Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Boekbespreking

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Boekbespreking

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

J. Verkuyl, C. Plomp: Christelijk onderwijs met de wereld als horizon. Cahiers voor het christelijk onderwijs, nr. 5. Kampen, 1973, 102 blz., ƒ 7, 90.

Dit cahier wil hulp bieden bij de mondiale vorming in de christelijke school. Wij leven, aldus prof. Verkuyl, aan het begin van de universele geschiedenis, waarbij alle volkeren van elkaar afhankelijk geworden zijn op een manier die tevoren ongekend was in de geschiedenis.

Onderwijs en vorming hebben de taak om jonge mensen behulpzaam te zijn zich te oriënteren in deze eenwordende wereld. De wereld is onze horizon geworden.

Tot deze vorming is bij uitstek de christelijke school geroepen om kinderen en jonge mensen te leren leven binnen de wijde horizon van het komende messiaanse Rijk.

De schrijver toont deze opdracht aan vanuit het Oude en Nieuwe Testament. De argumenten aangedragen vanuit het Oude Testament zijn zwak. Er is ook een tegenbeweging, namelijk de verkiezing van Israël bijvoorbeeld, waardoor duidelijk onderscheid gemaakt wordt met de andere volkeren. Met andere woorden, de eenheid van het menselijk geslacht is niet de enige lijn. En daarom is een uitspraak als 'Het Oude Testament is de boodschap omtrent de ene en enige God, de Schepper des hemels en der - aarde en de ene mensheid' op z'n minst eenzijdig. De Bijbel kent meerdere lijnen die niet alle uitkomen bij wat prof. Verkuyl wil betogen, namelijk dat we eenzijdig mondiaal moeten denken en dat de vraag 'hoe krijg ik een genadig God' in deze tijd nog nauwelijks legitiem is. Deze benadering van de bijbelse boodschap komt uit bij de steling dat het heil er is voor de gehele mensheid en voor de gehele kosmos. Zonder dat geloof en bekering daarbij genoemd worden.

Op deze modern-theologische fundering komt de schrijver bij de spits van christelijk onderwijs en christelijke opvoeding: 'De leerlingen te leren met geduld en grote volharding, Jezus te volgen op Zijn weg naar de uiteindelijke manifestatie van het messiaanse Rijk'. Wanneer hij dan binnen deze vorming overgaat tot de behandeling van concrete onderwerpen, dan komen als zodanig de volgende thema's aan de orde: Opvoeding en vorming tot deelname aan de Europese gemeenschap; tot deelname aan de wereldgeschiedenis, tot deelgenoten in de strijd om gerechtigheid in de rassenverhoudingen; tot deelname aan de kerkelijke oecumene; tot de ontmoeting met vertegenwoordigers van andere religieuze gemeenschappen; tot mondiale opvoeding en verantwoordelijk beheer van het leefmilieu.

In het tweede deel van dit cahier doet drs. Plomp een poging het betoog van prof. Verkuyl te vertalen voor de praktijk van onderwijs en opvoeding. De belevingswereld van het kind, de jongere mens is het vertrekpunt voor een verdergaande wereldoriëntatie. Hij geeft daarbij materiaal voor de lagere klassen van de basisschool, de hogere klassen, de lagere klassen van het algemeen voortgezet onderwijs en confronteert ook de topklassen van het a.v.o. met dit mondiale denken.

Vakken als godsdienstonderwijs, geschiedenis en aardrijkskimde geven de mogelijkheid om te laten zien dat onze wereld door allerlei draden verbonden is met de grote wereld.

Een uitvoerige lijst van literatuur en van instellingen op het terrein van zending, ontwikkelingshulp en wereldoriëntatie, besluit het cahier. Twee opmerkingen ter afsluiting:

Met de auteur ben ik van mening dat opvoeding en onderwijs een wereldwijde context heeft. Onze wereld is klein geworden en wij ervaren dat alles met alles samenhangt. Het christelijk onderwijs zal hierin ook vormend moeten werken, om vanuit een bijbels-reformatorische levenshouding de wereldgeschie­ denis te volgen, bovenal om Gods Hand hierin te zien. Maar dan ook gedoseerd, dat wil zeggen met mate. Niemand kan alle wereldproblemen torsen en we moeten jonge mensen niet voorhouden dat zij op alle mondiale vragen een antwoord kunnen vinden. Tenslotte geldt ook in dit verband: Zoekt eerst het Koninkrijk Gods... De zorg voor het individuele heil, de vragen van het persoonlijk geloof, worden in een boekje als het hier besprokene volledig naar de achtergrond gedrongen, want 'De blik moet naar de wereld gericht zijn; onrecht en zonden in de wereld moeten aan het licht worden gebracht'.

Maar laten we ook in deze tijd vasthouden dat in de opvoeding de vraag 'Hoe krijg ik een genadig God ? ' niet achterhaald is, maar even reëel als in de zestiende eeuw.

Ons leven is meer dan de mondiale verbanden waarin we functioneren en dat besef wordt in dit boekje ontkend, dan wel naar de achtergrond gedrongenel

M. Burggraaf

Dr. J. A. Hebly: Protestanten in Rusland. De honderdjarige weg van 'strijd en lijden (serie Gemeentetoerustmg), ƒ17, 50 228 blz. Kok, Kampen.

Op allerlei wijze is de laatste tijd de positie van de christenen in communistisch Rusland en de satellietstaten onder onze aandacht gekomen. Ongetwijfeld heeft de activiteit van Wurmbrand, hoeveel rumoer er ook rondom hem ontstaan mag zijn, hieraan meegewerkt. Voorts valt te noemen de brief van de Russische schrijver Solsjenitsyn, waarin deze een vurig beroep deed op de leiders van de Russisch-Orthodoxe Kerk om op te komen voor de verdrukte christenen in hun land. Een en ander heeft geleid tot vele publikaties. Ik denk ook aan de actie Paasgroeten van de synode van de Hervormde Kerk. En deze aandacht is nodig. Wij hebben, waar mogelijk de medegelovigen in Rusland te steunen. Maar dan is ook kennis van hun situatie en informatie over hun geschiedenis nodig.

Daarom mogen we dr. Hebly, wetenschappelijk hoofdmedewerker van het Instituut voor Missiologie en Oecumenica van de R.U. te Utrecht, dankbaar zijn voor een goed gedocumeneerde studie over de protestantse kerken en groepen in Rusland. Het is een vlot leesbaar boek geworden, dat we elk die belangstelling heeft voor kerkhistorie willen aanbevelen, maar voorts ook allen die het lot van de christenen in Rusland ter harte gaat. Hoewel dr. Hebly een wetenschappelijk werk, gebaseerd op bronnen en documenten op tafel gelegd heeft, is het toch geen boek geworden voor specialisten. Tekenend is dat het verschenen is in de serie Gemeentoerusting. Informatie over medechristenen, vervolgde christenen wil opwekken tot meeleven, voorbede, daadwerkelijke steun, , en is dus voluit gemeentetoerusting.

Het boek is ingedeeld in twee delen. Deel I schetst de ontwikkeling tot aan de Revolutie. Hebly laat zien hoe in het orthodoxe Rusland waar de Orthodoxe Kerk vanaf 988 bestaan heeft, vanaf de zestiende eeuw protestantse invloeden werkzaam zijn vanuit het buitenland. Vooral moet hier genoemd worden de naam van tsaar Peter de Grote, wiens contacten met het Westen vele buitenlanders naar Rusland deed komen. Deze buitenlandse protestanten hebben in Rusland altijd als vreemdelingen verkeerd. Wij krijgen interessante gegevens over Duitse kolonisten in Rusland, over de zg. 'Rusluie' (Vriezenveen!), over de activiteiten van het Russische bijbelgenootschap in de tijd van Alexander.

Voorts schenkt de auteur aandacht aan een reveilbeweging in de Russisch Orthodoxe Kerk, welke leidde tot het ontstaan van Russische baptisgengemeenten. Eveneens ontstonden er groepen van evangelie-christenen die protesteerden tegen gebreken van de staatskerk. Beide groepen hebben zwaar te lijden gehad van het tsarenregime, dat hen vervolgde als afvalligen. Dr. Hebly typeert de evangeliechristenen en de baptisten als een lekenbeweging die i.t.t. de orthodoxe kerk met zijn sterke nadruk op geestelijkheid, ambt, liturgieviering, nadruk legden op de activiteit van de gemeenteleden. Deze bewegingen zijn voorts bijbelbewegingen.

In deel II schetst Hebly de situatie na de revolutie van 1917. Dan blijkt dat aanvankelijk voor de baptisten en de evangeliechristenen het uur der bevrijding slaat. Want de communisten kenden deze mensen als lotgenoten uit de tsaristische gevangenisspen kampen. Maar spoedig breekt opnieuw de vervolging los. Onder de druk van het communisme vinden beide bewegingen elkaar en komt het in 1944 tot een unie van evangelie-christenen en baptisten.

Tijdens de regering van Chroesjtsjof werden zij fel bestreden. Gemeenten die zich niet bij de bepalingen van de overheid neerleggen en dus niet geregistreerd staan, leiden een ondergronds bestaan. De opstelling van nieuwe statuten in 1960 door de unieraad van evangelie-christenen en baptisten stuitte bij velen op fel verzet, omdat men er teveel een toegeven in zag aan de eisen van de staat. Ook nu ontstonden afgescheiden groepen die fel vervolgd werden.

Dr. Hebly laat er geen twijfel over bestaan, dat de Sowjet-staat erop uit is om de christelijke kerk te elimineren. Zolang de kerk nog bestaat wil de staat de invloed der kerk indammen en zoveel mogelijk deze kerk gebruiken voor zijn doeleinden. In dat licht moeten we de paragrafen over godsdienstvrijheid zien. Het is vrijheid om eigen religieuze behoeften te bevredigen. Van enige invloed naar buiten op de jeugd en het volksleven mag geen sprake zijn. De klachten van verschillende gelovigen over staatsinmenging zijn beslist niet uit de lucht gegrepen. We hebben de protestbeweging dan ook te zien als een strijd om meer geestelijke vrijheid. Deze strijd vraagt offers.

Het laatste deel van dit boek wordt ingenomen door een aantal documenten, die een treffende illustratie vormen van de rest van het boek en de lezer een helder inzicht verschaffen in de vaak ingewikkelde verhoudingen tussen kerk en staat. Voorts is er nog een artikel opgenomen van dr. Hebly, eerder in een tijdschrift gepubliceerd, waarin Hebly ingaat op de kritiek op de Russische kerk, als zou zij teveel aan de leiband van de staat lopen. Hebly acht deze kritiek over het algemeen onjuist, heeft nogal bezwaar tegen de wat hij noemt emotionele en ongenuanceerde aanvallen van Wurmbrand en vraagt begrip voor het optreden van Russische kerkleiders, die in het kader van de beperkte mogelijkheden doen wat ze kunnen om kerkelijk leven mogelijk te maken en die we daarom niet te vlug als agenten van de Sowjet-staat mogen brandmerken.

Nu meen ik dat de toon van het boek toch wat anders is dan de teneur van het artikel. Hebly verzwijgt in het boek immers niet dat er een ondergrondse kerk is en dat het gevaar bestaat dat de officiële kerkleiders al te zeer meegaan met de staatsleiding. Al zullen we — dat geef ik de auteur toe — juist als westerse christenen hier zeer behoedzaam hebben te spreken.

Duidelijk is in elk geval dat de positie van de christenen in Rusland moeilijk is, dat ze hoogstens geduld, in verschillende opzichten echter verdrukt worden. Hun weg van strijd en lijden zoals de ondertitel van het boek luidt, mag ons niet onverschillig laten. Als een lid lijden, lijden immers alle leden.. Die wetenschap moge ons aanzetten onze verbondenheid met deze zo beproefde christenen gestalte te geven, waar dat ook maar mogelijk is.

Dr. Hebly gaf ons een waardevolle studie, waarin de waardering voor wat iemand als Wurmbrand beweegt m.i. wat duidelijker naar voren had kunnen komen en waarin wellicht toch iets teveel wordt geredeneerd vanuit de gegevens die de officiële kerk verschaft. Het feit dat de staatsleiding elke uiting van de kerk naar buiten controleert en de officiële kerkelijke organen vaak gedoemd zijn tot zwijgen moet ons wel erg voorzichtig maken al te zeer af te gaan op wat er door hen gezegd wordt.

A. N.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 16 augustus 1973

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's

Boekbespreking

Bekijk de hele uitgave van donderdag 16 augustus 1973

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's