Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

EEN VREEMDE GANG VAN ZAKEN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

EEN VREEMDE GANG VAN ZAKEN

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Rond de voordracht van dr. K. Strijd, als opvolger van prof. dr. E. L. Smelik, heeft zich, achter de schermen, blijkbaar het een en ander afgespeeld. Iets daarvan sijpelt door in de berichten; genoeg om bevreemding te wekken. Wat toch is het geval?

Prof. dr. E. L. Smelik legde zijn ambt als kerkelijk hoogleraar aan de Gem. Universiteit van Amsterdam neer. Om in deze vacature te voorzien, nodigt de Faculteit de Generale Synode uit, aan haar voorstellen te doen omtrent een met redenen omklede voordracht, houdende de namen van 3 personen voor elke vacature met omschrijving van de hun te verstrekken leeropdracht.

Volgens de bepalingen van de Kerkorde, doet de commissie voor het theologisch hoger onderwijs de Generale Synode een aanbeveling met tenminste drie namen toekomen. Deze aanbeveling staat ter overweging van de vergadering, zij is daar uiteraard niet aan gebonden: de commissie voor het theologisch hoger onderwijs is een commissie van bijstand. Haar aanbeveling is een deel van het kerkelijk beraad, dat nog voortduurt.

Nu is de voordracht van de - commissie, waarop, na overleg met de faculteit, dr. K. Strijd als eerste was geplaatst, niet door de Generale Synode overgenomen, hetgeen haar goed recht is. Op haar voordracht stond prof. dr. R. Bijlsma, als eerste. Dit is, o.a. aan de studenten in Amsterdam bekend geworden. Er is dus óf uit de commissie, óf uit de synode, mededeling gedaan, van wat onderling beraad was. De studenten hebben toen handtekeningen verzameld, om de — bij gerucht vernomen — voordracht van dr. K. Strijd te steunen. Dit is om twee redenen te laken. Allereerst: dat bij gerucht vernomen. Vervolgens, de actie, die buiten de betrokken instantie's om gevoerd werd. Hierdoor is tevens een precedent geschapen: studenten oefenen druk uit op de commissie en op de synode om een hun welgevallig kerkelijk hoogleraar benoemd te zien. Zou van deze actie, de voorkeur van de faculteit soms de motor zijn, die van meet af sterk voor dr. K. Strijd geporteerd was. In dit stadium zijn de dingen dus al scheef. Want het is goed en aangenaam voor God onze zaligmaker. Welke zijn de bezwaren die de faculteit oppert? Speelt de modaliteit mee? Moet de Amsterdamse faculteit een bepaald stempel dragen, en is daar alleen maar plaats voor „progressieve" hoogleraren. Progressief, dan duidelijk politiek of pacifistisch gekleurd!

De Synode is blijkbaar door de knieën gegaan. Zij heeft, in dezelfde samenstelling, in een volgende vergadering dr. K. Strijd als eerste op de voordracht geplaatst, hoewel ze dat de eerste keer geweigerd had. Daarmee heeft zij het initiatief van deze benoeming uit handen gegeven, onder pressie van de faculteit, die hier een beslissende rol gaat spelen! Prof. dr. R. Bijlsma, had zich intussen teruggetrokken. Geen wonder. Hij was het touwtrekken moe, al zal de gang van zaken hem pijnlijk getroffen hebben.

Was de Synode niet gezwicht voor de druk, die vanuit Amsterdam op haar werd uitgeoefend, en had ze prof. dr. R. Bijlsma gehandhaafd, heeft dan de faculteit het recht de voordracht niet door te sturen naar de curatoren? Dan zou het recht van benoeming in feite berusten bij de faculteit!

Dat is dan een kwalijke regeling. De faculteit bestaat voor de helft uit hoogleraren, die niet tot de Ned. Hervormde Kerk behoren! Zij zouden een kerkelijk hoogleraar kiezen naar hun smaak. Bovendien is de faculteit geen kerkelijk lichaam. De kerk, zou dan van de universiteit, in dit geval de stedelijke universiteit, afhankelijk zijn. Dat is van de stad, van de staat. De vrijheid die de Kerk bij de wet van 1877 geschonken is, wordt dan in Amsterdam niet gehonoreerd. Misschien een reden om deze hele regeling te herzien?

De vreemde gang van zaken, hierboven geschetst, is in hoge mate bedenkelijk, voor de vrijheid der Kerk, voor het recht van de Generale Synode tot benoeming en ontslag van de kerkelijke hoogleraren, en voor de vorming van de dienaren des Woords!

Als de faculteit hier het eerste en het laatste woord heeft, is het recht en de vrijheid der Kerk een fictie. Kerk, let op uw zaak! Amsterdam, waar recht en vrijheid in het geding zijn, mocht een andere houding van u verwacht worden. Hoogleraren en studenten: Een hoogleraar vanwege de Nederlandse Hervormde Kerk, moet toch wel echt een hoogleraar „vanwege" blijven!

 

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 14 december 1967

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's

EEN VREEMDE GANG VAN ZAKEN

Bekijk de hele uitgave van donderdag 14 december 1967

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's