Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Wijzen zien een teken

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Wijzen zien een teken

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Hoe men de wijzen uit het Oosten ook noemen en aanduiden wil, als magiërs, als sterrenwichelaars, ais astrologen, één ding is zeker ze hielden zich bezig met de verschijnselen aan het firmament. Ze waren de mannen van wetenschap van die dagen, al was het dat hun wetenschap niet te vergelijken was met die van nu, vooral ook omdat de astroligie van de magiërs met filosofie, met religie gemengd was. In hun wetenschap waren ze bezig met het duiden van de tekenen van hun tijd.

Zo hebben de wijzen een ster gezien. Zijn ster, de ster van Christus. Het was in de volheid van de tijd. In die tijd verkondigden, als altijd, de hemelen Gods eer en het uitspansel het werk van Zijn handen. Maar tóén wel heel speciaal. Het stond in de sterren geschreven! Immanuël, God met ons. God toonde Zijn almacht, doordat Zijn schepping Hem gehoorzaam. Hem onderdanig was. Hem bediende op Zijn wenken. De wijzen zagen een teken en ze volgden het teken. De ster ging hen voor, tot ze kwamen in Bethlehem. Daar hebben ze geknield, zo wijs als ze waren. Daar hebben ze aangebeden met al wat ze wisten en hadden. Waren ze gewend omhoog te zien naar de sterren aan het firmament, nu blikten ze omlaag in de kribbe, waar het Kind lag in de laagte. Op het geleide van de ster waren ze gekomen bij de Zaligmaker der wereld.

Calvijn merkt op, dat de wijzen ongetwijfeld een bijzondere openbaring van de Heilige Geest hebben gehad, waardoor ze dit teken hebben gezien en gevolgd. Hij zegt: 'Want aangezien het vaststaat, dat de sterrenwichelarij de grenzen van de natuur niet overschrijden kan, zo konden de wijzen door haar aanwijzing alléén de weg tot Christus niet vinden.'

God gaf hen door de bijzondere verlichting van de Geest dit teken, waarop ze acht hebben geslagen, zoals ze na de gang naar de kribbe óók een bijzondere openbaring in de droom kregen om aan de handen van Herodes te ontkomen.

Calvijn zegt ook: 'Ik wil hiermee niet ontkennen dat hun kunst hen geen aanleiding gaf tót of een begin van deze ontdekking aan de hand heeft gedaan, maar ik zeg dat er een nieuwe en buitengewone openbaring bij moest komen om zulks doeltreffend te maken.'

De schepping mee ingezet

Wat ons bijzonder treffen mag is dat bij de grote heilsdaden van God in de geschiedenis de schepping ook werd ingezet, als het ware mee resoneerde. Bij het sterven van Christus werd de zon verduisterd. Bij Zijn opstanding was er een aardbeving en sprongen de graven open. En hier bij Zijn geboorte wijst een ster de weg. En wat moeten we er van denken als we in Lucas 21 lezen, dat het tot de tekenen van de eindtijd, voorafgaande aan de wederkomst, zal behoren dat die tekenen er zullen zijn in de zon, de maan en de sterren? Gods schepping getuigt mede van Gods daden.

En de wijzen, ze hebben het gezien. Men kan jarenlang bezig zijn met het onderzoek van Gods schepping en er tóch Gods hand niet in zien, of die hand zelfs ontkennen.

Maar deze wijzen lieten zich wijzen. Het zijn weliswaar niet vele wijzen, niet vele edelen, want het dwaze van deze wereld en wat niets is heeft God uitverkoren om de wijzen te beschamen. Maar deze wijzen gaven zich over aan de wijsvinger Gods. En zo werden ze mee ingevoegd bij dat 'dwaze der wereld' dat God uitverkoren heeft.

Het werk Gods is voor wijzen en verstandigen verborgen en aan kinderen geopenbaard. Maar voor déze wijzen was het niet verborgen, omdat ze zich als kinderen lieten leiden. Zo ziet men hoe men teksten

als 'voor wijzen en verstandigen verborgen' en 'niet vele wijzen, niet vele edelen' met de nodige omzichtigheid hanteren moet. Men kan bijvoorbeeld nogal eens de uitdrukking horen, dat eenvoudigen in de lande dieper ingeleid kunnen zijn in de kennis en de vreze des Heeren dan menig hoogleraar in de theologie. Welnu, dat zal waar zijn. Als we deze uitdrukking maar niet al te vaak gebruiken, want dan kan deze ontsporen. De geschiedenis van de wijzen uit het Oosten laat namelijk zien hoe wijzen, mannen van naam, een diep inzicht kregen in Gods heilgeheimen en zo tot de kinderen Gods behoorden. Zij hebben Zijn ster gezien en gevolgd. Maar hoevele eenvoudigen in den lande hebben die ster niet gezien en hebben Christus, toer Hij onder hen was, verworpen, niet in Hem gezien wat de Wijzen, door de Geesi geleid, wél in Hem zagen? Eenvoud is nog niet altijd kenmerk van het ware, zo min als wijsheid en wetenschap garanties zijr voor de kennis en de vreze des Heeren. Gods gekenden vormen een schare van uiteenlopende rang en stand, kennis en ontwikkeling. Maar ze zijn één in de aanbidding en dan ook één in de eenvoud var; het ware geloof. In de stal van Bethlehem voegden de wijzen zich bij de nederigen. Ze hebben geknield, samen met mensen uit de rand van de samenleving, zoals de herders. En als je knielt geef je alles uit handen. Je bent kwetsbaar, weerloos, niet meer hoog maar laag; één intussen met allen die de verschijning van Christus hebben lief gekregen.

Zo worden armen — al heten ze wijzen — met goederen vervuld en rijken — al heten ze eenvoudigen — leeg weggezonden.

Langs verschillende wegen werden intussen allen geleid, die in Christus hun Zaligmaker vonden. Simeon wachtte erop; hij verwachtte. De herders kwamen op de boodschap der engelen. Maar ook de wijzen kwamen en wel langs de weg van hun wetenschap. Ze zagen Gods hand in de ster.

Ons leven in de sterren?

Het stond in de sterren geschreven: Christus is geboren! Maar dat gold alleen Christus. In de loop van de eeuwen hebben duizenden en tienduizenden gezocht naar wat er over hun leven in de sterren stond Ze zochten hun lot af te lezen uit de stand van de sterren en planeten, van de hemellichamen. De sterrenwichelaars hebben in de loop der tijden druk werk gehad aan

mensen, die geloofden in de stand van de sterren voor hun leven. Ook in onze tijd zijn er, in niet geringen getale. De zwarte kunsten, de voorspellingen van astrologen zijn bij velen in trek. Mensen zoeken naar hun sterrenbeeld. Ze luisteren naar de waarzeggers, die uit levensbeschrijving, geboorteplaats en de stand van de sterren zeggen wat hun verdere levensweg zal zijn. De horoscoop wordt opgesteld. De stand van de sterren zou bepalend zijn voor bezit, huwelijk, kinderen, gezondheid, levenskansen, gedrag van vrienden en ga zo maar door.

Maar zó gaan intussen mensen bij de duivel te biecht.

Ons leen staat niet in de sterren geschreven. Slechts bij de grote heilsdaden Gods getuigde de schepping mee. Maar wij vinden ons leven niet in sterrenbeelden, in de stand van sterren ten opzichte van elkaar. Ons leven is slechts te vinden in Gods levensboek. Wij behoeven ons lot niet te vinden in de onmetelijke ruimten van het heelal. Wij mogen weten, dat God ons zocht en zoekt in de onmetelijkheid van die ruimte. Dat Hij ons zocht in de

komst van de Zoon en dat hij daarvoor de tekenen van het heelal, het teken van een ster ooit een keer wilde gebruiken om voor mensen als de wijzen uit het Oosten aan te wijzen, dat Hij het was, die komen zou en dat we géén ander hebben te verwachten. In de onmetelijkheid van de ruimte, met zijn ontelbare sterren en melkwegstelsels, koos God een plek om te wonen, hier op deze aarde; om te wonen bij mensen, bij v/ijzen en eenvoudigen.

Eén ster

Sinds de komst van Christus is er slechts één ster, die ons leven leiden kan en mag. Het is de blinkende Morgenster. Die ster moet en mag opgaan in de harten, als de Geest verlicht en leidt naar Hem aan wie alle sterren van het heelal onderworpen zijn. Het is door de tijden heen echter de schande van ons menselijk leven geweest, dat we de duisternis liever hadden dan het licht, dat we de wetenschap kozen in plaats van de wijsheid die van boven is. dat we sterren in getal verkozen boven de blinkende Morgenster.

De wijzen uit het Oosten echter zagen een teken en volgden het. Datzelfde teken is richtinggevend voor allen die na hen ervan lezen mochten: Bethlehem! In onze verlichte eeuw komen we ook niet verder dan wat ons verduisterd verstand opdelft, in wetenschap, in kunst en techniek, kortom in het hele leven zoals dat geleefd wordt. Of we leven bij kunstige verdichtsels van sterrenwichelaars en koffiedikkijkers.

Maar ook in onze tijd doet Christus de wijsheid van de wijzen vergaan en geeft hij een terechtwijzing aan Joden die een teken zoeken. Maar Hij, die voor de Joden een ergernis en voor de Grieken een dwaasheid is, is een kracht Gods tot zaligheid voor allen die geloven.

De geschiedenis voor de wijzen is ontdekkend voor allen, die hóóg zijn bij zichzelf, of ze nu eenvoudig heten of wijs. In de sterren stond geschreven dat er slechts Eén is, maar dan ook slechts Eén. Hij!

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 december 1973

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's

Wijzen zien een teken

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 december 1973

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's