Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Breng het bij God

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Breng het bij God

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

.. .maar laat uw begeerten in alles door bidden en smeken, met dankzegging bekend worden bij God. (Filippenzen 4 vs. 6)

De vorige week hebben we gezien, dat er voor alle dingen, die ons benauwen een uitweg is. We mogen die bekendmaken aan God. Hij zal Zijn woord bevestigen: Ik zal het maken.

Die weg heeft God zelf voor de Zijnen gebaand. Waar zouden wij mensen toch heen moeten als wij niet van God gehoord hadden of als wij niets van Hem weten wilden ? Wij zouden in al onze nood onherroepelijk omkomen. Maar nu. Nu klinkt de stem des Heeren ons tegen: laat uw begeerten in alles bij Mij bekend worden. In alles, begrijpt u lezer, de Heere zondert niets bij voorbaat af. Ér is geen terrein van ons leven, waarover Hij geen God wil zijn. Hij doet juist een greep op de complete mens. Alle dingen, die van ziel en lichaam gaan Hem ter harte. Dat kan ook niet anders, want hoe vaak liggen die moeiten niet gestrengeld. U behoeft maar te denken aan de vervolging en versmading van de Filippenzen. Dat was een stuk lichamelijke nood. Maar natuurlijk stellen ook zij de vraag naar het waarom. Waarom laat de Heere dat toe. En dan zijn we al bij de geestelijke nood terechtgekomen. Mogen mensen in dergelijke omstandigheden niet vragen: och Heere waren we maar in veiligheid. En zou het zonde zijn om te zuchten, och wierd ik derwaarts weergeleid, naar Uw vroegere weldaden, dan zou mijn mond U de ere geven. En zou het niet geoorloofd zijn te verlangen naar rust en naar de dingen, die ons leven aangenaam maken ? Als al die gedachten bij ons blijven en telkens weer terugkomen dan worden ze tot begeerten. Begeerten voor lichaam en ziel. Begeerten, die allerlei facetten van ons menszijn bestrijken. Begeerten in alles.

Natuurlijk moeten we hier voorzichtig zijn. De apostel schrijft zijn gemeente niet, dat de Heere naar de meest dwaze begeerten zou willen luisteren. Wij mogen in ons begeren nooit tegen Gods wil ingaan. Wij mogen niet begeren wat van onze naaste is, zijn huis, zijn vrouw, zijn bezittingen. Mogelijk begeren wij iets wat niet goed voor ons zou zijn. Elia vroeg de Heere of Hij hem wilde wegnemen. Hij wilde de dienst ontvluchten. Zijn vraag werd echter niet ingewilligd.

Maar de eerlijke begeerten, die niet tegen de geopenbaarde wil des Heeren ingaan mogen we bij God bekendmaken.

We mogen dat doen met bidden en smeken en dankzegging.

Bidden en smeken, dat vindt u hetzelfde ? Wij vatten het wel samen in het woord smeekbede. Toch worden die woorden in de Schrift vaak naast elkaar gebruikt. Wij lezen van de Heere Jezus, dat Hij in de dagen van Zijn omwandeling gebeden en smekingen gedaan heeft. Het staat er, ook van de discipelen. Zij waren in bidden en smeken eendrachtig bijeen.

Deze uitdrukking past wonderwel bij die begeerten in alles. Zoals onze begeerten verschillend zijn, zo is ook ons gaan tot God heel verschillend. Bidden, dat is, zich richten tot God om Hem iets te vragen. Maar smeken, dat veronderstelt een groot stuk nood, waarvan we verlost willen worden. Achter het smeken staat dus een mens, die in de diepste nood verkeert en die uitgeholpen wil worden. Het eerste woord is dus bidden om en het tweede woord betekent iets afbidden, vragen of de Heere iets wegneemt. Laten nu alle dingen of u ze 'naar u toe wilt bidden' of dat u ze 'weg wilt bidden', laten ze allemaal bekend worden bij God. Breng ze maar naar Hem toe in uw gebed. Leg ze maar voor Zijn voeten neer.

Er staat in de tekst nog een woord bij: met dankzegging. Of dat geen vergissing is ? Je kunt toch niet als je nog aan het bidden bent meteen alvast danken ? Ja, dat kan wel !

De apostel is op een onopvallende manier bezig de Filippenzen een zwaar geloofswerk op te dragen. Zij moeten niet zien op zichzelf en ook niet op de omstandigheden waarin zij verkeren. Zij moeten naar God met hun nood. Maar dat kan natuurlijk niet zonder geloof in God. Het moet gepaard gaan met de belijdenis van onze diepe afhankelijkheid en van Zijn allesoverwinnende kracht. Als wij bidden om iets dan mogen we bedenken, dat de Heere al zoveel geschonken heeft. Als we bidden om uitredding, als we smeken om hulp mogen we bedenken, dat God al zoveel uitgeholpen heeft. Het is toch enkel genade, dat wij leven en zijn, die wij zijn ? Wie in het geloof staat zal het niet bij bidden en smeken kunnen laten maar die heeft een gevoel van diepe dankbaarheid om alles wat de Heere reeds heeft gegeven. Er is dan ook vertrouwen, dat Hij die uit zes benauwdheden heeft uitgeholpen ons in de zevende niet zal laten omkomen. Dat Gods vertrouwen is een vaste grond in ons leven. Begrijpt u nu, lezer, dat de apostel niet oproept tot zorgeloosheid maar tot een heilig onbezorgd zijn omdat we in het geloof weten, dat de almachtige Schepper zelf zal zorgen.

Op grond waarvan denkt u dat Paulus deze dingen schrijft ? Omdat hij zelf de getrouwe God ontmoet heeft, op de weg naar Damascus en later in zoveel dingen van zijn ambt en van zijn leven.

Maar hij ontmoette toch de Heere Jezus Christus ? Ja, wij ontmoeten God altijd in Christus, in Hem, die in alle dingen verzocht is geweest. Hij had deze grote zorg in Zijn leven, dat Hij de wil des Vaders zou volbrengen. Daarom heeft Hij 'bidding en smeking' geofferd. Daarom rijst Zijn gebed op uit de hof van Gethsemané als Hij daar kruipt over de grond: Vader, indien het mogelijk is, laat deze drinkbeker aan mij voorbijgaan, maar niet mijn wil, de Uwe geschiede. Daar hebt u bidden en smeken te zamen. En omdat de grote Hogepriester deze weg gegaan is daarom is de weg voor al de Zijnen open om met bidden en smeken en dankzegging te komen bij God. In Jezus Christus liggen alle dingen vast. De apostel mag opwekken, Filippenzen, Lydia. Stokbewaarder en allen die tot mijn geliefde gemeente behoort, zie toch op Hem, die u verkondigd is. Hebt u het zwaar in de smaad ? Schijnt de vijand oppermachtig en lijkt het alsof de Heere geen Overwinnaar is ? Weest toch niet bezorgd. Laat u er niet door in beslag nemen. Breng alles maar in een kinderlijk geloof aan de voeten van uw Vader.

Een woord van God, dat over alle tijden heen ook ons bereikt. Moeiten genoeg. Wat kan er allemaal niet zijn ? Tegenslag in zaken, moeite met de opvoeding van de kinderen, ziekte, zelfs ziekte met aankondiging van de dood... ! Zien we dan alleen die nood en alleen onze eigen onmacht? 
U zou het daarmee willen stellen? Er is een andere weg. Ik wil in Christus u verzorgen met alle goed en alle kwaad van u weren of te uwen beste keren. Groter dan de Helper is de nood toch niet? Wie deze belofte aanvaardt zal rijk gezegend worden. Breng het alles bij Hem om te ervaren, dat Hij werkelijk de Heere is, de trouwe God van het verbond. Hij heeft het zelf gezegd.

 

 

 

 

 

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 6 september 1973

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's

Breng het bij God

Bekijk de hele uitgave van donderdag 6 september 1973

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's