzelfde zeggen, wat we in enkele vorige artikelen ook hebben gezegd van onze Hervormde Kerk, dat het kompas, waarop men vaart geen veilige koers aanwijst.

Hij spreekt uit, dat , , Jezus Christus God en Zaligmaker is" en bedoelt te zijn een , , bevestiging van de incarnatie en de verzoening".

Maar hieraan voegt de Wereldraad onmiddellijk toe, dat de uitleg van deze grondslag voor de verantwoordelijkheid der deelnemende kerken blijft. De kerken worden daarin geheel vrij gelaten.

Door de Remonstrantse Broederschap in Nederland was bij de Wereldraad kritiek uitgeoefend op de uitdrukking , , God" van de basisformule.

Men wilde het woord , , God" vervangen door , , Heer".

Nu zullen de lezers van De Waarheidsvriend misschien hebben verwacht, dat de secretaris van de Wereldraad dr. Visser 't Hooft zou hebben geantwoord, dat een kerkgemeenschap, die de Godheid van Christus aantast of verwerpt, niet in de Wereldraad thuis hoort.

Neen lezers, het antwoord luidde, dat de Raad de uitlegging van de bewoordingen van de grondslag overgelaten had aan de verantwoordelijkheid van de deelnemende kerken.

Het is dan ook te begrijpen, dat de Wereldraad weigert om zijn eigen basis een belijdenis te noemen.

Bij een dergelijke vrijheid blijft ervan een pilaar en vastigheid, hetwelk toch het beeld der Kerk in deze wereld moet wezen, weinig of niets over.

Het is die Wereldraad meer te doen om de waarheid van de eenheid, dan om de eenheid van de Waarheid.

Dr. L. Praamsma, die pas benoemd is tot voorzitter van de Organisatie tot bevordering van het werk van de Internationale Raad van Christelijke Kerken in Nederland, heeft zich de moeite getroost om na te gaan, wat verschillende vooraanstaande mannen uit de oecunienische beweging van de Wereldraad van Kerken hiervan hebben gepubliceerd.

De gegevens, die nu volgen, ontleen ik aan zijn werk, getiteld : „De belijdenis in de crisis", blz. 91 v.v.

Bij zijn beschouwingen over de oecumenische relativiteitstheorie van de Amerikaanse methodist Oxnam, voorzitter van de daar aanwezige, afdeling van de Wereldraad van Kerken, komt hij tot de conclusie, dat diens verregaande relativiteitstheorie niet alleen het gezag van Schrift en Belijdenis opheft, maar ook het Christelijk geloof aantast in zijn wezen.

Hij citeert het werk van Oxnam, hetwelk in 1932 verscheen: Varieties of present-day preaching. (Verscheidenheden van hedendaagse prediking).

Het behelst de toespraken, door onderscheiden predikers gehouden op de 4de preekconferentie van Boston in '31. Daar waren aanwezig vogels van diverse pluimage, o.a. een unitarische dominee en een rabbi.

Van dit gezelschap zegt bisschop Oxnam •

, , Er was verscheidenheid van methode, maar overeenstemming in getuigenis. De sprekers verschilden, zoals dat met krachtige persoonlijkheden het geval is, maar zij waren verenigd in het ontlenen van hun kracht aan de Persoonlijkheid van kracht", (blz. 7).

En daarna: , , Mannen, die gekozen waren om verscheidenheden te openbaren hebben hun fundamentele eenheid gedemonstreerd. Jood en heiden, unitariër en methodist, congregationalist en presbyteriaan, spreken een gemeenschappelijke taal".

Het zal u duidelijk wezen, dat het bisschop Oxnam meer te doen is om de waarheid van de eenheid, dan om de eenheid van de waarheid.

Dat de ondervoorzitter van de Wereldraad van Kerken bisschop Oxnam, in 1944 er nog net zo over dacht, moge blijken uit het in dat jaar verschenen werk: Preaching in a revolutionary age. (Prediking in een revolutionaire oeuw).

Dr. Praamsma noemt enkele voorbeelden. Oxnam schrijft:

, , Overtuigingen moeten worden tot levenshouding, het Woord moet vlees worden".

Verder :

, , En Ik, wanneer Ik verhoogd zal zijn, zal ze allen tot Mij trekken", waarvan bisschop Oxnam de volgende verklaring geeft: , , De kracht van een machtige herinnering is dikwijls groter dan de invloed van iemand, die onder ons woont, maar weigerde voor ons te sterven".

Hoor verder bij Oxnam de symboliek van het Heilig Avondmaal :

, , Is dat de tafel van de gemeenschap met Christus en van de vergeving der zonden? "

, , Stellig waren brood en wijn een oproep voor vrijwilligers, dapper genoeg en goed genoeg om lichaam en bloed te offeren voor de vrijmaking der mensheid".

Verder wijst dr. Praamsma op Henry P. van Dusen, president van de Union Theological Seminary en voorzitter van onderscheiden commissies van de Wereldraad.

Vroeger schreef hij al, dat alle grote theologieën, Oosters of Westers, Reformatorisch of Modern, slechts een tijdelijk en door omstandigheden bepaald karakter hadden. In zijn jongste boek, hetwelk in 1950 verscheen, The coming of the age ol Christianity, schrijft hij : De kwesties, waarover verschil is tussen de kerken en die ze van elkaar gescheiden houden, zijn niet die van grote' fundatnpu'ele geloofswaarheden, die de Christenen belijden aangaande God, de wereld, de mens, Christus, de verzoening, onsterfelijkheid. Inderdaad zijn er vele verschillen van overtuiging in verband met deze onderwerpen en ze zijn dikwijls diep en scherp gemarkeerd. Op de conferentie van Edinburgh, 1937, werden al deze zaken van fundamenteel theologisch geloof samengebracht onder een enkel hoofd en de conferentie gaf in de inleiding hierop deze eenparige uitspraak :

Wij zijn het eens met de volgende verklaring en erkennen, dat er in verband met dit onderwerp geen grond is om verdeeldheid onder de kerken te handhaven.

Nu richten we de blik naar Engeland, naar bisschop Stephen C. Neill, assistent bisschop van de aartsbisschop van Canterbury en geassocieerd generaal-secretaris van de Wereldraad.

Hij schreef in het boven geciteerde boek , , The coming of age of Christianity" een bijdrage over „De eenheid der kerken".

Hij zet uiteen, dat de volle rijkdom van het evangelie nooit door een menselijke geest kan worden uitgeput en dat er waarlijk ketterij in de kerk geweest is, maar dat deze ketterij ook kan worden gezien als het te zeer benadrukken van een bepaalde waarheid : Atnanasius ging ver boven Arius uit, en toch kan aan het protest van Arius zekere waarde niet worden ontzegd ; zo staat het ook met de verhouding Augustinus- Pelagius. Aan de Roomse kerk en ook aan de kerken van de Reformatie, aan de Vrije kerken en aan het Leger des Heils, wijdt Neill vriendelijke woorden en zegt dan : Geen kerk kan beweren het monopolie te hebben van de genade Gods of van de Christelijke heiligheid. Geen kerk kan beweren de gelijkenis van de ene Christus in al zijn volheid te hebben geopenbaard. — is het nu niet mogelijk, dat, als al die kerken tot één vergaderd w, aren, de rijkdommen van allen zouden vermeerderd worden door de bijdrage van ieder en dat de werking van God in de kerk kon worden bevrijd van de beperkingen, die de onredelijkheid en blindheid van mensen in haar hebben aangebracht".

Neill is dan ook van mening, , , dat in de Wereldraad een onvervalst wereldomvattend Christendom tot openbaring gekomen is".

In Frankrijk schrijft Elie Gounellfe: , , Men zou aan allen in een universele kerk niet de dwalingen en bijgelovigheden van de letterlijke Schriftinterpretatie op kunnen dringen. Wij weten dat de leiders van de Oecumenische beweging de heilige rechten respecteren van de wetenschappelijke en historische kritiek".

Een pionier van de Oecumenische beweging in Frankrijk, ds. Bertrand, verklaarde : , , De evangelische Christenheid 'Zegt niet , als Rome : Laat uw dogma's, uwe eredienst en uw denkvormen los en neemt de mijne aan", maar ze zegt: , , Laat uw meningen los ten aanzien van de absolute waarde van dogma's en eredienst, om met mij hun betrekkelijke waarde vast te stellen".

Wat we boven schreven, wordt door al deze uitspraken bevestigd. Het gaat meer om de waarheid van de eenheid, dan om de eenheid van de waarheid.

Ziehier dan ook ons hoofdbezwaar tegen het standpunt van de Wereldraad der Kerken.

We komen thans tot de conclusie : Mogen we onze gereformeerde kerkeraden en alle afgescheidene kerken, die wensen te staan op de grondslag van de Heilige Schrift en de Ned. Geloofsbeledenis, adviseren om zich aan te sluiten bij die Wereldraad.

Dat kan en dat mag niet.

Ons is al menigmaal toegevoegd, dat we als Bonders de dingen veel te weinig oecumenisch aanvoelen.

Bij ons stellen we echter de waarheid boven de eenheid. Alle eenheid, waarbij de waarheid in het geding komt, is geen echte eenheid, maar een valse eenheid.

Of het dan niet broodnodig is, dat de Christenbelijders over het rond der aarde zich met elkaar verenigen zullen?

De communisten laten het telkens door de aether weerklinken: Proletariërs van alle landen, verenigt u !

Het is stellig de taak van de Christenen van alle landen, om zich te verenigen en zich te scharen rondom de kruisbanier van Koning Jezus.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 31 januari 1957

De Waarheidsvriend | 8 Pagina's

ONS BEZWAAR TEGEN DE WERELDRAAD VAN KERKEN

Bekijk de hele uitgave van donderdag 31 januari 1957

De Waarheidsvriend | 8 Pagina's