Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het geheim van het Koninkrijk

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het geheim van het Koninkrijk

De verwachting van het rijk

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

De vraagtekens

De vorige keer spraken we over de nabijheid van het Koninkrijk. Toch zou ik me voor kunnen stellen dat die uitdrukking vragen wakker roept bij deze of gene. Vragen die zich opdringen zo vaak we om ons heen kijken. Waar is het Koninkrijk dan ? Gaat alles niet zijn gewone gang ? Hebben de machten van zonde en demonie geen vrij spel ? Zijn we niet bezig ons over te geven aan een schone droom ? Het zijn al oude vragen. Johannes de Doper in de gevangenis wordt geconfronteerd met de berichten over de woorden en daden van Jezus. Dan rijzen de vragen: ijt Gij degene die komen zou of hebben we een ander te verwachten ? (Matth. 11 : 2 vv.). Waarom doet Jezus niets aan het geweld van Herodes als Hij de Messias is ? En als Jezus aan het kruis hangt worden de vragen luider: s dat nu een Koning ? Is Hij de Koning van Israël ?

De eeuwen door zien we dit vraagteken voor ons staan. Soms heeft men zich radicaal van de prediking van het komende Koninkrijk afgewend en het afgedaan als een wissel op de eeuwigheid.

Soms heeft men gepoogd de komst van dit Rijk eigenhandig naderbij te brengen. Ik denk aan iemand als Thomas Münzer, wiens papieren in onze tijd hoog genoteerd staan. Hoger dan die van Luther die dan getypeerd wordt als 'vorstenknecht'. Was de grote grief van allerlei Dopers jegens Luther niet dat hij de wereld liet zoals ze was. Met allerlei excessen en wilde experimenten, — daarbij soms het geweld niet schuwende — heeft men geprobeerd in Munster het Rijk gestalte te geven. Dat doperse ideaal, vermengd met marxistische ideologieën, trekt nog velen aan. Liet en laat de officiële kerk de mensen niet zitten met het vraagteken: Is Jezus het of is Hij het niet ? Hebben we niet meer te verwachten van de voorhoede die het Rijk concreet aan willen geven ?

Mattheüs 13

Toch leest u in de Schrift wel degelijk een antwoord op de vragen. U vindt het in de gelijkenissen die Jezus vertelde. Met name wijs ik u op Mattheüs 13. Daar spreekt Jezus over het geheim van het Rijk. Er zijn buitenstaanders die het ontgaan. En er zijn mensen, aan wie het door God als een genadegave geschonken is, het geheim, de verborgenheid van het Koninkrijk te kennen. Nu behoren de gelijkenissen tot die bijbelgedeelten die de Schriftuitleggers tot op de dag van vandaag veel moeite be-

zorgen. Juist deze directe, levendige verhalen, gesitueerd in het leven van elke dag, bevatten menig uitlegkundige puzzle. Waarbij altijd weer de vraag naar het vergelijkingspunt optreedt. En waarbij in de uitleg altijd weer het gevaar opdoemt van een onschriftuurlijke vergeestelijking, waarin elk detail van de gelijkenis toegepast, overgebracht, zo u wilt: vergeestelijkt wordt.

Dat is niet de bedoeling. We zullen de gelijkenissen moeten lezen in de context van Jezus' prediking.

De Zaaier

Neem nu dat verhaal van de zaaier, 'de gelijkenis der gelijkenissen' (Noordmans). De boer gaat zijn akker op om te zaaien. Dan volgt het relaas van de moeiten en zorgen van deze zaaier. Een deel van het zaad wordt opgepikt door de vogels. Een ander deel komt terecht op de rotsgrond, op het gesteente. Er zijn de doornen, die het zaad geen kans geven te ontkiemen. Tenslotte horen we nog iets van het resultaat van het werk van de zaaier. Simpeler kan het niet, zou je zeggen. Maar is het zo gewoon ? Waarom zegt Jezus dan: ie oren heeft om te horen, die hore ! Waarom dan in Matth. 13 : 12 dat ontzaglijke woord: aarom spreek Ik tot hen in gelijkenissen, omdat zij ziende niet zien en horende niet horen of begrijpen.

Dan blijkt dat eenvoudige verhaaltje toch een diepe zin te hebben. Het geheim van het Rijk licht erin op. Het Rijk komt niet op spectaculaire wijze. Maar het komt op de wijze van de Zaaier. Zo is de Koning van dit Rijk. Een man zonder aanzien. De mensen gaan Hem achteloos voorbij. Een koning-incognito.

Het geheim van het Koninkrijk licht op in die weerloze figuur van de Zaaier met dat zaad. Ridderbos heeft erop gewezen dat in het oosten de zaaier een afhankelijk man is. Hij moet maar afwachten wat er van het zaad terecht komt. Zon en regen, storm en hagel, brutale vogels, doornen en distels ... Dat alles maakt zich meester van het zaad. En in dat verhaal van Matth. 13 worden die tegenslagen breed uitgemeten.

Alzo is het Koninkrijk van God. De Zaaier zaait het Woord van God. In Matth. 13 : 37 lezen we dat Christus zelf de Zaaier is. Hij zaait het goede zaad van het Woord in de akker van de wereld en de akker van het mensenhart. Wat lijkt het echter een machteloze zaak. Wat een weerstanden openbaren zich tegen dit Woord. Velen horen wel, maar verstaan niet of willen het niet verstaan. De boze krijgt menig keer de kans het gezaaide weg te roven. Zorgen of verdriet, drukte en welvaart, lijden en vervolging zijn menigmaal de aanleiding dat het Woord verstikt wordt in ons leven. Wat moet er van terecht komen ?

De ergernis

Ik denk aan dat andere verhaal wat Jezus in Matth. 13 vertelt. Van die boer, die goed zaad zaaide in zijn akker, 's Nachts zaait de vijand het onkruid. Je kunt die knechten zo erg goed begrijpen die het onkruid uit willen roeien. De Zaaier is immers de Zoon des mensen. Laat Hij de satan zijn gang gaan ? Dat het boze en het goede met elkaar over hoop liggen, is op zich niet zo vreemd. Dat is 's werelds beloop. Maar dat, na de komst van Christus, Die met brede gebaren het zaad van het Woord uitstrooit, de duivel toch zijn gemene operaties kan uitvoeren, is ergerlijk voor ons en onbegrijpelijk.

Maar de ergernis wordt nog groter als we letten op de levensgang van de Zaaier. Van

Hem wordt immers gezegd dat Hijzelf als een zaad in de aarde ingaat en sterft. Zijn leven ligt onder de 'wet' van het tarwegraan (Joh. 12 : 24). De weerstanden tegen het Woord culmineren in de haat tegen Christus. Het verhaal van de Zaaier en het zaad krijgt zijn diepste uitleg op Golgotha. In het lijden en sterven van Jezus Christus, Die zijn bloed vergiet en de losprijs betaalt voor velen, tot verzoening van hun schuld.

Dat is de eigenlijke aanstoot tegen het geheim van het Rijk, die verbinding van het Koninkrijk en Kruis. Daarom staat deze verwachting ook haaks op allerlei wereldse en verwereldlijkte toekomstdromen. Maar voor wie gelooft ligt hier de heerlijkheid van de komst van het Rijk in de gestalte van de Zaaier, Die het tarwegraan is. Dat werk is niet te vergeefs. Het is volbracht. De gekruisigde Christus is opgestaan om door Zijn Woord en Geest de vrucht in te zamelen. Om voort te werken tot aan de oogst.

De oogst komt

Want er komt een oogst. Dat is het uitzicht. Het zaad valt toch ook in goede aarde. Het draagt vrucht. Dat zijn degenen, die door het Woord in beslag genomen worden, die het heil in Christus vinden en in wier leven Hij als Koning erkend wordt. Zo wordt het Woord van God verstaan, en bewaard in het geloof. Het werkt in de verborgenheid. Maar het blijft niet zonder uitwerking. De tarwekorrel die sterft in de aarde, brengt vrucht voort. Veel vrucht. Daarom zijn deze gelijkenissen vol blijde zekerheid. De vijand mag onkruid zaaien zoveel hij wil. Straks wordt toch de oogst binnengehaald.

En juist wat wij zo ergerlijk vinden, nl. dat aan de boze vijand tijd gelaten wordt om onkruid te zaaien, heeft alles te maken met het binnenhalen van die vrucht. De Zaaier die zaait, kan ook wachten. Tussen zaaiing en oogst verlopen de tijden die door God bepaald zijn. Zeker, het Rijk is nabij gekomen in het kruis en de opstanding. Maar de tijd tussen Pasen en de wederkomst, waarin het Rijk verborgen present is, is geen lege tijd, geen verloren tijd. Het is de tijd waarin de Zaaier door zijn dienaren het zaad laat uitstrooien op de akker van de wereld.

Juist de opstanding betekent een geweldige stimulans voor de prediking van het Woord. Het is de tijd waarin Christus heerst door Zijn Woord en Geest. Niet toevallig valt daarom in de brieven van de apostelen alle nadruk op de Woordverkondiging. Zo gaat de Geest zijn weg. Zeker, die verkondiging wordt tegengestaan door ongeloof, door de weerstanden van het hart en de activiteit van de satan. Het verhaal van het onkruid tussen de tarwe is huiveringwekkend actueel. Maar de Zaaier raakt niet in paniek. Hij kan wachten, staat er in Mare. 4 : 26—30. Terwijl hij slaapt, groeit het zaad.

Woord en Koninkrijk

De Zaaier is de Zoon des mensen die gekruisigd is en die toch overwon. Dat moet ons genoeg zijn. Hier ligt voor ons een geweldige vingerwijzing in, in antwoord op de vraag: Waar en hoe komt het Rijk ? Het geheim van het Rijk is de Zaaier, die zaait en oogst.

Niet wij mensen breiden het Rijk uit. Wij mogen met het Woord van God uitgaan in dienst van het Rijk. Dat hebben de Reformatoren goed begrepen. Vandaar dat zij het dopers radicalisme als een duivelse verzoeking hebben afgewezen. Christus dringt immers vanuit de verborgenheid de wereld binnen door de prediking van het Evangelie.

In de prediking richt Hij zijn troon op, aldus Calvijn. Daarom heeft Luther zo scherp wereldrijk en Rijk Gods onderscheiden, zonder ze te scheiden. Het Rijk van God is geestelijk van karakter. De komst van dat Rijk wordt niet gediend door geweld, door onze acties, maar door de prediking van het Evangelie dat als een fakkel moet schijnen in de wereld.

Luther heeft van dat Woord grote dingen verwacht. Hij moet eens gezegd hebben: 'Terwijl ik mijn potje wittenberger bier drink, volbrengt het Evangelie zijn loop'. Leven uit het geheim van het Koninkrijk betekent ook dat een mens verlost wordt van de krampachtigheid, alsof wij het Rijk moeten doen komen. 'Het Woord zult gij laten staan egt niets daarbij verzinnen'. En de opdracht luidt: Predik dat Woord, tijdig en ontijdig.

Een prediking in het perspectief van de oogst. De vragen zullen wel blijven. En we zullen er wel nooit een redelijk doorzichtig antwoord op kunnen geven. Maar wij mogen rusten in het Woord van Hem, Die de Heere van de oogst genoemd wordt. Let wel: De Heere, aan wie gegeven is alle macht in hemel en op aarde. Hij maant ons tot volhardend wachten. Want Hij is zeker van Zijn zaak, van de toekomst van het Koninkrijk dat tot op de dag waarop de sikkel in het koren geslagen wordt, zijn verborgen weg gaat.

Utr.

A. N.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 november 1974

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's

Het geheim van het Koninkrijk

Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 november 1974

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's