Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

ONZE CATECHISMUS (1)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

ONZE CATECHISMUS (1)

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

In januari 1963 zal het vierhonderd jaar geleden zijn, dat de catechismus in Heidelberg, de universiteitsstad in het keurvorstendom De Paltz in Duitsland, voor het eerst verscheen. We zouden ons schuldig maken aan veronachtzaming van de zegeningen des Heeren jegens Zijn Kerk, indien wij dit feit ongemerkt zouden laten voorbijgaan, daar in dit leerboek de Heere toch een heerlijke schat aan de reformatorische kerken — vooral ook in ons vaderland — geschonken heeft.

Er is niet zonder reden gesproken van „de eeuwige jeugd van Heidelberg". Onze catechismus heeft inderdaad iets onvergankelijks in zich. Dat kan ook niet anders, wijl hij op onnavolgbare wijze de rijkdommen van Gods Woord en het leven van Gods Kerk vertolkt. Geen bespiegeling geeft hij, maar getuigenis uit het hart, vaak met de eigen woorden van de Heilige Schrift. Gods Gemeente heeft dan ook telkens weer in dit schatboekje haar geloof horen vertolken.

Het kan alleen maar tot grote schade van de kerk en het persoonlijk geloofsleven zijn, als de kennis van dit leerboek gaat verminderen. Meer dan ooit hebben we in onze dagen van geestelijke verwarring zijn onderwijs nodig.

De redactie heeft mij gevraagd om in een reeks artikelen de catechismus op eenvoudige wijze te behandelen. Graag heb ik daaraan gehoor gegeven. Uitleg van de catechismus is immers de beste wijze, waarop we de gedachtenis van het vierhonderdjarig bestaan van de catechismus kunnen vieren.

Vooraf willen we iets vertellen over zijn ontstaan.

De hervormers gevoelden grote behoefte aan een leerboek om het volk in de zuivere leer der Schriften te onderrichten. Want er was in de reformatorische gemeenten een grote onkunde. Velen van hen hebben zich dan ook de moeite getroost om een eenvoudig leerboekje samen te stellen. Luther gaf er zelfs twee uit: zijn kleine en zijn grote catechismus. Verder verscheen er een catechismus van de hand van Oecolampadius, Calvijn (de catechismus van Geneve), a Lasco en Bullinger.

Merkwaardig is, dat een catechismus vóór de tijd van de hervorming een onbekende grootheid was. De roomse kerk heeft de kunst van de reformatoren afgekeken en kwam zo tot haar uitgave van de „catechismus romanus".

Het woord „catechismus" heeft een zinvolle inhoud. De Griekse woorden, waarvan dit woord is afgeleid, duiden op de stem, die van boven naar beneden klinkt. De Kerk geeft niet een leer van beneden, maar vertolkt de reine leer der openbaring Gods. Daarom is de catechismus niet een papieren paus, zoals hij wel smalend genoemd is. Hij heerst niet over de Heilige Schrift. Maar hij wil niet anders dan de openbaring Gods laten doorklinken. Zo kent, waardeert en gebruikt de Kerk haar catechismus. En wie anders heeft het recht om over de catechismus te oordelen dan zij.

Maar nu dan de geschiedenis van onze Heidelberger. Daartoe moeten we ons in de geest vier eeuwen terug verplaatsen in het gebied van keurvorst Frederik III van de Paltz. Deze vorst heeft een zeer groot aandeel gehad in de wording van dit leerboekje. Vanzelf komen ons nu ook terstond twee andere namen te binnen, die altijd in één adem met de catechismus genoemd worden, n.l. Zacharias Ursinus en Caspar Olevianus. We zullen met alle drie wat nader kennis maken. Om enig inzicht te verkrijgen in de politieke en kerkelijke omstandigheden, waaronder de catechismus is ontstaan, vestigen we eerst uw aandacht op de genoemde keurvorst.

In het keurvorstendom De Paltz had reeds sinds 1546 de reformatie ingang gevonden, overwegend in lutherse geest. Van het begin af werden er in de reformatorische kerk echter ook volgelingen van Melanchton en Calvijn gevonden. Dat gaf nog al eens aanleiding tot grote spanningen. Juist in het jaar, in het begin waarvan Frederik de keurvorstelijke titel had geërfd, 1559, ontbrandde een heftig conflict tussen lutheranen en calvinisten. Te vergeefs trachtte de keurvorst te bemiddelen.

Een en ander heeft deze godvrezende vorst er toe gebracht zichzelf in de theologische vragen te verdiepen. Frederik had reeds in 1546 de beslissende keus voor zijn leven mogen doen. In dat jaar sprak hij zich openlijk voor de hervorming uit. En dat was voor hem geen politieke stap, maar een volle geloofsbeslissing. Sinds negen jaar was hij getrouwd met Maria van Brandenburg, die van jongsaf bij de reformatorische belijdenis in lutherse geest was opgevoed en een oprechte christin was. Zij wist haar naar waarheid dorstende gemaal, die groot geworden was in een strengroomse omgeving, te bewegen tot een nauwgezet en ijverig lezen van de Heilige Schrift en mocht hem spoedig winnen voor de leer van Luther. In 1546 werd Frederik dan van nachtdiscipel dagdiscipel. Met innerlijke vreugde en tot verdieping van zijn geloofsleven heeft hij de smaad om Christus wille mogen dragen. Hij viel in ongenade bij zijn vader; zijn toch al voor zijn snel groeiend gezin nauwelijks toereikende inkomsten werden ingekort. Daarbij kwamen zware beproevingen in zijn gezinsleven. Zijn oudste dochter stierf in 1553 en een veel belovende zoon verdronk in 1556 bij Bourges in de Loire. Alles moest dienen om Frederik en zijn gemalin in hun Godsvertrouwen en evangelische overtuiging des te vaster te funderen. Beider leven werd verdiept. En allereerst wist hij zich als regerend vorst geroepen de reformatie in zijn gebied te bevorderen. Dat zag hij als de hem door God opgedragen levenstaak.

Zoals gezegd, hield Frederik zich daarbij in de eerste tijd aan de lutherse leer. Doch de conflicten, die telkens tussen luthersen en gereformeerden ontbrandden, noopten hem tot bezinning. Het bracht hem tot studie en gebed. Bij de overweging van de vragen, die zich voordeden aangaande het Heilig Avondmaal, ging tot hem in, dat hij — zoals hij het zelf uitdrukte — als „arme eenvoudige leek" evengoed als de geleerdste doctoren mocht rekenen op de bijstand van de Heilige Geest. Dagen en nachten bracht hij door, gebogen over de Heilige Schrift en theologische werken, waardoor hij zich een theologische kennis eigen maakte, die velen met diepe bewondering vervulde. Hij werd daarbij echter steeds dichter gebracht bij de gereformeerde belijdenis, zowel betreffende het Avondmaal als in het algemeen, hetgeen van lutherse zijde met bezorgdheid werd waargenomen. Ook zijn gemalin Maria meende hem te moeten waarschuwen. Niets kon hem echter zijn onder biddend studeren gewonnen inzichten doen prijsgeven, en in 1561 sprak hij zich openlijk voor de gereformeerde belijdenis uit. Later heeft hij Maria ook geheel voor zijn geloofsopvattingen mogen winnen. Voor haar, in wie God hem zo'n grote zegen geschonken had, mocht hij op zijn beurt weer ten zegen zijn.

Aan zijn universiteit beriep hij nu uitgesproken gereformeerde theologen, waaronder de reeds genoemde Olevianus en Ursinus. Het kerkelijk leven ontving een gereformeerd karakter. Beelden der heiligen, misgewaden en doopvonten werden uit de kerken verwijderd; het altaar werd vervangen door de eenvoudige avondmaalstafel. Bij de bediening van het Heilig Avondmaal werd het breken des broods ingevoerd. Zelfs de orgels moesten het lootje leggen.

In verband met ons onderwerp is belangrijk, dat Frederik zich terstond beijverde een leerboek te verkrijgen tot onderwijs van de jeugd en om te dienen als een vaste leernorm. Daartoe droeg hij aan de Heidelbergse theologen, waaronder wel als eersten Ursinus en Olevianus, op een dergelijk geschrift op te stellen. En daarmee was het geboorte-uur van onze catechismus nabij gekomen.

In een volgend artikel hoop ik u te brengen bij zijn wieg.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 december 1962

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's

ONZE CATECHISMUS (1)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 december 1962

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's